ECLI:NL:RBMNE:2025:2689

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
3 juni 2025
Publicatiedatum
3 juni 2025
Zaaknummer
16.315636.24 en 16.242530.24 (gev. ttz) en 16.169846.23 (vord. tul) (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een verdachte voor meerdere strafbare feiten, waaronder wederrechtelijke vrijheidsberoving, diefstal met geweld en afpersing

Op 3 juni 2025 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Lelystad, uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in 2007, die wordt beschuldigd van meerdere strafbare feiten. De verdachte is veroordeeld voor het medeplegen van een wederrechtelijke vrijheidsberoving, diefstal met geweld van een geldbedrag, afpersing van een geldbedrag en een auto, en diefstal van AirPods. De feiten vonden plaats op 1 oktober 2024 in Almere, waar de verdachte samen met medeverdachten de slachtoffers, [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2], onder bedreiging van geweld in een auto hebben gedwongen en hen hebben beroofd van hun geld en persoonlijke bezittingen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en zijn medeverdachten een significante bijdrage hebben geleverd aan de gepleegde feiten, waarbij [slachtoffer 2] zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen. De verdachte is veroordeeld tot een jeugddetentie van 180 dagen, waarvan 73 dagen voorwaardelijk, en een Gedragsbeïnvloedende Maatregel (GBM) voor de duur van één jaar. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers zwaar meegewogen in de strafmaat. De verdachte heeft eerder ook al met de politie in aanraking gekomen en is als recidivist aangemerkt, wat de rechtbank heeft doen besluiten tot een strenge straf.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Strafrecht
Zittingsplaats Lelystad
Parketnummers: 16.315636.24 en 16.242530.24 (gev. ttz) en 16.169846.23 (vord. tul) (P)

Vonnis van de meervoudige kamer van 3 juni 2025

in de strafzaak tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum 1] 2007 te [geboorteplaats] ,/
wonende aan de [adres 1] , [postcode] te [woonplaats] ,
hierna te noemen: [verdachte] .

ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen. De inhoudelijke behandeling heeft achter gesloten deuren plaatsgevonden op 13 mei 2025 en het onderzoek ter terechtzitting is gesloten op 20 mei 2025.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. A.L. Rinsma en van wat [verdachte] en zijn raadsvrouw, mr. L. Noordanus, advocaat te Lelystad, naar voren hebben gebracht.

TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is op de zitting gewijzigd. De gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt erop neer dat [verdachte] :
Parketnummer 16.315636.24
Feit 1
op 1 oktober 2024 in Almere , samen met een (of meer) ander(en), [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] van hun vrijheid hebben beroofd, ten gevolge waarvan [slachtoffer 2] zwaar lichamelijk letsel heeft bekomen;
Feit 2
op 1 oktober 2024 in Almere , samen met een (of meer) ander(en), een geldbedrag van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] heeft gestolen met geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] ;
Feit 3
op 1 oktober 2024 in Almere , samen met een (of meer) ander(en), een auto van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] heeft gestolen met geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] ;
Feit 4
op 1 oktober 2024 in Almere , samen met een (of meer) ander(en), door geweld en/of bedreiging met geweld, [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] , heeft gedwongen tot afgifte van een auto en een geldbedrag van € 560,00, welke aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] toebehoorden.
Parketnummer 16.242530.24
op 29 mei 2024 in Almere Airpods/ oordopjes van [aangever] heeft gestolen.
De rechtbank nummert de bij de dagvaardingen met de parketnummers 16.315636.24 en 16.242530.24 tenlastegelegde feiten respectievelijk als feiten 1 tot met 4 en feit 5.

VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het tenlastegelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van [verdachte] en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

WAARDERING VAN HET BEWIJS

Het standpunt van de officier van justitie

[verdachte] moet worden vrijgesproken van het onder 3 tenlastegelegde nu de door hem verrichte handelingen als afpersing dient te worden gekwalificeerd. Het wegnemen van de auto kan derhalve niet wettig en overtuigend worden bewezen.
De officier van justitie acht het onder 1, 2, 4 en 5 tenlastegelegde wettig en overtuigend te bewijzen.

Het standpunt van de verdediging

De raadsvrouw heeft vrijspraak bepleit van het onder 1, 2, 3 en 4 tenlastegelegde nu bij geen van deze feiten sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking dan wel een significante bijdrage aan het strafbare feit, waardoor niet van medeplegen kan worden gesproken. [verdachte] ging naar vrienden toe om te chillen en was niet op de hoogte van een crimineel plan. Op het moment dat hij in de auto stapte en een van zijn medeverdachten zag met wie hij een contactverbod had, wilde hij direct thuis worden afgezet. [verdachte] wist op voorhand niet dat er nog meer personen (aangevers) in de auto zaten. [verdachte] ontkent verder dat hij wapens heeft vastgehad en dat hij daarmee aangevers heeft bedreigd of geslagen.
Daarnaast dient er vrijspraak te volgen:
Ten aanzien feit 1: omdat er geen sprake is geweest van opzet op de wederrechtelijke vrijheidsberoving, ook niet in voorwaardelijke zin. [verdachte] heeft niet bijgedragen aan het vasthouden van de slachtoffers en is hij niet betrokken geweest bij de voorbereiding dan wel communicatie met betrekking tot de gijzeling. Wanneer de rechtbank hier niet in meegaat dient [verdachte] partieel te worden vrijgesproken van het bestanddeel zwaar lichamelijk letsel nu er geen causaal verband is tussen de gijzeling en het ontstaan van het zwaar lichamelijk letsel.
Ten aanzien van feit 2: omdat de in de tenlastelegging opgenomen handelingen niet gekwalificeerd kunnen worden als diefstal met geweld
Ten aanzien van feit 3: omdat bij [verdachte] geen sprake is geweest van enig oogmerk op de wederrechtelijke toe-eigening van de personenauto. Een van de slachtoffers is gedwongen om zijn plek achter het stuur op te geven, waarna een medeverdachte op de bestuurdersplek is gaan zitten. Dit valt juridische gezien niet te kwalificeren als wegnemen.
Ten aanzien van feit 4: omdat sprake is van het ne bis in idem-beginsel wanneer [verdachte] wordt veroordeeld voor feit 3. De feiten 3 en 4 zien namelijk op exact hetzelfde feitencomplex, goed en slachtoffers.
[verdachte] moet daarnaast worden vrijgesproken van het onder 5 tenlastegelegde wegens het ontbreken van het oogmerk op het zich wederrechtelijk toe-eigenen van de Airpods. [verdachte] dacht dat ze van hemzelf waren.

