Beoordeling door de rechtbank
Wat heeft zich voorafgaand aan het besluit van 6 juli 2023 afgespeeld?
6. In 2021 heeft eiser een medisch certificaat aangevraagd voor het volgen van een pilotenopleiding in Spanje. Deze is afgegeven op 16 november 2021 met een SIC en TML restrictie omdat toen uit bloedonderzoek in verband met de vereiste alcohol- en drugsscreening een CDT waarde van 2,8 % was vastgesteld. Een SIC betekent dat eiser elke drie maanden een onderzoek moet laten doen naar gebruik van alcohol en een psychiatrische evaluatie moet laten doen. Een TML betekent een periodieke alcoholscreening. Er is toen niet door de psychiater vastgesteld dat sprake was van een stoornis in alcoholgebruik.
7. Bij een keuring van 10 oktober 2022 die eiser moest ondergaan vanwege zijn medisch certificaat met restrictie is bij eiser een CDT waarde van 2,2 % vastgesteld bij een afkapwaarde van 2 %. Er heeft op 17 oktober 2022 een psychiatrisch onderzoek plaatsgevonden bij de psychiater [B] . In het rapport heeft deze psychiater geconcludeerd dat sprake was van een verhoogde CDT waarde, wat een sterke aanwijzing is voor overmatig alcoholgebruik. Gelet op deze conclusie is er geen nieuw medisch certificaat afgegeven.
8. Vervolgens heeft er op 29 december 2022 nog een onderzoek plaatsgevonden bij de psychiater [C] . In het rapport van deze psychiater is geconcludeerd dat er vooralsnog geen andere verklaring voor de verhoogde CDT waarde was, waardoor voorlopig is geconcludeerd dat sprake is van een ongespecificeerde alcohol gerelateerde stoornis.
9. Eiser heeft op 2 juni 2023 per e-mailbericht aan de minister laten weten dat hij het bloedmonster van 10 oktober 2022 nogmaals heeft laten onderzoeken door het Meander Medisch Centrum. Uit dit onderzoek volgt dat de CDT waarde op 10 oktober 2022 1,3 % was in plaats van 2.2 %, wat onder de afkapwaarde zit. Eiser verzoekt daarom om herziening zodat eiser met een medisch certificaat zijn opleiding kan vervolgen.
Hoe is de besluitvorming gelopen?
10. In het besluit van 6 juli 2023 heeft de minister overwogen dat er na de keuring van 10 oktober 2022 geen medisch certificaat is afgegeven. Na ontvangst van de nieuwe feiten over de CDT waarde heeft de minister besloten om de oorspronkelijke CDT waarde van 10 oktober 2022 niet meer als correct te beschouwen. Gelet daarop is op 6 juli 2023 een medisch certificaat verstrekt met een SIC restrictie. Dit houdt in dat voor een volgende keuring opnieuw een CDT onderzoek gedaan moet worden en er een psychiatrische evaluatie moet plaatsvinden. Na het aanleveren van deze gegevens kan overwogen worden om de restrictie te verwijderen.
11. Tijdens de bezwaarprocedure heeft de minister advies gevraagd aan de onafhankelijk medisch adviseurs (OMA’s). De OMA’s hebben op 20 oktober 2023 een advies opgesteld. Uit dit advies blijkt dat de OMA’s vermelden dat de conclusies van de psychiaters [B] en [C] waarschijnlijk anders geweest zouden zijn als de CDT waarde gelijk onder de afkapwaarde was geweest. Dan hadden ze waarschijnlijk geen medisch certificaat met een SIC restrictie geadviseerd. De OMA’s adviseren om een nieuw rapport op te laten stellen door de psychiaters, waardoor de beslissing aangepast kan worden. In het bestreden besluit van 20 november 2023 heeft de minister overwogen het advies van de OMA’s over te nemen.
12. Vervolgens heeft er in 2023 een nieuwe psychiatrische evaluatie plaatsgevonden door de psychiater [D] . De conclusie van psychiater [D] is dat er geen stoornis is in het alcoholgebruik. Gelet daarop heeft de minister op 11 januari 2024 een medisch certificaat verstrekt zonder restricties.
Is er sprake van procesbelang?
13. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het besluit van 20 november 2023. De minister heeft zich in beroep op het standpunt gesteld dat met het besluit van 11 januari 2024 volledig aan de aanvraag van eiser tegemoet is gekomen, waardoor er geen sprake meer is van procesbelang bij het beroep tegen het besluit van 20 november 2023.
