In deze zaak heeft verzoekster een verzoek ingediend om schadevergoeding vanwege te late besluitvorming door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Verzoekster ontvangt een uitkering op basis van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) en heeft in 2023 een nabetaling ontvangen na een herbeoordeling van haar uitkering. Deze nabetaling leidde tot extra inkomsten, wat resulteerde in een naheffing voor de inkomstenbelasting en een terugbetalingsverplichting voor toeslagen. Verzoekster heeft het Uwv gevraagd deze bedragen als schade te vergoeden. Het Uwv heeft echter een schadevergoeding van € 4.067,- aangeboden, wat verzoekster niet voldoende vond in het licht van de naheffing en terugbetalingsverplichting. De rechtbank heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het Uwv met de toekenning van de € 4.067,- de schade van verzoekster heeft vergoed. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen causaal verband bestaat tussen de te late besluitvorming en de naheffing en terugbetalingsverplichting, waardoor het verzoek om schadevergoeding is afgewezen. De rechtbank heeft ook bevestigd dat de schadevergoeding niet als inkomen wordt aangemerkt, waardoor verzoekster geen inkomstenbelasting hoeft te betalen over de schadevergoeding. De uitspraak is gedaan op 20 januari 2025.