Het oordeel van de rechtbank

Inleidend

De rechtbank gaat op basis van het dossier en dat wat er besproken is op de zitting uit van de volgende feiten en omstandigheden. Op 1 oktober 2024 gaan beide aangevers ( [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] ) naar Almere omdat zij daar met iemand hebben afgesproken om een geldbedrag op te halen in verband met de verkoop van een auto in Suriname. Op het adres dat aan hen is doorgegeven, weet niemand van de verkoop van de auto af. Aangevers willen weggaan en op dat moment stappen er twee jongens bij hen in de auto, te weten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] . Een derde jongen, [medeverdachte 3] , blijft buiten staan. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] stellen voor om het geld voor de verkoop van de auto ergens anders op te halen. Op deze locatie stapt vervolgens [verdachte] in de auto. Na enige tijd wordt duidelijk dat het geld voor de verkoop van de auto niet komt en willen aangevers de verdachten weer terugbrengen naar de eerste locatie en hen daar afzetten. Op dat moment weigeren [medeverdachte 2] , [medeverdachte 1] en [verdachte] om uit te stappen, en wordt [slachtoffer 2] onder bedreiging van een mes gedwongen om achter het stuur van de auto weg te gaan en achterin te gaan zitten. Aangevers moeten vervolgens hun pinpassen met pincodes aan [verdachte] en zijn medeverdachten afgeven waarna er verschillende keren, bij verschillende pinautomaten in Almere is gepind. Ook moet [slachtoffer 1] , onder bedreiging van een mes, al het geld uit zijn portemonnee aan de bestuurder van de auto geven. Omdat er een limiet op de bankrekeningen van de aangevers staat moet er een aantal keren worden gewacht tot er weer gepind kan worden. Al die tijd worden beide aangevers door de verschillende aanwezigen in de auto bedreigd met een mes en een vuurwapen; ook worden zij hiermee geslagen. Na ruim een uur komt de politie achter de Tesla rijden en geeft een stopteken. [medeverdachte 2] , van wie de rechtbank vaststelt dat hij de bestuurder van de Tesla is geweest, slaat vervolgens op de vlucht, waarbij hij met 125 kilometer per uur door een woonwijk is gereden. [medeverdachte 2] verliest uiteindelijk de macht over het stuur waarna de auto tegen een boom tot stilstand komt. [slachtoffer 2] blijkt er zeer ernstig aan toe te zijn en is in kritieke toestand naar het ziekenhuis gebracht. Hij is blijvend halfzijdig verlamd.
Uit het dossier volgt dat er nog een vijfde persoon bij de hiervoor beschreven gebeurtenissen betrokken is geweest, die tot op heden onbekend is gebleven. Deze persoon heeft de afspraak met aangevers gemaakt en heeft tijdens de wederrechtelijke vrijheidsberoving, via de telefoon van aangever, contact gehad met de verdachten, waarbij hij onder meer de opmerking heeft gemaakt: ‘nog niet los laten na 20 min’.
De rechtbank is op grond van het voorgaande, wat volgt uit onderstaande gebezigde bewijsmiddelen, van oordeel dat er sprake is van medeplegen bij de uitvoering van de wederrechtelijke vrijheidsberoving, de afpersing van een geldbedrag en de diefstallen met geweld. [verdachte] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] hebben elk een significante bijdrage geleverd aan deze feiten. De rechtbank oordeelt dat zij alle drie verantwoordelijk zijn voor het zwaar lichamelijk letsel van [slachtoffer 2] [verdachte] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] hielden [slachtoffer 2] gezamenlijk vast in de Tesla, die na een achtervolging door de politie uiteindelijk is gecrasht, waardoor [slachtoffer 2] zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen. De gezamenlijk uitgevoerde wederrechtelijke vrijheidsberoving vormde dus een onmisbare schakel die tot dit gevolg heeft geleid en dit gevolg, het zwaar lichamelijk letsel bij aangever [slachtoffer 2] , is dan ook aan [verdachte] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] toe te rekenen.
Bewijsmiddelen feiten 1, 2 en 4 [1]
Een
proces-verbaal van aangifte,houdende de verklaring van [slachtoffer 1] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [2]
Op dinsdag 1 oktober 2024 was ik samen met mijn broer in Almere . Wij hadden afgesproken om daar op de [straat 1] een auto te verkopen.
Een
proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever, houdende de verklaring van [slachtoffer 1] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [3]
Wij zijn naar het adres gegaan die wij hadden doorgekregen. De persoon met wie wij afgesproken hadden was daar niet. Wij hebben toen geappt met de vraag waar hij was. Hij zou er binnen 5 minuten zijn. Er stapten toen twee jongens in de auto. Er bleef 1 persoon buiten de auto staan. Een van de jongens in de auto vroeg ons om te bellen met de persoon met wie wij hadden afgesproken. Zij waren de mensen die het geld kwamen brengen. De jongens in de auto waren constant het betalen aan het uitstellen. Uiteindelijk stelden zij voor om het geld op te halen bij een auto waarin het geld zou liggen. De derde persoon buiten de auto was een hele jonge jongen, ongeveer 12 of 13 jaar oud. Hij werd door de andere mannen [naam] genoemd. Ik heb [naam] later wel op de tweede locatie gezien, maar ik denk dat hij met de fiets of iets degelijks erheen is gereden. Toen wij op de tweede locatie kwamen zag ik geen auto of persoon staan. We moesten toen de hoek om naar een zijstraat. Daar is een derde persoon bij ons in de auto gestapt, dit zou de persoon zijn die het geld zou hebben. Daar hebben wij ook nog een half uur gestaan, het was toen inmiddels 21.30 uur. Mijn broertje zei toen in het algemeen van dat hij zo weg moest en dat wij dit beter op een andere dag konden oplossen. De mannen wilden niet uitstappen en zij probeerden continu tijd te rekken. Toen wij terugreden naar de eerste locatie en gingen stilstaan draaide ik mij om op de stoel en zei, stap maar uit, want wij gaan weg. Toen zag ik ineens een pistool en een groot mes. De persoon de achter mij zat bleef zitten. De personen in het midden en achter mijn broertje die kwamen tussen de stoelen door naar voren. De persoon die recht achter mijn broertje zat die sloeg hem in het gezicht, met de achterkant van het mes. Hij sloeg hem daarbij boven zijn oog bij zijn neus. Ik werd op dat moment onder schot gehouden met het pistool door de jongen die in het midden zat. Zij wilden dat mijn broertje wegging achter het stuur en op de achterbank ging zitten. De jongen met het pistool ging voorin zitten achter het stuur. Op het moment dat hij naast mij zat, sloeg hij mij met het pistool in mijn gezicht. Mijn lip begon direct te bloeden. Wij zijn toen weer gaan rijden. Tijdens het rijden moesten wij onze telefoons aan de mannen laten zien. Ik moest mijn telefoon aan de bestuurder laten zien en mijn broertje moest zijn telefoon aan de mannen op de achterbank laten zien. Wij moesten de bankapp laten zien aan hen. Het pistool is daarbij naar achteren gegaan en de bestuurder had vervolgens het grote mes. We moesten al ons geld van de spaarrekening naar de normale rekening sturen. Mijn broertje had al geld op zijn normale rekening en daarmee wilden zij beginnen. We reden direct naar een pinautomaat, dit was die aan de woonboulevard in [woonplaats] . Eén van de jongens stapte uit, dit was degene die achter de bestuurder zat. De bestuurder heeft het mes in mijn gezicht gehouden en die van mijn broertje. Hij zei toen iets van als jullie uitstappen dan steek ik jullie neer. De deur ging vervolgens weer dicht en wij zijn weer gaan rijden, terwijl die jongen stond te pinnen. Wij zijn toen rondjes gaan rijden op dat industrieterrein. Op een gegeven moment zijn wij bij de pinautomaat gestopt en werd er gevraagd of het was gelukt. Hij zei toen dat hij 4 of 6000 euro had gepind. Ik zag toen ook [naam] , de eerdere jongen, ineens weer staan. Toen heeft hij 1 van de pinpassen aan [naam] gegeven. Toen zijn wij weer gaan rijden en hij is bij dezelfde pinautomaat gaan pinnen. [naam] kwam terug naar de auto en zei dat het niet lukte. Volgens mij is hij toen weggegaan en weggefietst. Wij zijn toen weggereden van het industrieterrein. Ondertussen werd in de auto gezegd dat wij geld moeten overmaken naar 1 van onze rekeningen. Ik moest dus al mijn geld overmaken naar mijn broertje en ook mijn spaargeld overmaken. Alleen die passen hebben een limiet natuurlijk, dus we moesten wachten tot die limieten voorbij kwamen. Wij werden tijdens de gehele rit bedreigd. Zolang als wij aan het rijden waren werd er continu gezegd ‘we steken jullie neer’, ‘we