14. Eiser heeft zich op het standpunt gesteld dat er wel sprake is van procesbelang. De minister heeft immers uitvoering gegeven aan het besluit van 6 juli 2023, waardoor eiser bloedonderzoeken heeft moeten ondergaan en er een psychiatrische evaluatie heeft plaatsgevonden. De kosten die eiser hiervoor heeft moeten maken wil eiser verhalen op de minister via een civiele procedure.
15. De rechtbank neemt gelet op wat eiser aanvoert procesbelang aan en zal het beroep daarom inhoudelijk beoordelen. De belangrijkste vraag die de rechtbank moet beoordelen is of het bestreden besluit rechtmatig is en of de minister daarbij de SIC restrictie heeft mogen opleggen.
Is het bestreden besluit onrechtmatig?
16. Eiser voert aan dat het bestreden besluit onrechtmatig is. De psychiaters [B] en [C] hebben de conclusie van alcoholmisbruik alleen gebaseerd op een verhoogde CDT waarde, terwijl de CDT waarde achteraf niet bleek te kloppen. Uit het advies van de OMA’s volgt ook dat de minister geen medisch certificaat met restrictie mocht opleggen. De conclusie van het laboratorium van het Meander Medisch Centrum had voorgelegd moeten worden aan de psychiaters die een onderzoek hebben uitgevoerd. Nu dat niet is gedaan, heeft de minister volgens eiser in strijd gehandeld met de vergewisplicht.
17. De rechtbank is van oordeel dat het bestreden besluit rechtmatig is. Daarvan is allereerst het verloop van het certificaat met restrictie SIC van belang. Eiser heeft namelijk al op 16 november 2021 een medisch certificaat gekregen met een SIC restrictie. Op dat moment was wel sprake van overmatig alcoholgebruik, dit wordt ook niet betwist door eiser. Daarnaast is van belang dat de minister op de zitting heeft toegelicht dat met het besluit van 6 juli 2023 zekerheidshalve een restrictie is opgelegd. De anamneses van de twee eerdergenoemde psychiaters die eiser hebben onderzocht, zaten immers niet geheel op één lijn, terwijl de CDT waarde inmiddels was komen te vervallen. De minister wilde dat nog een psychiater eiser zou onderzoeken en het hele dossier zou beoordelen. De rechtbank kan deze redenering van de minister volgen. Deze motivering ontbreekt echter in het primaire besluit én in het bestreden besluit. Nu deze motivering pas in beroep is gegeven, kleeft er in zoverre een gebrek aan het bestreden besluit. Omdat de minister deze motivering toch in beroep heeft gegeven en omdat niet aannemelijk is dat eiser daardoor benadeeld is, ziet de rechtbank reden om het gebrek in de motivering van het bestreden besluit te passeren met toepassing van artikel 6:22 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank ziet hierin wel aanleiding om de minister te veroordelen tot vergoeding van de proceskosten en het betaalde griffierecht.
18. Ten aanzien van eisers standpunt dat de minister de vergewisplicht heeft geschonden overweegt de rechtbank dat het op de weg van de minister had gelegen om na het ontvangen van de contra-expertise over de vastgestelde CDT waarde op 10 oktober 2022, dit voor te leggen aan de psychiaters die eerder onderzoek hebben verricht. Dit volgt ook uit het advies van de OMA’s. De minister heeft na het nemen van het bestreden besluit het dossier nogmaals laten beoordelen door een psychiater, waarna eiser alsnog een medisch certificaat heeft gekregen zonder restrictie. Hiermee heeft de minister dus uiteindelijk uitvoering gegeven aan het advies van de OMA’s. Dat de minister niet gelijk na het ontvangen van de contra-expertise dit heeft voorgelegd aan de psychiaters, maakt het primaire besluit echter niet onrechtmatig. De minister heeft namelijk een eigen beoordelingsruimte. Zoals hiervoor overwogen heeft de minister zekerheidshalve een restrictie opgelegd. Daarbij heeft de minister enerzijds rekening gehouden met de grote belangen die meewegen in het kader van veiligheid van vliegverkeer waarbij de SIC restrictie dient om eiser te kunnen blijven monitoren. Anderzijds heeft de minister rekening gehouden met de grote belangen van eiser, namelijk het zo snel mogelijk weer kunnen voortzetten van zijn opleiding, zoals blijkt uit de bij het besluit van 6 juli 2023 behorende begeleidende e-mail. Gelet daarop acht de rechtbank deze wijze van besluitvorming niet onredelijk.