Op 30 juni 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland, mr. M. van der Knijff, een mondelinge uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De zaak betreft een verzoekster die bezwaar heeft gemaakt tegen een besluit van de burgemeester van de gemeente Lelystad, waarbij haar woning voor de duur van drie maanden is gesloten vanwege de vondst van een hennepkwekerij. Tijdens een controle op 12 mei 2025 trof de politie in de huurwoning van verzoekster meer dan 10 kg henneptoppen en 276 bloempotten aan, wat leidde tot de conclusie dat er sprake was van een ernstige situatie. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat het bestreden besluit in stand kan blijven en er onvoldoende ruimte is voor een belangenafweging. De voorzieningenrechter oordeelde dat de burgemeester voldoende gemotiveerd had toegelicht dat de sluiting van de woning een geschikt middel is om herhaling van druggerelateerde overtredingen te voorkomen. Verzoekster had onvoldoende actie ondernomen om vervangende woonruimte te zoeken voor haar en haar 15-jarige zoon, ondanks dat zij op de hoogte was van de mogelijke sluiting. De voorzieningenrechter concludeerde dat de sluiting evenwichtig was en dat de begunstigingstermijn van vier dagen niet te kort was. De uitspraak is openbaar uitgesproken en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.