ECLI:NL:RBMNE:2025:385

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
10 februari 2025
Publicatiedatum
12 februari 2025
Zaaknummer
C/16/581174/FL RK 24-923
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om handlichting voor minderjarige in het kader van het ontvangen van inkomsten en het uitoefenen van een beroep

In deze zaak heeft de minderjarige Mark Allah Basheer ALGI, geboren op 7 juni 2007 in Bagdad, Irak, een verzoekschrift ingediend om handlichting te verkrijgen. Dit verzoek is ingediend door zijn moeder op 23 juli 2024 en betreft de bevoegdheid om inkomsten te ontvangen, verhuringen en verpachtingen te sluiten, en deel te nemen aan een vennootschap of een beroep uit te oefenen. De vader, Allah Basheer Hanna ALGI, heeft zich niet verzet tegen het verzoek, hoewel hij niet aanwezig was tijdens de mondelinge behandeling op 13 januari 2025. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Mark, die op dat moment 17 jaar oud was, gemotiveerd heeft toegelicht waarom hij handlichting nodig heeft. Hij wil als ZZP’er werken via het platform Temper, waarvoor hij handlichting nodig heeft omdat hij nog niet de vereiste leeftijd van 18 jaar heeft bereikt. De moeder heeft aangegeven Mark te willen ondersteunen in zijn werkzaamheden. De kantonrechter heeft op basis van artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek besloten het verzoek toe te wijzen, waarbij de handlichting niet vanaf de datum van de beschikking, maar vanaf de datum van publicatie in de Staatscourant en op www.rechtspraak.nl van kracht zal zijn. De beschikking is op 10 februari 2025 openbaar uitgesproken door de kantonrechter J.M. Atema, in samenwerking met griffier F. Arbeider.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Familierecht
locatie Lelystad
zaaknummer: C/16/581174 / FL RK 24-923
Beschikking van 10 februari 2025
in de zaak van:
Mark Allah Basheer ALGI,
wonende in Lelystad,
hierna te noemen: Mark,
met als belanghebbenden:
Allah Basheer Hanna ALGI,
wonende in Ouddorp,
hierna te noemen: de vader,
Yasameen Saad William WILYAM,
wonende in Lelystad,
hierna te noemen: de moeder,

1.De procedure

1.1.
De moeder heeft namens Mark op 23 juli 2024 een verzoekschrift (met bijlagen) ingediend.
1.2.
De kantonrechter heeft daarna een email van 24 december 2024 van de moeder ontvangen.
1.3.
Het verzoek is besproken tijdens de mondelinge behandeling (zitting) van 13 januari 2025. Daarbij waren aanwezig: Mark en de moeder. De vader heeft wel een uitnodiging van de rechtbank gekregen maar is niet gekomen.

2.Waar de procedure over gaat

2.1.
De vader en de moeder zijn de ouders van:
Mark Allah Basheer ALGI, geboren op 7 juni 2007 in Bagdad, Irak.
2.2.
De vader en de moeder hebben gezamenlijk het ouderlijk gezag over Mark.
2.3.
Mark verzoekt aan hem handlichting te verlenen voor:
het ontvangen van inkomsten en de beschikking daarover;
het sluiten van verhuringen en verpachtingen;
het in een vennootschap deelnemen en het uitoefenen van een beroep of een bedrijf.
2.4.
De moeder stemt in met het verzoek. De vader heeft zich niet verzet tegen toewijzing van het verzoek.

3.De beoordeling

3.1.
De kantonrechter zal het verzoek van Mark toewijzen en hierna toelichten waarom zij deze beslissing neemt.
3.2.
Op grond van artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek (BW) kan de kantonrechter aan een minderjarige, die de leeftijd van zestien jaar heeft bereikt, bepaalde bevoegdheden van een meerderjarige toekennen.
3.3.
Mark heeft tijdens de zitting verteld dat hij via het platform Temper als ZZP’er werkzaamheden wil gaan uitvoeren. Om via Temper te kunnen werken is het nodig dat je achttien jaar bent of dat handlichting is verleend. Mark heeft verder toegelicht dat het voor hem lastig is om via een uitzendbureau te werken omdat hij bepaalde periodes niet beschikbaar is vanwege schooltentamens dan wel andere activiteiten voor school. De moeder is werkzaam als ZZP’er en zal Mark ondersteunen en begeleiden bij het naleven van de wettelijke en financiële verplichtingen die samenhangen met het werken als ZZP’er.
3.4.
De kantonrechter vindt dat Mark gemotiveerd heeft toegelicht dat hij handlichting nodig heeft en dit goed heeft doordacht. De kantonrechter zal daarom het verzoek toewijzen en de gevraagde handlichting verlenen.
Publicatieplicht
3.5.
De bij deze beschikking verleende handlichting werkt niet vanaf de datum van de beschikking, maar vanaf de datum van publicatie zodat derden daarvan kennis kunnen nemen. In artikel 1:237, lid 1 BW is bepaald dat de beschikking waarbij handlichting is verleend, bekend moet worden gemaakt in de Staatscourant. De bedoeling van de wetgever is daarbij dat op die manier zoveel mogelijk personen kennis kunnen nemen van de handlichting. Omdat tegenwoordig toegang tot het internet voor (vrijwel) iedereen beschikbaar is, geeft de publicatie van de handlichting op het internet hetzelfde, zo niet een ruimer effect dan voornoemde in de wet voorgeschreven wijze van publicatie in de Staatscourant. Publicatie van de niet-geanonimiseerde beschikking zal daarom daarnaast plaatsvinden op www.rechtspraak.nl.

4.De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
verleent aan
Mark Allah Basheer ALGI, geboren op 7 juni 2007 in Bagdad, Irak, handlichting tot het ontvangen van inkomsten en de beschikking daarover, het sluiten van verhuringen en verpachtingen en het in een vennootschap deelnemen en het uitoefenen van een beroep of bedrijf;
4.2.
verklaart deze beslissing tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
4.3.
beslist dat deze beschikking door de griffier van deze rechtbank zal worden gepubliceerd in de Staatscourant en (niet-geanonimiseerd) op www.rechtspraak.nl.
Dit is de beslissing van de rechtbank, genomen door mr. J.M. Atema, (kinder)rechter tevens kantonrechter, in samenwerking met F. Arbeider, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 10 februari 2025.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING SECRETARIS!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING RECHTER!
Tegen deze beschikking kan - voor zover er definitief is beslist - door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De verzoekende partij en verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR STEMPELS!