ECLI:NL:RBMNE:2025:3834

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
11 juli 2025
Publicatiedatum
24 juli 2025
Zaaknummer
C/16/595574 / FZ RK 25-521
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van rechterlijke machtiging tot opname en verblijf wegens minder bezwarende alternatieven

Op 11 juli 2025 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, locatie Lelystad, uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een rechterlijke machtiging tot opname en verblijf voor een betrokkene, geboren in 1943. Het verzoek werd ingediend door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) en had als doel een machtiging te verkrijgen voor een periode van zes maanden. Tijdens de zitting op dezelfde dag zijn de betrokkene, haar advocaat mr. J.D. van der Heijden, een casemanager dementie en de dochter van de betrokkene gehoord.

De rechtbank heeft het verzoek afgewezen, omdat er minder bezwarende alternatieven beschikbaar zijn voor de verplichte opname. De rechtbank heeft vastgesteld dat de situatie van de betrokkene is verbeterd, mede door de betrokkenheid van thuiszorg die haar helpt met medicatie en wondzorg. Hoewel de zorg voor de dochters van de betrokkene zwaar is, rechtvaardigt de verbeterde situatie van de betrokkene niet het ingrijpende middel van een rechterlijke machtiging. De rechtbank concludeert dat de gevraagde machtiging een te ver strekkende maatregel is, gezien de omstandigheden.

De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 11 juli 2025 door rechter mr. J.M. Atema, in aanwezigheid van griffier mr. L.J. Pel, en is op schrift gesteld op 22 juli 2025. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Lelystad
Zaaknummer: C/16/595574 / FZ RK 25-521
Datum uitspraak: 11 juli 2025
Beschikking rechterlijke machtiging
op het verzoek van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) voor
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] 1943 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: betrokkene,
wonend en verblijvend in [woonplaats] ,
advocaat: mr. J.D. van der Heijden.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank heeft op 24 juni 2025 het verzoekschrift met bijlagen ontvangen.
1.2.
De zitting heeft plaatsgevonden op 11 juli 2025. Daarbij zijn gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
  • [A] , casemanager dementie;
  • [B] , dochter van betrokkene.

2.Het verzoek

Het CIZ verzoekt de rechtbank een rechterlijke machtiging tot opname en verblijf te verlenen voor de duur van zes maanden.

3.De beoordeling

3.1.
De rechtbank wijst de gevraagde machtiging af. Zij legt hierna uit waarom zij deze beslissing neemt.
3.2.
Voor een rechterlijke machtiging tot opname en verblijf is nodig dat er geen minder bezwarende alternatieven voor de verplichte opname zijn (het ‘subsidiariteitsvereiste’). Dat is immers een zeer ingrijpend middel. De rechtbank is van oordeel dat er in dit geval minder bezwarende alternatieven zijn om het ernstig nadeel af te wenden. Tijdens de zitting is namelijk gebleken dat de situatie van betrokkene is verbeterd ten opzichte van het beeld dat in de medische verklaring wordt geschetst. Thuiszorg is sinds driekwart jaar betrokken om betrokkene te helpen met haar medicatie en dat gaat inmiddels beter. Ook accepteert betrokkene sinds kort wondzorg. Hoewel het niet altijd makkelijk gaat, accepteert betrokkene uiteindelijk wel de nodige zorg; de thuiszorg weet nu beter hoe ze betrokkene moet benaderen. Dit laat onverlet dat de situatie voor de dochters van betrokkene, die ook veel zorg op zich nemen, zwaar is. Op dit moment rechtvaardigt dit, nu betrokkene de zorg beter accepteert dan eerst, echter niet het zware middel van een rechterlijke machtiging. De rechtbank vindt dat nu een te ver strekkende maatregel.

4.De beslissing

De rechtbank:
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 11 juli 2025 door mr. J.M. Atema, rechter, in aanwezigheid van mr. L.J. Pel, griffier en op schrift gesteld op
22 juli 2025.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING SECRETARIS!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING RECHTER!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR STEMPELS!
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.