hakken jullie vingers eraf, ‘we schieten jullie neer’. Ik was op dat moment bang en er van overtuigd dat zij dit ten uitvoer gingen brengen. Ondertussen werd ik gebeld door familie en de vriendin van mijn broertje. De jongens lazen een bericht van mijn vriendin dat ze de politie zou gaan bellen. Zij schrokken hiervan, als mijn vriendin nog een keer zou bellen moet ik opnemen en zeggen dat wij in Amsterdam waren. Mijn ouders zijn er echter achter gekomen dat er iets mis was. Tijdens het rijden heeft de bestuurder nog een paar keer de velgen geraakt omdat hij echt niet kon rijden. Ik heb het idee dat hij geen rijbewijs had. Wij zijn toen doorgereden naar de volgende pinautomaat in de stad. Een van de jongens heeft toen een oude iPhone gepakt. Hij zei toen dat wij moesten lachten want zij gingen wat foto’s van ons maken. Dan konden ze ons nog opzoeken. Er zijn foto’s gemaakt van mijn gezicht en van mijn broertjes gezicht en van het bloed. Wij zijn toen gestopt bij de pinautomaat in de stad en is er weer eentje gaan pinnen. Hij kon toen maar iets van € 600 pinnen. Wij zijn toen weer verder gaan rijden want we moesten namelijk weer wachten tot de limiet was verhoogd. We moesten toen ook onze zakken legen om te kijken of we meer bij ons hadden. We reden op de weg dichtbij waar de aanrijding was gebeurd. We kregen toen in een keer stop politie te zien. Er raakte er eentje in paniek. Ze maakten toen het plan om te gaan rennen voor de politie. De bestuurder vond dat geen goed idee en vond dat hij wel kon rijden en is doorgereden. Wij zijn toen de woonwijk ingereden, ik keek op de snelheidsmeter en zag 90 staan, dit was toen we net aan het optrekken waren. Ik schat dat hij 100 tot 120 reed in de woonwijk. Het was glad en hij heeft de drempel niet gezien. Wij zijn toen vol over de drempel gereden en raakte in een slip. Wij zijn toen vol op een Ford Transit gereden, waarna we tegen de boom belanden. We stonden ineens stil, het ging allemaal heel snel. Mijn broertje lag bewusteloos in het midden op de achterbank.
Een
proces-verbaal van bevindingenaanvullend onderzoek camerabeelden Tesla, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [4]
Bij het uitkijken bleek dat er op 1 oktober 2024 pas vanaf 21.40 uur beelden beschikbaar waren van de Tesla.
21:42:19 uur: Ik zie dat er een persoon links achter uit de Tesla stapt. Ik zie dat de persoon die achter uit de Tesla stapt een zwarte jas van The North Face draagt en een grijze trainingsbroek. Dit kledingsignalement komt volledig overeen met de kleding die verdachte [medeverdachte 1] . Ik zie dat verdachte [medeverdachte 1] in zijn rechterhand een groot mes draagt. Ik zie bij het uitstappen van verdachte [medeverdachte 1] dat er een andere persoon aan de kant stapt om [medeverdachte 1] eruit te laten. Deze persoon
schuift vervolgens terug op de achterbank van de Tesla. Van deze persoon is alleen de linkerschoen te zien. Deze schoen komt exact overeen met de schoenen die verdachte [verdachte] .
21:42:22 uur:Ik zie dat verdachte [medeverdachte 1] de deur van de bestuurder van de Tesla opent
21:42:32 uur:Ik zie wel dat de Tesla heen en weer schudt. Ik zie vervolgens dat er een persoon vanaf de plek van de bestuurder uit de auto stapt
en naar de achterzijde van de auto loopt.
21:42:32 uur: Ik zie dat de deur van de bestuurder van binnenuit gesloten wordt. Ik zie dat er vervolgens nog iemand links achterin de Tesla gaat zitten. Hierdoor lijkt het alsof de andere personen op de achterbank doorgeschoven zijn. Ik zie hierbij enkel de schoen en een deel van de broek van deze persoon. Deze schoen en broek komen overeen met de kleding van de eerder omschreven verdachte [medeverdachte 1] .
21:43:03 uur: Bij het instappen is te zien dat deze persoon nog steeds het eerder omschreven mes vasthoudt.
21:43:45 uur: Ik zie dat er een persoon op een fiets rechts naast de Tesla aankomt. Deze jongen werd aan de hand van de latere camerabeelden van de Tesla door verschillende politieambtenaren herkend als zijnde [medeverdachte 3] .
21:44:03 uur:Op de camerabeelden van buiten de Tesla zie ik vervolgens geen personen meer in of uit stappen tot het voertuig om 21.44. uur vertrekt van de parkeerplaats. Hierbij is te zien dat verdachte [medeverdachte 3] achter de Tesla aanfietst.
21:44:45 uur: Ik zie dat verdachte [medeverdachte 3] achter de Tesla aan blijft fietsen.
22:08:53 uur:Ik zie vervolgens dat de Tesla tussen 21.44 uur en 22.08 uur rondrijdt door Almere waarbij niemand in of uitstapt. Omstreeks 22.08 uur zie ik dat de Tesla tot stilstand komt en dat er een persoon links achter uit de auto stapt. Ik zie dat deze persoon qua kledingsignalement volledig overeen met de kleding die verdachte [medeverdachte 1] .
22:08:53 uur: Ik zie dat verdachte [medeverdachte 1] gezicht bedekkende kleding draagt en iets in zijn rechterhand heeft. Dit voorwerp lijkt op een telefoon.
22:09:00 uur: Ik zie dat [medeverdachte 1] in de richting van een Geldmaat pinautomaat loopt. Ik herken deze Geldmaat en de gebouwen in de omgeving ambtshalve als het Geldmaat pinautomaat op de [straat 2] te Almere .
22:09:47 uur: Ik zie dat de Tesla een ronde rijdt in de omgeving van het pinautomaat Ik zie hierbij dat op een gegeven moment eerder omschreven verdachte [medeverdachte 3] langs de auto rijdt op zijn fiets. Ik zie dat hij hierbij omkijkt naar de auto.
22:10:37 uur: Ik zie dat de Tesla terugrijdt in de richting van het pinautomaat op de [straat 2] in Almere . Ik zie dat verdachte [medeverdachte 3] op zijn fiets achter de Tesla aanfietst.
22:10:45 uur: Ik zie op de front camera van de Tesla dat er een persoon bij het pinautomaat staat.
22:12:35 uur: Ik zie dat de Tesla naar achteren steekt waardoor de Geldmaat weer te zien is op de Front camera. Ik zie dat er nu twee personen bij de Geldmaat staan en dat de fiets van [medeverdachte 3] bij een heg geparkeerd is.
22:13:19 uur: Ik zie vervolgens dat de Tesla het pinautomaat voorbijrijdt en iets verderop naar achteren steekt. Ik zie hierbij verdachte [medeverdachte 3] in beeld komt terwijl hij bij de [winkel 1] staat en een sjaal/doek voor zijn gezicht doet. Ik zie dat hij daarna weer terug loopt richting het pinautomaat.
22:14:29 uur: Ik zie dat de Tesla vervolgens een ronde maakt en een minuut later weer terugkeert in de omgeving van het pinautomaat. Ik zie hierbij dat verdachte [medeverdachte 1] weer links achterin de Tesla stapt.
22:16:11 uur: Ik zie dat de Tesla hierna weer een ronde maakt en een minuut later terugkeert in de omgeving van het pinautomaat. Ik zie hierbij dat verdachte [medeverdachte 3] een telefoon met daarachter iets wat lijkt op pasjes overhandigd aan de bestuurder van de Tesla. Ik zie hierbij dat de bestuurder van de Tesla een gewatteerde jas draagt welke overeenkomt met de jas die verdachte [medeverdachte 2] .
22:16:41 uur: Ik zie hierbij dat verdachte [medeverdachte 3] vervolgens weer richting het pinautomaat loopt.
22:17:41 uur: Ik zie dat de Tesla geparkeerd wordt iets voorbij het pinautomaat op de [straat 2] , voor de ingang van overdekt winkelcentrum [winkelcentrum] . Ik zie dat verdachte [medeverdachte 3] op het linker achterraam van de Tesla klopt. Ik zie vervolgens dat hij iets overhandigd wat lijkt op een telefoon.
22:35:32 uur: Ik zie dat de Tesla door Almere rijdt. Ik zie hierbij dat de Tesla over de [straat 3] in Almere rijdt, in de buurt van het centrum van Almere -Stad.
22:46:34 uur: Ik zie dat de Tesla tussen 22.35 uur en 22.46 uur door Almere rijdt. Ik zie hierbij dat er geen personen in en uit de Tesla stappen. Ik zie om 22.46 uur dat de bestuurder van de Tesla tijdens het rijden zijn arm naar buiten steekt. Ik zie hierbij dat de bestuurder van de Tesla een gewatteerde jas draagt, welke overeenkomt met de jas die verdachte [medeverdachte 2] droeg ten tijde van zijn aanhouding.
22:52:32 uur: Ik zie dat de Tesla stopt en er een persoon rechts achter uit de Tesla stapt. Ik zie dat de kleding van deze persoon overeen met de kleding die verdachte [verdachte] , droeg bij zijn aanhouding.
22:53:34 uur: Ik zie dat verdachte [verdachte] in zijn linkerhand iets vasthoudt wat lijkt op een telefoon. Ik zie vervolgens dat verdachte [verdachte] naar links uit het beeld verdwijnt, het voetgangersgebied richting de [winkel 2] (…) Zoals te zien op bovenstaande kaart bevindt de locatie van de Tesla zich in de directe omgeving van
een pinautomaat op het [straat 4] te Almere .
22:55:13 uur: Ik zie dat verdachte [verdachte] terug komt bij de Tesla en weer rechts achterin de Tesla plaatsneemt waarna de Tesla wegrijdt.
