Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord van 5 februari 2025,
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak vordert eiseres, handelend onder de naam [handelsnaam], betaling van openstaande facturen van gedaagde, [gedaagde] B.V., voor technische schouwen die zijn verricht in opdracht van KPN. Eiseres stelt dat gedaagde haar heeft ingehuurd om deze schouwen uit te voeren, maar gedaagde betwist de overeenkomst en stelt dat eiseres niet heeft voldaan aan de voorwaarden voor betaling. De kantonrechter oordeelt dat er wel degelijk een overeenkomst van opdracht tot stand is gekomen tussen gedaagde en eiseres, en dat gedaagde de facturen moet betalen. De rechter wijst erop dat gedaagde niet heeft aangetoond dat er een betalingsvoorwaarde gold die eiseres zou uitsluiten van betaling. De kantonrechter legt uit dat de stelling van gedaagde dat er geen overeenkomst bestaat niet opgaat, omdat eiseres als vennootschap onder firma zelfstandig kan optreden. De rechter wijst de vordering van eiseres toe en veroordeelt gedaagde tot betaling van € 25.000,- inclusief wettelijke handelsrente en de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.