Uitspraak
RECHTBANK Lelystad
1.[gedaagde sub 1] ,2. [gedaagde sub 2] ,
gedaagde partijen,
1.De procedure
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie met producties 1-21;
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
.De door [eiser] verzonden aanmaning van 2 juli 2024 voldoet niet aan de in artikel 6:96 lid 6 BW gestelde eisen, nu hierin een hoger bedrag wordt genoemd dan op grond van het Besluit bik is toegestaan (berekend op basis van een vast percentage van 15% in plaats van op basis van de staffel). De gevorderde buitengerechtelijke kosten zullen daarom worden afgewezen.
5.De beslissing
- € 728,65 aan achterstallige huur berekend tot en met de maand januari 2025;
- de contractuele rente uit artikel 20.2 AB van 1% per maand over een bedrag van