22:56:47 uur: Ik zie dat achter de Tesla een politieauto rijdt. Ik zie op de verschillende beelden dat de transparant van deze politieauto rood verlicht is met de tekst politie stop.
22:57:10 uur: Ik zie dat de Tesla niet stopt naar links afslaat en de snelheid toeneemt. Ik zie dat de Tesla de bocht niet haalt en hierbij op het ras terecht komt waarna de auto slipt en de weer terug op de weg komt.
22:57:18 uur: Ik zie dat hierop de optische signalen (zwaailichten) op de politieauto aan gaan.
22:57:25 uur: Ik zie dat de snelheid waarmee de Tesla rijdt vervolgens nog eens aanzienlijk omhoog gaat. Ik zie dat de politieauto hierdoor in de achtergrond verdwijnt. Ik zie hierbij dat de Tesla over verschillende drempels stuitert.
22:57:30 uur: Ik zie dat de Tesla begint te slippen en dat de achterkant naar rechts uitbreekt Ik zie dat de Tesla hierbij met de rechter achterkant een geparkeerde bestelbus raakt.
22:57:31 uur: Ik zie dat er vervolgens flinke schade te zien is aan de voorzijde van de witte bestelbus.
22:57:33 uur: Ik zie dat de Tesla vervolgens naar de andere kant van de weg schuift en met de linkerzijde tegen een boom klapt.
22:57:33 uur: Ik zie dat bij deze klap erop lijkt dat er een persoon links achter uit het voertuig wordt geslingerd.
22:57:37 uur: Ik zie dat de Tesla met de achterkant tegen een geparkeerde auto tot stilstand komt. Ik zie dat links naast het voertuig op dat moment een Fiat Panda staat. Ik zie vervolgens dat er een persoon links achter uit de Tesla klimt. Ik zie dat de kleding van deze persoon overeen lijkt te komen met de kleding die verdachte [verdachte] droeg bij zijn aanhouding.
22:57:52 uur: Ik zie dat de politie ter plaatse komt bij de Tesla en contact probeert te maken met de inzittenden.
Een
proces-verbaal van verhoor medeverdachte[medeverdachte 3] , opgemaakt door verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [5]
V: Je was die dag weggelopen en je was buiten en hoe kom je bij die jongens?
A: Ik had ze geappt wat gaan jullie doen. Ze zeiden dat ze thuis waren en dat ik
langs kon komen. Ik ken ze van de buurt in Almere van [complex] . Ze vertelde dat ze
het wilde doen en toen gingen ze het doen.
V: Hoe ging dat contact en wat zeiden ze?
A: Ze zeiden dat ze een auto gingen verkopen en vroegen of ik mee ging en ik zei dat
ik ging kijken.
Een
proces-verbaal van bevindingen Snapchatmet bijlagen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 4] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [6]
Ik bekeek de geleverde informatie van snapchat en zag foto’s en een filmpje. De personen op de foto’s zijn herkend als de slachtoffers [slachtoffers] . Ik herkende op filmpje slachtoffer [slachtoffer 2] . Ik zag dat zijn gezicht werd gefilmd vanaf de rechterzijde. Ik hoorde een stem en ik hoorde dat deze persoon het volgende zei:
'Nu ga je betalen jij’
'Heb je gehoord’
‘Heb je gehoord’
Ik zag en hoorde dat slachtoffer [slachtoffer 2] geslagen werd. Ik zag een arm komen vanuit de richting van de filmende telefoon, en ik zag en hoorde dat slachtoffer [slachtoffer 2] geraakt werd op het hoofd. Ik zag dat slachtoffer [slachtoffer 2] met zijn hoofd achteruit bewoog door deze klap. Ik zag en hoorde dat de persoon tijdens de klap op het hoofd van slachtoffer [slachtoffer 2] voor het tweede maal 'heb je gehoord’ zei.
Een
proces-verbaal van bevindingen, onderzoek betaalrekening en spaarrekening [slachtoffer 1] , opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [7]
Naar aanleiding van bovenstaande informatie zijn de transacties opgevraagd van de betaalrekening [rekeningnummer 1] en spaarrekening [rekeningnummer 2] van aangever [slachtoffer 1] . Bij het bekijken van de transacties is te zien dat er op 1 oktober 2024, omstreeks 21.46 uur, 1.230 euro van de betaalrekening van [slachtoffer 1] werd overgeschreven naar de rekening van het andere slachtoffer [slachtoffer 2] . Daarna is te zien dat, omstreeks 21.52 uur, 9.072 euro werd overgeschreven van de spaarrekening [rekeningnummer 2] van aangever [slachtoffer 1] naar zijn betaalrekening. Vervolgens is omstreeks 22.11 uur te zien dat er twee keer 2.000 euro van de betaalrekening werd gepind bij een Geldmaat op de [straat 2] te Almere .
Een
proces-verbaal van bevindingen, onderzoek betaalrekening en spaarrekening [slachtoffer 2] , opgemaakt door verbalisant [verbalisant 5] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [8]
Naar aanleiding van bovenstaande informatie zijn de transacties opgevraagd van de betaalrekening [rekeningnummer 3] en spaarrekening [rekeningnummer 4] van slachtoffer [slachtoffer 2] . Bij het bekijken van bovenstaande transacties is t zien dat er op 1 oktober 2024, om 21.46 uur, er 1.230 euro was gestort op de rekening van [slachtoffer 2] en dit kwam van de rekening van [slachtoffer 1] . Ik zag dat tussen 22.09 uur en 22.13 uur er drie keer geld was opgenomen bij de Geldmaat aan de [straat 2] te Almere . Dit was voor een totaal bedrag van 4.070 euro. Ik zag dat tussen 22.31 uur en 22.32 uur er twee keer geld was opgenomen bij de Geldmaat aan de [straat 5] te Almere . Dit was voor een totaal bedrag van 500 euro. Ik zag dat er om 22.54 uur er geld was opgenomen bij de Geldmaat aan het [straat 4] te Almere . Dit was voor een totaal bedrag van 300 euro.
Een
proces-verbaal van bevindingen, inbeslaggenomen bedrag [medeverdachte 1] , opgemaakt door verbalisant [verbalisant 5] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [9]
Uit de processen-verbaal bankgegevens van aangever blijkt dat er meerdere bedragen contant zijn opgenomen bij Geldmaat op 1 oktober 2024. Dit was een bedrag van in totaal 8.870 euro, welke contant was opgenomen van de bankrekeningen van de slachtoffers. Na de aanhouding van de verdachte [medeverdachte 1] is er contant geld aangetroffen. Dit was een totaal bedrag van 8.870 euro.
Een
proces-verbaal van bevindingengesprek met aangever [slachtoffer 1] , opgemaakt door verbalisant [verbalisant 6] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [10]
[slachtoffer 1] vroeg mij tijdens dit gesprek of er al iets duidelijk was over het contante geld dat hij ten tijde van het incident had moeten afgeven onder bedreiging van een mes aan de verdachte, die op dat moment de Tesla bestuurde. [slachtoffer 1] zat op dat moment op de bijrijdersstoel. [slachtoffer 1] verklaarde dat de bestuurder, zoals gezegd, een mes in zijn richting hield en hem sommeerde al het geld dat hij bij zich had aan hem te geven. [slachtoffer 1] verklaarde dat hij inderdaad contact geld in een portemonnee in zijn linker jaszak had en dat het een bedrag van circa 560 euro betrof, hoofdzakelijk bestaande uit biljetten van 20 euro. [slachtoffer 1] verklaarde dat hij het geld vanwege de bedreiging aan de bestuurder gaf. [slachtoffer 1] verklaarde mij dat hij zag dat de bestuurder het geld naar een van de verdachten op de achterbak van de Tesla gaf. Wie dat was kon hij niet zien.
Een
proces- verbaal van bevindingenaantreffen mes, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 7] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [11]
Ik zag dat er een groot mes lag op ongeveer een halve tot een meter afstand van de persoon. Ik zag dat het mes een hand had met daaraan een vast kartelend lamet. Ik schat dat het lamet ongeveer 30 centimeter lang was.
Een
proces-verbaal van bevindingenaantreffen vuurwapen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 8] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [12]
Toen ik aan de voorzijde van de Tesla liep, sprak collega Mark mij aan dat er een vuurwapen op straat lag. Deze lag op circa twee meter voor ons dienstvoertuig en drie meter vanaf de voorzijde van de Tesla. Ik zag dat er op stond: "Walther P99".
Het
deskundigenrapport Forensisch DNA-onderzoek, opgesteld door ing. J.H.C. Gits, zakelijk beschreven: [13]
AASB4911NL#01 vuurwapen
AARK8758NL; binnenzijde loop; Tb- negatief
DNA profiel:
DNA kan afkomstig zijn van [medeverdachte 2]
Bewijskracht:
meer dan 1 miljard.
Een
schriftelijk bescheidGeneeskundige Verklaring, opgesteld door [A] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [14]
Medische informatie betreffende:
Voornamen: [slachtoffer 2]
Achternaam: [slachtoffer 2]
Uitwendig waargenomen letsel:
- hersenbloeding
- hemiparese links
- occlusie a vertebralis
- fractuur cervicaal
- buikwand ruptuur
- fors darmletsel
Geschatte duur van de genezing: jaren
Deze bewijsmiddelen worden, ook in hun onderdelen, slechts gebruikt ter bewijs van het feit of de feiten, waarop ze gezien hun inhoud betrekking hebben.

