ECLI:NL:RBMNE:2025:3511
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurrelatie en betalingsgeschil tussen Stichting Studenten Huisvesting en gedaagde
In deze zaak heeft de Stichting Studenten Huisvesting (SSH) een vordering ingesteld tegen een gedaagde die een kamer huurde. De huurrelatie is ontstaan op 1 september 2023 en beëindigd in maart 2025. SSH stelt dat er een huurachterstand is van € 180,67, terwijl de gedaagde betwist dat er nog een achterstand bestaat en claimt dat zij de huur volledig heeft betaald. De kantonrechter heeft de zaak behandeld op 13 mei 2025, waarbij de gedaagde via videoverbinding aanwezig was. De kantonrechter oordeelt dat de gedaagde nog € 8,05 moet betalen aan SSH, na verrekening van te veel betaalde huur en buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde € 121,24 te veel heeft betaald, maar ook € 108,86 aan buitengerechtelijke incassokosten en € 20,43 aan wettelijke rente verschuldigd is. De proceskosten zijn vastgesteld op € 1.019,38, die de gedaagde ook moet betalen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.