ECLI:NL:RBMNE:2025:2678
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke zaak betreffende omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten
In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekster, een B.V., tegen de door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente De Ronde Venen verleende omgevingsvergunning voor de verbouwing van een bestaand pand tot een winkel in tuin- en dierbenodigdheden. Verzoekster is het niet eens met de verleende omgevingsvergunning en heeft hiertegen bezwaar gemaakt. Zij verzoekt de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, zodat de activiteiten van de vergunninghouder op het perceel worden tegengehouden.
De voorzieningenrechter oordeelt dat het verzoek kennelijk ongegrond is en doet uitspraak zonder zitting. De voorzieningenrechter legt uit dat een voorlopige voorziening een spoedmaatregel is om te voorkomen dat er onomkeerbare gevolgen optreden voordat op het bezwaar is beslist. De voorzieningenrechter stelt vast dat de omgevingsvergunning is verleend voor bouwactiviteiten aan een bestaand pand en dat de vergunninghouder op eigen risico en voor eigen rekening met de bouwwerkzaamheden is begonnen. De voorzieningenrechter concludeert dat de bouwwerkzaamheden ongedaan kunnen worden gemaakt en dat het pand bruikbaar blijft voor een functie die op grond van het omgevingsplan is toegestaan.
De onderbouwing van verzoekster biedt geen aanleiding om te concluderen dat er sprake is van een spoedeisend belang bij het schorsen van de omgevingsvergunning. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, zonder dat er aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan op 3 juni 2025 door mr. S.C.A. van Kuijeren, in aanwezigheid van mr. I.C. de Zeeuw-'t Lam, griffier.