Vrijspraak feit 3

De rechtbank is met de officier van justitie en de raadsvrouw van oordeel dat op basis van het vastgestelde feitencomplex de door [verdachte] en de medeverdachten gepleegde handelingen niet kunnen worden gekwalificeerd als een diefstal met geweld van de auto. De rechtbank zal [verdachte] daarom vrijspreken van het onder 3 tenlastegelegde.

Bewijsmiddelen feit 5

Een
proces-verbaal van aangifte, houdende de verklaring van [aangever] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [15]
Op woensdag 29 mei 2024 arriveerde ik omstreeks 13:30 uur bij het [complex] in Almere . Ik heb daar gebruik gemaakt van de muziekstudio. Ik heb mijn airpods op de rechterzijde van de desk gelegd. De witte airpods zaten in een witte case. Omstreeks 16:00 uur heb ik de muziekstudio weer verlaten. Ik zag dat er twee jongens de muziekstudio ingingen. Omstreeks 17:00 uur wilde ik naar huis vertrekken. Ik wilde mijn Airpods indoen, maar ontdekte dat ik deze niet in mijn jaszak had zitten. Ik besefte mij dat ik deze op de desk in de muziekstudio had laten liggen. De studio was inmiddels leeg. Ik zag dat mijn Airpods niet meer rechts op de desk lagen. Ik ben naar de ruimte met de keuken gelopen. Ik zag daar jongen 1 met zijn moeder. Ik vroeg aan de jongen of hij mijn Airpods had gezien. Ik hoorde de jongen zeggen dat hij de Airpods niet had gezien. Ik ben vervolgens naar de leiding gelopen van [complex] . Zij heeft samen met [medewerker complex] de camerabeelden gekeken. [medewerker complex] vertelde mij dat hij op de camerabeelden had gezien dat jongen 1 de Airpods van de desk had gepakt en in zijn linkerbroekzak had gestopt. [medewerker complex] vertelde dat dit zeer duidelijk op camera staat.
Een
proces-verbaal van bevindingencamerabeelden [complex] , opgemaakt door verbalisant [verbalisant 9] , inhoudende, zakelijk weergegeven: [16]
29 mei 2024, 15:48, camera 1. Ik zie dat aangever zijn airpods neerlegt op de desk en
vervolgens de ruimte verlaat. Ik zie dat er niemand meer aanwezig is in de ruimte.
29 mei 2024, 16:06, camera 1. Ik zie dat NN1 zijn linkerhand richting de airpods
beweegt. Ik zie dat NN1 de airpods in zijn hand neemt en van tafel tilt.
29 mei 2024, 15:06, camera 2: Ik zie dat NN1 met zijn linkerhand de airpods in zijn
hand neemt.
29 mei 2024, 15:06, camera 2. Ik zie dat NN1 de airpods in zijn linkerhand houdt en
richting zijn broekzak beweegt. Ik zie dat NN1 met zijn linkerhand rond zijn broekzak beweegt.
29 mei 2024, 15:07, camera 2. Ik zie dat NN1 met zijn linkerhand zijn linker broekzak ingaat en dat hij daarna niets meer in zijn linkerhand vast heeft.
Een
proces-verbaal van verhoor verdachte, houdende de verklaring van [verdachte] , inhoudende, zakelijk weergeven:
V: Ik zie op de camerabeelden dat jij Airpods in hebt als je de muziek studio inloopt?
A: Die waren van mijn neef.

Bewijsoverweging

[verdachte] heeft een case voor Airpods gepakt op een moment dat hij zelf oortjes in had. Naar de uiterlijke verschijningsvorm was zijn handelen gericht op het wegnemen van de Airpods met als doel deze te stelen. De verklaring van [verdachte] dat hij dacht dat de Airpods van hem zelf waren vindt de rechtbank niet geloofwaardig. In dat geval had hij de Airpods gewoon kunnen teruggeven aan de eigenaar op het moment dat hij vroeg of [verdachte] zijn Airpods had gezien.

BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat [verdachte] :
Feit 1
op 1 oktober 2024 te Almere , tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] wederrechtelijk van de vrijheid hebben beroofd en beroofd gehouden, door
- een afspraak te maken met die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] voor het kopen van
een personenauto (Ford Ranger) en
- vervolgens in de auto van die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te stappen en
- aan te geven dat het geld voor de koop van de personenauto (Ford Ranger) opgehaald moest worden en
- te weigeren uit de auto te stappen en
- een vuurwapen en een mes op die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te richten en
- die [slachtoffer 1] met een vuurwapen in het gezicht te slaan en [slachtoffer 2] met een mes in het gezicht te slaan en
- die [slachtoffer 2] onder bedreiging van een vuurwapen en een mes, te dwingen uit het voertuig te stappen en
- die [slachtoffer 2] , terwijl hij en/of zijn mededader(s) een vuurwapen en een mes, op die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] gericht hield(en), te dwingen achterin het voertuig te stappen op de achterbank en
- vervolgens met het voertuig weg te rijden en
- een mes te tonen en die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen dat als ze zouden uitstappen, zij neergestoken zouden worden, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking en
- vervolgens met dat voertuig door Almere te rijden en
- hierbij telkens die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen: "We steken jullie neer" en "We hakken jullie vingers eraf" en "We schieten jullie neer", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,
ten gevolge waarvan die [slachtoffer 2] zwaar lichamelijk letsel, te weten een halfzijdige lichaamsverlamming, heeft bekomen;
Feit 2
op 1 oktober 2024 te Almere , tezamen en in vereniging met anderen, een geldbedrag dat geheel aan [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, waarbij hij, verdachte en zijn mededader(s) het weg te nemen geldbedrag onder hun bereik hebben gebracht door middel van valse sleutels, te weten een of meer bankpassen (met bijbehorende pincode), terwijl deze diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, door
- een vuurwapen en een mes, op die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te richten en
- die [slachtoffer 1] met een vuurwapen in het gezicht te slaan en [slachtoffer 2] met een mes in het gezicht te slaan en
- tijdens het rijden die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te dwingen om hun telefoons met daarop bankapps te laten zien en
- tijdens het rijden die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te dwingen om geld over te maken van hun spaarrekeningen naar hun betaalrekeningen en
- hierbij een mes te tonen en die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen dat als ze zouden uitstappen, zij neergestoken zouden worden, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking en
- hierbij telkens die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen: "We steken jullie neer" en "We hakken jullie vingers eraf" en "We schieten jullie neer", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
Feit 4
op 1 oktober 2024 te Almere , tezamen en in vereniging met een of meer anderen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot de afgifte van een personenauto (met kenteken [kenteken] ) en een geldbedrag dat geheel aan die [slachtoffer 1] toebehoorde door
- in de auto van die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te stappen en
- te weigeren uit de auto te stappen en
- een vuurwapen en een mes, op die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te richten en
- die [slachtoffer 1] met een vuurwapen in het gezicht te slaan en [slachtoffer 2] met een mes in het gezicht te slaan en
- die [slachtoffer 2] onder bedreiging van een vuurwapen en een mes, te dwingen uit het voertuig te stappen en
- die [slachtoffer 2] , terwijl hij en/of zijn mededader(s) een vuurwapen en een mes, op die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] gericht hield(en), te dwingen achterin het voertuig te stappen op de achterbank en
- vervolgens met het voertuig weg te rijden;
- een mes op die [slachtoffer 1] te richten en
- die [slachtoffer 1] te zeggen dat hij zijn zakken moest leeg maken en
- die [slachtoffer 1] te zeggen dat hij al het geld dat hij bij zich had aan hem en/of zijn mededader(s) moest geven;
Feit 5
op 29 mei 2024 te Almere AirPods, die aan [aangever] , toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. [verdachte] is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen onder 1, 2, 4 en 5 meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. [verdachte] wordt hiervan vrijgesproken.

STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
Feit 1
medeplegen van het opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven/beroofd houden, terwijl het feit zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft;
Feit 2
diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld/bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
Feit 4
afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
Feit 5
Diefstal

STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. [verdachte] is dan ook strafbaar.

OPLEGGING VAN STRAF EN MAATREGEL

De vordering van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gevorderd [verdachte] ter zake van het door hem bewezen geachte te veroordelen tot:
- een jeugddetentie van 180 dagen, met aftrek van het voorarrest, waarvan een gedeelte van 73 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, met daarbij door de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad) geadviseerde bijzondere voorwaarden. De officier van justitie heeft voorts gevorderd de te stellen voorwaarden en het uit te oefenen toezicht dadelijk uitvoerbaar te verklaren;
- een Gedragsbeïnvloedende Maatregel (hierna: GBM) voor de duur van 1 jaar, met de voorwaarden zoals die zijn geadviseerd door de Raad, en met de aantekening dat wanneer verdachte niet naar behoren meewerkt aan de tenuitvoerlegging van de maatregel, vervangende jeugddetentie zal worden toegepast voor de duur van 12 maanden, waarbij per overtreding maximaal een time-out van twee weken kan worden opgelegd. De officier van justitie heeft de dadelijke uitvoerbaarheid van de maatregel gevorderd.

Het standpunt van de verdediging

De raadsvrouw heeft bepleit om bij de bepaling van de strafmaat mee te gaan in het advies van de Raad en rekening te houden met de omstandigheid dat de strafbare feiten verminderd aan [verdachte] kunnen worden toegerekend. De raadsvrouw verzoekt de rechtbank primair om geen GBM op te leggen. Mocht de rechtbank toch een GBM opleggen dan verzoekt de raadsvrouw de GBM op te leggen voor een periode van maximaal 6 maanden, te vervangen door 6 maanden jeugddetentie. [verdachte] denkt serieus na over zijn toekomst, toont inzicht in zijn problematiek en werkt actief aan verbetering. De tot nu toe aangeboden hulp heeft een positieve invloed op hem gehad. [verdachte] staat dan ook open voor alle vormen van hulpverlening.

