ECLI:NL:RBMNE:2025:4632
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens niet-betaling griffierecht
Op 28 juli 2025 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiser en Dienst Toeslagen. Eiser had beroep aangetekend tegen een besluit van de Dienst Toeslagen van 16 januari 2025. De rechtbank heeft echter besloten om de zaak niet inhoudelijk te behandelen, omdat eiser het verschuldigde griffierecht van € 53,- niet had betaald. De rechtbank heeft partijen niet uitgenodigd voor een zitting, aangezien dit in deze situatie niet nodig was.
Volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het indienen van een beroep. De griffier had eiser op 2 april 2025 een aangetekende brief gestuurd met de mededeling dat het griffierecht binnen vier weken betaald moest worden. Deze brief werd echter onbestelbaar geretourneerd. De rechtbank heeft de brief vervolgens op 28 april en 19 juni 2025 opnieuw verzonden, maar het griffierecht is niet ontvangen. Eiser heeft geen geldige reden opgegeven voor het niet betalen van het griffierecht.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is op basis van artikel 8:54 Awb. Er is geen sprake van een vergoeding van proceskosten, en de rechtbank heeft de beslissing openbaar uitgesproken. Eiser heeft de mogelijkheid om binnen zes weken na verzending van de uitspraak een verzetschrift in te dienen als hij het niet eens is met de uitspraak.