ECLI:NL:RBMNE:2025:4466

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
6 augustus 2025
Publicatiedatum
15 augustus 2025
Zaaknummer
11637259 \ UC EXPL 25-3061
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toestemming voor verwerking van gezondheidsgegevens in civiele procedure

In deze civiele procedure vordert Infomedics B.V. betaling van € 142,48 met rente van gedaagde, die de vordering heeft overgenomen van een tandarts. De vordering betreft kosten voor tandheelkundige behandelingen, waaronder het trekken van tanden en het verstrekken van een tijdelijk kunstgebit. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat hij niet in staat was het kunstgebit te dragen, omdat het niet goed paste. Hij heeft aangevoerd dat er afspraken waren gemaakt met de tandarts over de betaling van het resterende bedrag, afhankelijk van de geschiktheid van het kunstgebit.

De kantonrechter heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat gedaagde een beroep doet op gedeeltelijke ontbinding van de overeenkomst wegens tekortkomingen van de tandarts. De rechter oordeelt dat een kunstgebit geschikt moet zijn voor normaal gebruik en dat de tandarts gedaagde goed had moeten informeren over de behandeling. Infomedics, die de vordering heeft ingediend, erkent dat het kunstgebit niet goed paste, maar stelt dat de tandarts gedaagde hierover heeft gewaarschuwd. Gedaagde betwist deze claim en stelt dat hij gerustgesteld is door de tandarts, wat hem heeft doen besluiten om de behandeling te ondergaan.

De kantonrechter concludeert dat Infomedics niet voldoende bewijs heeft geleverd voor de waarschuwing en dat het gebrek aan onderbouwing voor rekening van Infomedics blijft. De vordering wordt afgewezen en Infomedics wordt veroordeeld in de proceskosten, die op nihil worden begroot omdat gedaagde geen gemachtigde heeft en er alleen schriftelijk is geprocedeerd. Het vonnis is uitgesproken op 6 augustus 2025.

Uitspraak

RECHTBANKMIDDEN-NEDERLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Utrecht
Zaaknummer: 11637259 \ UC EXPL 25-3061
Vonnis van 6 augustus 2025
in de zaak van
INFOMEDICS B.V., MEDE HANDELEND ONDER DE NAMEN INFOMEDICS FACTORING, UWNOTA.NL, DFA SERVICES EN INFOMEDICS DFA,
te Almere,
eisende partij,
hierna te noemen: Infomedics,
gemachtigde: Yards Deurwaardersdiensten BV,
tegen
[gedaagde],
te [woonplaats] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
procederend in persoon.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding,
- het antwoord,
- de conclusie van repliek,
- de schriftelijke reactie op de conclusie van repliek (dupliek).

2.De beoordeling

2.1.
Infomedics vordert betaling van € 142,48 met rente over € 100,48. Zij heeft de vordering overgenomen van [onderneming] B.V. (hierna: de tandarts). Uit de rekening blijkt dat het gaat om het trekken van tanden en kiezen en een tijdelijk volledig kunstgebit. Infomedics vordert ook dat [gedaagde] in de proceskosten wordt veroordeeld. Infomedics wil de mogelijkheid krijgen om het vonnis meteen uit te voeren, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.
2.2.
[gedaagde] vindt dat de vordering moet worden afgewezen. Hij wil dat alles nietig wordt verklaard wegens in gebreke blijven van de tandarts.
[gedaagde] kon het kunstgebit niet dragen omdat het niet goed paste. [gedaagde] heeft aangevoerd dat hij hierover met de behandelend tandarts [A] in overleg is gegaan. Afgesproken was volgens [gedaagde] dat de laatste € 100,48 pas betaald hoefde te worden als het gebit zo goed paste dat hij het een halve dag kon dragen.
2.3.
De kantonrechter begrijpt uit het verweer van [gedaagde] dat er een beroep wordt gedaan op gedeeltelijke ontbinding wegens een tekortkoming van de tandarts, zodat de betalingsverplichting komt te vervallen (art. 6:265 BW). Bij de beoordeling daarvan geldt het volgende. Een kunstgebit moet geschikt zijn voor normaal gebruik (artt. 7:17 en 18). Dat betekent in beginsel dat het kunstgebit zo moet passen dat het draagbaar is. Als [gedaagde] dat niet mocht verwachten, zelfs niet voor een halve dag, dan had de tandarts hem daarvoor moeten waarschuwen. Ook als hulpverlener moest de tandarts [gedaagde] goed informeren over de gevolgen en risico’s van de behandeling (7:448 BW). Als dat niet is gebeurd, levert dat een tekortkoming op die gedeeltelijke ontbinding rechtvaardigt.
2.4.
Infomedics erkent dat het kunstgebit niet (volledig) paste maar zij heeft gesteld dat de tandarts [gedaagde] daarvoor heeft gewaarschuwd. Het niet volledig passen van het kunstgebit is een risico dat [gedaagde] bewust heeft genomen. [gedaagde] betwist dit. Hij was zelf bezorgd, maar volgens hem heeft de tandarts gezegd dat het goed zou komen. Door deze geruststelling heeft hij de tanden laten trekken. Anders had hij dat nooit gedaan.
2.5.
De bewijslast voor de waarschuwing ligt bij Infomedics (artt. 150 Rv en 7:17 lid 2 BW). Zij heeft aangevoerd dat bewijs beschikbaar is voor de waarschuwing in de vorm van het patiëntendossier. Een efficiënte procesvoering vereist in beginsel dat schriftelijke bewijsstukken zo vroeg mogelijk in het geding worden gebracht. Infomedics beroept zich er op dat het patiëntendossier nog niet is overgelegd vanwege de richtlijnen van de AVG. De AVG staat het verwerken van gezondheidsgegevens echter toe als er toestemming is (art. 22 lid 2 onder a UAVG) of als die verwerking noodzakelijk is voor de instelling, uitoefening of verdediging van een rechtsvordering (art. 22 lid 2 onder e UAVG). Uit de stellingen van Infomedics blijkt niet of zij, om tot een efficiënte procesvoering te komen, gevraagd heeft om toestemming van [gedaagde] om de bewuste gegevens te overleggen, en dat die toestemming niet is gegeven. Daarom moet het gebrek aan onderbouwing van de waarschuwing voor rekening van Infomedics blijven. De kantonrechter wijst de vordering af.
2.6.
De proceskosten komen voor rekening van Infomedics, omdat zij voor het grootste deel ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten op nihil omdat er alleen schriftelijk is geprocedeerd en [gedaagde] geen gemachtigde heeft.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
wijst de vordering af;
3.2.
veroordeelt Infomedics in de proceskosten, die aan de kant van [gedaagde] worden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. A. Lablans en in het openbaar uitgesproken op 6 augustus 2025.