8.De beslissing
- verklaart bewezen dat de verdachte het feit heeft gepleegd, zoals hierboven in paragraaf 3.4. is omschreven;
- verklaart het overige dat in de beschuldiging staat niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in paragraaf 4.1. is vermeld;
- verklaart de verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde;
- veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf van 20 (twintig) maanden;
- bepaalt dat de tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat van de gevangenisstraf een gedeelte van
6 (zes) maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene en/of bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een
proeftijd van 2 (twee) jarenvast;
- als algemene voorwaarden gelden dat de verdachte:
1) zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
2) ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
3) medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
- stelt als bijzondere voorwaarden dat de verdachte:
4) zich binnen drie dagen na het ingaan van de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland, op het adres Middendreef 293, 8233 GT in Lelystad, en zich gedurende de proeftijd blijft melden zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt. De reclassering bepaalt op welke dagen en tijdstippen deze afspraken zijn;
5) zich gedurende de proeftijd laat behandelen bij de Waag, of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering, zolang de reclassering de behandeling nodig vindt. De zorgverlener bepaalt de wijze van behandeling en dit kan inhouden het opstellen van een delictanalyse en testdiagnostiek. De verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt;
6) gedurende de proeftijd op geen enkele wijze – direct of indirect – contact zoekt of heeft met [slachtoffer] , geboren op [2009] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt;
7) gedurende de proeftijd meewerkt aan controles om zicht te krijgen op het gebruik en/of het gebruik te leren beheersen van alcohol en cannabis. Deze controles kunnen bestaan uit urineonderzoek en ademonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak en met welk controlemiddel wordt gecontroleerd;
Geeft opdracht aan de reclassering om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden genoemd onder 4, 5 en 7 en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
vordering tot schadevergoeding van benadeelde partij [slachtoffer]
- wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij toe tot een bedrag van € 15.000,00;
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan [slachtoffer] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 augustus 2023 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart de benadeelde partij voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt de verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat € 15.000,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 augustus 2023 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 110 dagen gijzeling;
- bepaalt dat de verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- bepaalt dat de als gevolg van deze uitspraak te betalen schadevergoeding zal worden gestort op een ten behoeve van [slachtoffer] , geboren op [2009] , te openen rekening met een BEM-clausule.
Dit vonnis is gewezen door mr. L.C. Michon, voorzitter, mr. N.P.J. Janssens en mr. G.K.L. de Wijkerslooth de Weerdesteijn, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E. Scholten, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 18 september 2025.
Bijlage I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks de periode van 18 september 2021 tot en met 28 juni 2024 te Almere, althans in Nederland, en/of in België, in elk geval binnen Europa, (meermaals, althans eenmaal) met een kind dat hij verzorgde of opvoedde als behorend tot zijn gezin, te weten [slachtoffer] , geboren op [2009] , die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] , door
- de billen en/of borsten en/of schaamstreek van die [slachtoffer] te betasten met zijn hand(en) en/of
- zijn, verdachtes, vinger(s) en/of penis tussen de schaamlippen en/of in de vagina
van die [slachtoffer] te brengen en/of te houden
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 18 september 2021 tot en met 28 juni 2024 te Almere, althans in Nederland, en/of in België, in elk geval binnen Europa, (meermaals, althans eenmaal) met een kind dat hij verzorgde of opvoedde als behorend tot zijn gezin, te weten [slachtoffer] , geboren op [2009] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, door
- de billen en/of borsten en/of schaamstreek van die [slachtoffer] te betasten met zijn hand(en) en/of
- zijn, verdachtes, vinger(s) en/of penis tussen de schaamlippen en/of in de vagina van die [slachtoffer] te brengen en/of te houden.
Bijlage II: Bewijsmiddelen
Een proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer] , opgemaakt op 15 oktober 2024, voor zover inhoudende:
Voornamen: [voornamen]
Achternaam: [slachtoffer]
Geboortedatum: [2009]
A: Mijn moeder wil in huis blijven wonen in de [straat] in [plaats] . Daar zijn dingen gebeurd. Meerdere keren.
