Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding van 24 juli 2025 met producties 1 t/m 8;
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens eis in reconventie met producties 1 t/m 7;
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens eis in reconventie, tevens verandering c.q. vermeerdering van eis met een transcriptie van een geluidsfragment.
2.Waar gaat het over?
- Blauw tasje met 5-tal enveloppen met daarop de naam [eiser] met bankbiljetten voor een totale waarde van € 17.000,-;
- Geel tasje met € 7.000,-;
- Tasje “ [.] ” met sieraden;
- Tasje [..] met sieraden;
- Goudkleurig tasje met sieraden;
- Rood doosje met sieraden.
- ervan kan worden uitgegaan dat het bedrag van € 17.000,- dat zich in de kluis bevindt tot de verwervingen van [eiser] behoort en [gedaagde] dus recht heeft op de helft van dit bedrag;
- [eiser] voldoende heeft onderbouwd dat het bedrag van € 7.000,- in het gele tasje, van de vader van de nicht van [eiser] is;
- [gedaagde] onvoldoende heeft onderbouwd dat de goudkleurige sieraden van [eiser] zijn.
- primair, het door [gedaagde] gelegde beslag op het safeloket [nummer] per direct opheft;
- subsidiair, [gedaagde] veroordeelt tot onmiddellijke opheffing van het door haar gelegde beslag op het safeloket [nummer] , onder verbeurte van een dwangsom van € 500,- per dag, voor iedere dag dat [gedaagde] na betekening van dit vonnis hiermee in gebreke blijft;
- [eiser] en [eiseres] veroordeelt om binnen één week na betekening van dit vonnis het goud dat zich bevindt in het safeloket, ter hand te stellen aan een door partijen aan te wijzen onafhankelijke erkende Turkse juwelier, om de hoeveelheid, de echtheid, de waarde en het karaat van het goud, vast te doen stellen, op straffe van de verbeurte van een dwangsom;
- bepaalt dat, indien [eiser] en [eiseres] de hiervoor bedoelde medewerking niet tijdig verlenen, dit vonnis in de plaats treedt van de medewerking, toestemming, wilsverklaring en/of handtekening van [eiser] en [eiseres] ;
- indien en voor zover het beslag dat ziet op het bedrag van € 7.000,- aan contant geld wordt opgeheven, [eiser] en [eiseres] veroordeelt tot afgifte, althans ter hand stellen, aan [gedaagde] , van enig goud van de moeder van [eiseres] dat zich bevindt in het safeloket ter waarde van € 7.000,-;
- [eiser] en [eiseres] veroordeelt in de proceskosten, daaronder begrepen advocaatkosten, te vermeerderen met rente;
- [eiser] en [eiseres] veroordeelt tot afgifte van € 17.000,-, aan mr. drs. H.J.M. van der Manden, gerechtsdeurwaarder van [onderneming] te [plaats 2] , ter betaling van een deel van de opeisbare vordering van [gedaagde] .