Het oordeel van de rechtbank

De aard en de ernst van de feiten
[verdachte] heeft zich op 1 oktober 2024 samen met anderen schuldig gemaakt aan een wederrechtelijke vrijheidsberoving, diefstal met geweld van verschillende geldbedragen, afpersing van een geldbedrag en de afpersing van een auto.
De feiten die [verdachte] samen met [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] heeft gepleegd zijn bijzonder ernstig. De manier waarop beide slachtoffers gedurende ruim een uur in de auto zijn vastgehouden, waarbij zij op een hele heftige manier zijn bedreigd en zijn geslagen met een mes en een vuurwapen, moet voor hen heel beangstigend zijn geweest. Extra stuitend is dat [verdachte] en zijn medeverdachten het nodig vonden om dit te filmen en via Snapchat met de wereld te delen. Het doel van deze hele actie was het verkrijgen van zoveel mogelijk geld. De situatie is helemaal uit de hand gelopen op het moment dat [medeverdachte 2] besloot om toen de politie ten tonele verscheen niet te stoppen, maar te vluchten. [medeverdachte 2] reed met 125 kilometer per uur een woonwijk in waar 30 kilometer per uur was toegestaan. Door dit roekeloze rijgedrag is [medeverdachte 2] de controle over de auto verloren en kwam deze uiteindelijk via een boom tot stilstand. Dat er geen doden zijn gevallen is een wonder. Eén van de slachtoffers heeft wel zwaar lichamelijk letsel opgelopen. Zijn leven zal nooit meer hetzelfde zijn nu hij door het ongeval halfzijdig verlamd is geraakt. Uit de ter zitting voorgedragen slachtofferverklaring volgt dat de impact van de feiten tot op de dag van vandaag nog steeds voor beide slachtoffers en hun familie onbeschrijfelijk groot is.
[verdachte] en zijn medeverdachten hebben op een zeer grove wijze inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van de slachtoffers. Naast de angstgevoelens die de slachtoffers zijn aangejaagd, veroorzaken dergelijke gewelddadige feiten gevoelens van angst en onveiligheid in de samenleving. [verdachte] en zijn medeverdachten hebben zich hierbij niet bekommerd om de gevolgen voor de slachtoffers en hebben hun eigen belang om ‘snel geld te verdienen’ voorop gezet. Dit rekent de rechtbank [verdachte] zwaar aan.
Daarnaast heeft [verdachte] zich nog schuldig gemaakt aan een diefstal. [verdachte] heeft door het wegnemen van de Airpods geen respect getoond voor het eigendomsrecht van een ander.
De persoon van verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit het Justitieel Documentatieregister van 31 maart 2025 betreffende verdachte. Daaruit volgt dat [verdachte] niet eerder voor soortelijke feiten is veroordeeld. Wel is [verdachte] op 19 maart 2024 door de meervoudige strafkamer van de rechtbank Lelystad veroordeeld voor onder andere openlijke geweldpleging en wapenbezit. Hierbij is aan [verdachte] een jeugddetentie van 90 dagen, waarvan 78 dagen voorwaardelijk opgelegd met een proeftijd van twee jaren en daarbij verschillende bijzondere voorwaarden. [verdachte] is dus gedurende deze proeftijd weer in de fout gegaan door nieuwe strafbare feiten te plegen
Bij haar beslissing houdt de rechtbank wat betreft de persoon van [verdachte] rekening met de volgende rapporten:
- een pro Justitia rapportage betreffende een psychologisch onderzoek van 14 januari 2025, opgemaakt door de GZ- psycholoog (hierna: het pro Justitia rapport);
- een advies uitgebreid onderzoek van de Raad van 12 mei 2025.
Daarnaast heeft de rechtbank kennis genomen van hetgeen de onderzoeker werkzaam bij de Raad en de jeugdreclasseerder als beëdigd deskundigen op zitting hebben verklaard en toegelicht.
Uit het
pro Justitia rapportvolgt dat bij [verdachte] sprake is van een normoverschrijdende-gedragsstoornis, een verstandelijke ontwikkelingsstoornis en een bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling (met narcistische en antisociale trekken) en daarnaast een andere gespecificeerde somatisch-symptoomstoornis of verwante stoornis. Door het ontbreken van een delictscenario kan geen eenduidige uitspraak worden gedaan over de invloed van de stoornissen op de tenlastegelegde feiten. Strikt hypothetisch gezien is bij elk van de tenlastegelegde feiten een scenario denkbaar waarin [verdachte] op vroegkinderlijk niveau overweegt, situaties onvoldoende inschat, beperkt kan beschikken over emotieregulatievaardigheden en probleemoplossingsvaardigheden, waarbij hij te snel tot handelen komt en geen weerstand biedt aan eigen belangen (van bezit of waardering van vrienden), met onvoldoende oog voor de gevolgen. De beperkingen die de stoornissen en bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling met zich meebrengen, beïnvloeden en sturen de gedragskeuzes van [verdachte] onvermijdelijk, maar niet in die mate dat hij niet tot andere gedragskeuzes had kunnen komen. De psycholoog adviseert de tenlastegelegde feiten dan ook verminderd aan [verdachte] toe te rekenen.
Het recidiverisico voor grens- en normoverschrijdend gedrag, bij gelijkblijvende omstandigheden, wordt als hoog ingeschat. Voor vermindering van het hoge recidiverisico is langdurige en intensieve begeleiding en toezicht nodig. Hierbij zijn duurzame deelname aan onderwijs of werk, zinvolle vrijetijdsbesteding, volgen van hulpverlening, houden aan afspraken, het geven van openheid over sociaal netwerk belangrijke voorwaarden. Vanwege de functionele beperkingen door de verstandelijke ontwikkelingsstoornis is [verdachte] vooralsnog langdurig aangewezen op een leefomgeving, waarin hij structurele begeleiding ontvangt van volwassenen. Verblijf in de thuissituatie (bij moeder of vader) met intensieve ondersteuning van een ambulante coach en toezichthouder, met daarnaast vaktherapeutische behandeling, kan naar verwachting voldoende tegemoet komen aan de intensieve begeleiding, structuur en toezicht die [verdachte] nodig heeft. De psycholoog adviseert voorgaande vorm te geven in kader van een GBM.
Uit het
advies van de Raadvolgt dat het Algemeen Recidive Risico (ARR) hoog is. Het hoge ARR kan verklaard worden door het feit dat [verdachte] al eerder met de politie in aanraking is gekomen en er daarnaast sprake is van een grote mate van beïnvloedbaarheid. [verdachte] wil er graag bij horen en stoer doen. Het Dynamisch Risico Profiel (DRP) komt uit op midden, wat aangeeft dat er naast beschermende factoren ook meerdere risicoverhogende factoren worden gezien.
Ten aanzien van het strafadvies is de Raad van mening dat een intensief behandel- en begeleidingstraject noodzakelijk is om de kans op herhaling te verkleinen. De Raad acht hierbij, net als de psycholoog, een GBM het meest aangewezen. De Raad schat hierbij in dat duidelijke consequenties en eventuele time-outs binnen een JJI als [verdachte] zich niet aan de voorwaarden houdt, effectiever zullen zijn dan lichtere vormen van toezicht en begeleiding. De Raad heeft nog een voorwaardelijke PIJ-maatregel overwogen, maar acht deze maatregel gezien het benodigde strakke kader van begeleiding en coaching met deels een behandeling, minder geschikt. De Raad hoopt dat na dit jaar de overgang naar een reguliere Toezicht en
Begeleiding haalbaar is voor [verdachte] . Om deze reden adviseert de Raad om naast een
GBM, tevens een voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden en Toezicht
en Begeleiding op te leggen. De Raad adviseert daarnaast om de proeftijd van de vordering tenuitvoerlegging te verlengen omdat het niet wenselijk is dat [verdachte] weer terug moet naar de JJI. Omdat het risico op crimineel gedrag als hoog wordt ingeschat en voortgang van de ingezette begeleiding noodzakelijk is, acht de Raad het van belang dat de bijzondere voorwaarden en het toezicht dadelijk uitvoerbaar worden verklaard.
Verminderde toerekenbaarheid
De rechtbank neemt de conclusie van de psycholoog over. Dit betekent dat de rechtbank de bewezenverklaarde feiten in verminderde mate aan [verdachte] toerekent.
De op te leggen straf en maatregel
Bij het bepalen van de straf en maatregel heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van [verdachte] , zoals op de zitting is gebleken.
De rechtbank ziet dat [verdachte] een intensieve behandeling en begeleiding krijgt en daarmee ook serieus aan de slag is gegaan. Uit de rapportages van de psycholoog en de Raad wordt duidelijk dat het erg belangrijk is dat deze behandeling en begeleiding voor een lange periode voor [verdachte] beschikbaar blijft en dat er tijdens die periode aan de ene kant ruimte is om te oefenen met lastige situaties en aan de andere kant ook snel consequenties kunnen worden verbonden wanneer [verdachte] zich niet aan afspraken houdt. Een GBM biedt deze mogelijkheid. De rechtbank is daarom van oordeel dat de GBM in het belang is van een zo gunstig mogelijke verdere ontwikkeling van [verdachte] . De raadsvrouw heeft de rechtbank verzocht de termijn van de GBM te beperken tot zes maanden. De rechtbank denkt dat meer tijd nodig is om te bereiken dat [verdachte] leert om bij probleemsituaties weg te blijven of deze op een goede manier op te lossen. De rechtbank zal de GBM daarom opleggen voor de duur van één jaar. De rechtbank zal daartoe de voorwaarden zoals beschreven door de Raad overnemen en opleggen. De rechtbank zal, voor het geval [verdachte] niet naar behoren aan de tenuitvoerlegging van de maatregel meewerkt, bepalen dat de maatregel zal worden vervangen door jeugddetentie voor de duur van 12 maanden.
De rechtbank zal verder bevelen dat de GBM dadelijk uitvoerbaar is. Op basis van hetgeen door de psycholoog en de Raad is gerapporteerd over het recidiverisico moet er ernstig rekening mee worden gehouden dat verdachte opnieuw een strafbaar feit zal plegen of zich belastend zal gedragen. Gelet op het voorgaande is de dadelijke uitvoerbaarheid in het belang van [verdachte] .
Gelet op de aard en ernst van de feiten acht de rechtbank naast de GBM een jeugddetentie voor de duur van 180 dagen, met aftrek van het voorarrest, waarvan 73 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, passend en geboden. Hierbij zal de rechtbank de voorwaarden zoals beschreven door de Raad overnemen en opleggen. De rechtbank zal ook deze voorwaarden dadelijk uitvoerbaar verklaren. De rechtbank acht het van belang dat aansluitend op de GBM nog een kader loopt, waarbij wordt ingezet op een zo gunstig mogelijke ontwikkeling van [verdachte] en (mede daardoor) ertoe bijdraagt dat verdachte zich in de toekomst niet opnieuw schuldig zal maken aan (soortgelijke) strafbare feiten.
Verdachte heeft in totaal 107 dagen in voorarrest gezeten. Deze beslissing betekent dat verdachte niet meer terug hoeft naar de jeugdgevangenis.
Voorlopige hechtenis
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis opheffen.

BESLAG

Er is een beslaglijst, waarover nog een beslissing moet worden genomen, met daarop de volgende voorwerpen,:
- een insulinespuit (goednummer: 3413039);
- een geldbedrag van € 30,00 (goednummer: 3413106)
- een fietssleutel (goednummer: 3424679)
9.1
Het standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het geldbedrag van € 30,00 dient te worden teruggegeven aan de rechthebbende, te weten [slachtoffer 1] . De insulinespuit dient aan het verkeer te worden onttrokken. Het is onduidelijk waarom verdachte deze insulinespuit bij zich had, temeer nu hij zelf geen diabetes heeft. Met een insulinespuit kan je iemand weerloos maken en deze dient daarom niet in handen van de verkeerde te belanden.
9.2
Het standpunt van de verdediging
Het geldbedrag van € 30,00 dient aan [verdachte] te worden teruggeven, dit geldt eveneens voor de fietssleutel. De raadsvrouw refereert zich ten aanzien van de insulinespuit aan het oordeel van de rechtbank.
9.3
Het oordeel van de rechtbank

Teruggave aan verdachte

De rechtbank stelt vast dat al een last tot teruggave aan [verdachte] is gegeven voor de fietssleutels (goednummer 3424679) [17] en zal daarom hierover geen beslissing nemen.
De rechtbank zal wel de teruggave gelasten aan [verdachte] van het inbeslaggenomen geldbedrag van € 30,00 (goednummer: 3413106).

Onttrekking aan het verkeer

De rechtbank zal het in beslag genomen voorwerp, te weten een insulinespuit (goednummer 3413039), onttrekken aan het verkeer. Dit voorwerp is van zodanige aard dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang. Het voorwerp is bij gelegenheid van het onderzoek naar het door verdachte begane feit.

VORDERING TENUITVOERLEGGING

Bij vonnis van de meervoudige strafkamer van de rechtbank Midden- Nederland, locatie Lelystad van 19 maart 2024 heeft [verdachte] een voorwaardelijke jeugddetentie van 78 (achtenzeventig) dagen opgelegd gekregen. [verdachte] heeft zich binnen de proeftijd opnieuw schuldig gemaakt aan strafbare feiten. In beginsel kan daarom de tenuitvoerlegging van de voorwaardelijk opgelegde straf worden gelast. De rechtbank is het echter met de deskundigen eens dat het niet in het belang van de ontwikkeling van [verdachte] is als hij terug zou moeten naar de JJI. De rechtbank zal daarom niet de tenuitvoerlegging van de jeugddetentie gelasten maar de proeftijd verlengen met één jaar.

TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 36b, 36d , 47, 77a, 77g, 77i, 77w, 77wa, 77wc, 77x, 77y, 77z, 77aa, 77gg, 282, 310, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht, zoals de artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het onder 3 tenlastegelegde niet bewezen en spreekt [verdachte] daarvan vrij;
Bewezenverklaring
- verklaart het onder 1, 2, 4 en 5 tenlastegelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het onder 1, 2, 4 en 5 meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt [verdachte] daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het onder 1, 2, 4 en 5 bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart [verdachte] strafbaar;
Oplegging straf en maatregel
- veroordeelt [verdachte] tot een
jeugddetentie van 180 (honderdtachtig) dagen;
- bepaalt dat de tijd, door [verdachte] vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de jeugddetentie in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat van de
jeugddetentie een gedeelte van 73 (drieënzeventig) dagen, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat [verdachte] de hierna te melden algemene en/of bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een
proeftijd van 2 (twee) jarenvast;
- als algemene voorwaarden gelden dat [verdachte] :
 zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
 ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
 medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 77aa, eerste tot en met het derde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
- stelt als bijzondere voorwaarden dat [verdachte] gedurende de proeftijd:
* op geen enkele wijze contact – indirect of direct - zal opnemen, zoeken of hebben met de slachtoffers ( [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum 2] 1993 en [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 3] 1996) en de medeverdachten ( [medeverdachte 2] , geboren op [geboortedatum 4] 2007, [medeverdachte 3] , geboren op [geboortedatum 5] 2011 en [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedatum 2] 2009);
* meewerkt aan de begeleiding/behandeling vanuit Fivoor (of soortgelijke instelling);
* meewerkt aan begeleiding vanuit Samen Sterk, voor zolang de jeugdreclassering dit nodig acht;
* meewerkt aan traumabehandeling of aanvullende hulpverlening, indien de jeugdreclassering dit nodig acht;
* meewerkt aan begeleid/ beschermd wonen, indien en zodra de jeugdreclassering dit nodig acht;
* meewerkt aan een positief ingevulde gestructureerde daginvulling (zoals school/stage/werk),
- waarbij de gecertificeerde instelling William Schrikker Jeugdbescherming en Jeugdreclassering te Flevoland opdracht wordt gegeven toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en [verdachte] ten behoeve daarvan te begeleiden;
- beveelt dat de bijzondere voorwaarden en het toezicht door de reclassering
dadelijk uitvoerbaarzijn;
- legt op aan [verdachte]
de maatregel betreffende het gedrag van de jeugdige voor de duur van 1 (één) jaar, die eruit bestaat dat [verdachte] :
* zich houdt aan de aanwijzingen van de gecertificeerde instelling te weten de WSS te Flevoland, waarbij [verdachte] maximaal zes maanden intensieve begeleiding aanvaardt in het kader van ITB Harde Kern;
* zich houdt aan het locatiegebod ( [adres 2] te [plaats] ) en zich ter controle van het locatiegebod onder elektronische monitoring zal stellen van de gecertificeerde instelling te weten de William Schrikker Jeugdbescherming en Jeugdreclassering te Flevoland, voor de duur van maximaal 6 maanden;
* op geen enkele wijze contact – indirect of direct - zal opnemen, zoeken of hebben met de slachtoffers ( [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum 2] 1993 en [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 3] 1996 en medeverdachten (( [medeverdachte 2] , geboren op [geboortedatum 4] 2007, [medeverdachte 3] , geboren op [geboortedatum 5] 2011 en [medeverdachte 1] , geboren op [geboortedatum 2] 2009);
* meewerkt aan de begeleiding/ behandeling vanuit Fivoor (of soortgelijke instelling);
* meewerkt aan begeleiding vanuit Samen Sterk, voor zolang de jeugdreclassering dit nodig acht;
* meewerkt aan traumabehandeling of aanvullende hulpverlening, indien de jeugdreclassering dit nodig acht;
* meewerkt aan begeleid/ beschermd wonen, indien en zodra de jeugdreclassering dit nodig acht;
* na afloop van het ITB Harde Kern traject meewerkt aan de avondklok, door de jeugdreclassering op te stellen en te controleren (rekening houdend met sporten, en/of andere positieve vrijetijdsbesteding), voor zolang de jeugdreclassering dit nodig acht;
* meewerkt aan een positief ingevulde gestructureerde daginvulling (zoals school/stage/werk);
- waarbij de gecertificeerde instelling William Schrikker Jeugdbescherming en Jeugdreclassering te Flevoland opdracht wordt gegeven toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en [verdachte] ten behoeve daarvan te begeleiden;
- beveelt dat
vervangende jeugddetentiezal worden toegepast voor de duur van maximaal
12 maandenals [verdachte] niet naar behoren meewerkt aan de tenuitvoerlegging van de maatregel;
- beveelt dat het programma waaruit de maatregel bestaat op grond van artikel 77w, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht
dadelijk uitvoerbaaris;
Beslag
- gelast de teruggave aan [verdachte] :
 een geldbedrag van € 30,00 (goednummer: 3413106);
- verklaart het de volgende voorwerp onttrokken aan het verkeer:
 een insulinespuit (goednummer: 3413039);

Vordering tenuitvoerlegging met parketnummer 16.169846.23

- verlengt de proeftijd van de bij vonnis van 19 maart 2024 door de meervoudige strafkamer in de rechtbank Midden- Nederland, locatie Lelystad opgelegde voorwaardelijke jeugddetentie met één jaar;
Voorlopige hechtenis
- heft op het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door mr. H. den Haan, voorzitter, tevens kinderrechter, mrs. D.S. Terporten- Hop en H.J. van Woudenberg , rechters, in tegenwoordigheid van mr. J.C.M. Hardeman, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 3 juni 2025.

Bijlage: de tenlastelegging

Aan [verdachte] wordt ten laste gelegd dat:
Parketnummer 16.315636.24
1.
hij op of omstreeks 1 oktober 2024 te Almere , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] , wederrechtelijk van de vrijheid heeft/hebben beroofd en/of beroofd gehouden, door
- een afspraak te maken met die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] voor het kopen van

een personenauto (Ford Ranger) en/of

- (vervolgens) in de auto van die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te stappen en/of
- aan te geven dat het geld voor de koop van de personenauto (Ford Ranger) opgehaald moest worden en/of
- te weigeren uit de auto te stappen en/of
- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te richten en/of

die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] meermalen, althans eenmaal met een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, in het gezicht, althans tegen het lichaam te slaan en/of

- die [slachtoffer 2] onder bedreiging van een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, te dwingen uit het voertuig te stappen en/of
- die [slachtoffer 2] , terwijl hij en/of zijn mededader(s) een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] gericht hield(en), te dwingen achterin het voertuig te stappen op de achterbank en/of
- (vervolgens) met het voertuig weg te rijden en/of
- een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, te tonen en die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen dat als ze zouden uitstappen, zij neergestoken zou(den) worden, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking

en/of

- (vervolgens) met dat voertuig door Almere te rijden en/of
- hierbij (telkens) die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen: "We steken jullie neer" en/of "We hakken jullie vingers eraf" en/of "We schieten jullie neer", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, ten gevolge waarvan die [slachtoffer 2] zwaar lichamelijk letsel, te weten een halfzijdige lichaamsverlamming, heeft bekomen;
2.
hij op of omstreeks 1 oktober 2024 te Almere , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een geldbedrag, in elk geval enig goed, dat/die geheel often dele aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, waarbij hij, verdachte en/of zijn mededader(s) het weg te nemen geldbedrag onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s), te weten een of meer bankpas(sen) (met bijbehorende pincode), in elk geval (een) sleutel(s) tot het gebruik waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader(s) niet gerechtigd was/waren, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door- een afspraak te maken met die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] voor het kopen van een personenauto (Ford Ranger) en/of- (vervolgens) in de auto van die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te stappen en/of- aan te geven dat het geld voor de koop van de personenauto (Ford Ranger) opgehaald moest worden en/of- te weigeren uit de auto te stappen en/of- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te richten en/of- die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] meermalen, althans eenmaal met een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, in het gezicht, althans tegen het lichaam te slaan en/of- dié [slachtoffer 2] onder bedreiging van een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, te dwingen uit het voertuig te stappen en/of- die [slachtoffer 2] , terwijl hij en/of zijn mededader(s) een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] gericht hield(en), te dwingen achterin het voertuig te stappen op de achterbank en/of- (vervolgens) met het voertuig weg te rijden en/of- tijdens het rijden die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te dwingen om zijn/hun telefoons met daarop bankapps te laten zien en/of- tijdens het rijden die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te dwingen om geld over te maken van zijn/hun spaarrekening(en) naar zijn/hun betaalrekening(en) en/of- naar een pinautomaat te rijden en met de pas van die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] een een geldbedrag te pinnen en/of- hierbij een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, te tonen en die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen dat als ze zouden uitstappen, zij neergestoken zou(den) worden, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking en/of- (vervolgens) met het voertuig door Almere te rijden en/of- langs diverse pinautomaten te rijden om (telkens) geld te pinnen en/of- hierbij (telkens) die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen: "We steken jullie neer" en/of "We hakken jullie vingers eraf" en/of "We schieten jullie neer", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
3.
hij op of omstreeks 1 oktober 2024 te Almere , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een personenauto (met kenteken [kenteken] ), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door- een afspraak te maken met die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] voor het kopen van een personenauto (Ford Ranger) en/of- (vervolgens) in de auto van die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te stappen en/of- aan te geven dat het geld voor de koop van de personenauto (Ford Ranger) opgehaald moest worden en/of- te weigeren uit de auto te stappen en/of- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te richten en/of- die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] meermalen, althans eenmaal met een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, in het gezicht, althans tegen het lichaam te slaan en/of- die [slachtoffer 2] onder bedreiging van een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, te dwingen uit het voertuig te stappen en/of- die [slachtoffer 2] , terwijl hij en/of zijn mededader(s) een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] gericht hield(en), te dwingen achterin het voertuig te stappen op de achterbank en/of- (vervolgens) met het voertuig weg te rijden en/of- hierbij een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, te tonen en die [slachtoffer 1]en/of [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen dat als ze zouden uitstappen, zij neergestoken zou(den) worden, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking en/of- (vervolgens) met het voertuig door Almere te rijden en/of- hierbij (telkens) die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen: "We steken jullie neer" en/of "We hakken jullie vingers eraf" en/of "We schieten jullie neer", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
4.
hij op of omstreeks 1 oktober 2024 te Almere , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld[slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] heeft gedwongen tot de afgifte van een personenauto (met kenteken [kenteken] )en/of een geldbedrag ter hoogte van €560,-, althans enig geldbedrag, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan die [slachtoffer 1] en/of een derde toebehoorde(n) door- een afspraak te maken met die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] voor het kopen van een personenauto (Ford Ranger) en/of- (vervolgens) in de auto van die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te stappen en/of- aan te geven dat het geld voor de koop van de personenauto (Ford Ranger) opgehaald moest worden en/of- te weigeren uit de auto te stappen en/of- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te richten en/of- die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] meermalen, althans eenmaal met een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, in het gezicht, althans tegen het lichaam te slaan en/of- die [slachtoffer 2] onder bedreiging van een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, te dwingen uit het voertuig te stappen en/of- die [slachtoffer 2] , terwijl hij en/of zijn mededader(s) een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, op die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] gericht hield(en), te dwingen achterin het voertuig te stappen op de achterbank en/of- (vervolgens) met het voertuig weg te rijden en/of- hierbij een mes, althans een scherp en puntig voorwerp, te tonen en die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen dat als ze zouden uitstappen, zij neergestoken zou(den) worden, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking en/of- (vervolgens) met het voertuig door Almere te rijden en/of- hierbij (telkens) die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen: “We steken jullie neer" en/of "We hakken jullie vingers eraf" en/of "We schieten jullie neer", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,- die [slachtoffer 1] te zeggen dat hij zijn zakken moest leeg maken en/of- die [slachtoffer 1] te zeggen dat hij al het geld dat hij bij zich had aan hem en/of zijnmededader(s) moest geven;
Parketnummer 16.242530.24
hij op of omstreeks 29 mei 2024 te Almere AirPods/oordopjes, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [aangever] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlage opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 28 februari 2025, genummerd MD2R024137 – Einddossier Zaak Lotus- , opgemaakt door politie Eenheid Midden- Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 811 en het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 30 juli 2024, genummerd PL0900-2024174364, opgemaakt door politie Eenheid Midden- Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 35. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Pagina 254 (einddossier Lotus)
3.Pagina’s 314 t/m 316 (einddossier Lotus)
4.Pagina’s 400, 404 t/m 428 (einddossier Lotus)
5.Pagina 164 (einddossier Lotus)
6.Pagina’s 460 en 461 (einddossier Lotus)
7.Pagina’s 454 en 455 (einddossier Lotus)
8.Pagina’s 456 en 457 (einddossier Lotus)
9.Pagina 458 (einddossier Lotus)
10.Pagina 518 (einddossier Lotus)
11.Pagina 205 (einddossier Lotus)
12.Pagina 181 (einddossier Lotus)
13.Pagina 685 (einddossier Lotus)
14.Pagina 516 (einddossier Lotus)
15.Pagina’s 5 en 6
16.Pagina 10
17.Pagina 718 (einddossier Lotus)