V: Waarvan en tegen wie heeft de Raad van Kinderbescherming aangifte gedaan?
A: Tegen mijn stiefvader [verdachte] .
V: Hoe heet hij verder?
A: [verdachte] .
V: En waarvan?
A: Seksueel misbruik, verkrachting.
V: Wat kan je daar zelf over vertellen?
A: Dat het meer dan één keer is gebeurd. Het was in het huis van zijn moeder en in een vakantiehuisje. Het adres van zijn moeder is in [plaats] . De andere plek is [plaats] in België.
V: Wie zou dit bij jou gedaan hebben?
A: [verdachte] .
V: Wanneer is dit jouw overkomen?
A: Toen ik 13 à 14 jaar oud was.
V: Wat is er gebeurd?
A: Hij, [verdachte] , is in mij geweest, hij heeft mij aangeraakt aan plekken en hij heeft mij gevingerd. Hij is in mij geweest.
V: Wat bedoel je daarmee, waar is hij in geweest?
A: In mijn vagina.
V: Met zijn?
A: Met zijn piemel.
O: Getuige wijst de plekken aan op haar lichaam, haar borsten en bij haar vagina.
A: We gingen op vakantie naar [plaats] . Hij ging naast mij zitten in de slaapkamer op het bed. Hij ging mij vingeren.
V: Wat doet hij dan?
A: Hij begon mij aan te raken, op mijn kont en bij mijn vagina. Hij begon mij te vingeren.
V: Wat deed hij bij je billen?
A: Hij beweegt zijn hand over mijn billen.
V: Was dat met je kleding aan?
A: Dat was op mijn broek.
V: En dan?
A: Hij ging in mijn broek. Van achter naar voren. In mijn broek.
V: En dan?
A: Hij ging op mijn blote vagina en hij ging mij vingeren.
V: Wat gebeurde er bij je vagina, ging hij erin?
A: Ja hij ging erin.
V: Met hoeveel vingers?
A: Met 1 of 2 vingers.
V: Zijn er nog meer seksuele handelingen geweest die dag?
A: Ja dat moment is hij met zijn piemel in mij geweest. Hij kwam bij mij zitten waar ik lag.
V: Hoe ging dat toen verder?
A: Hij is toen op mij komen liggen.
V: En dan?
A: Hij heeft zijn piemel uit zijn broek gehaald en heeft het in mij in gedaan.
V: Waar in gedaan?
A: In mijn vagina.
V: Is hij erin geweest of er langs geweest?
A: Er in geweest.
V: Wat doet hij vervolgens?
A: Hoe je seks hebt met iemand of zo. Ik had dat niet eerder meegemaakt. Hij maakte ook die bewegingen.
V: Wat kun je nog meer herinneren van die keren dat het gebeurd is?
A: Zijn moeder lag in het ziekenhuis omdat ze was gevallen. We gingen eten geven aan de kat. Hij zat naast mij op de bank en zat aan mijn borsten.
Hij is toen weer in mij gekomen. Hij heeft mij weer lopen vingeren en alles.
A: Hij ging mij eerst vingeren.
O: Aangever laat met haar hand zien dat hij eerst op haar vagina zat. En daarna er pas in.
V: Ik zie dat je je hand zo als een kom houdt. Heeft hij je toen tussen of op je vagina aangeraakt?
A: Ja er wel tussen de schaamlippen en daarna erin.
V: Hij heeft jou gevingerd en toen?
A: Hij deed toen zijn penis uit zijn broek. Ik zag niet dat hij dat deed maar ik voelde het.
V: Hoe weetje dat het zijn penis was?
A: Vingers zijn dun dus ik voelde wel dat het zijn penis was.
V: Hij ging er daarna in zeg je. Waar in?
A: In mijn vagina.
A: Ik weet sowieso wel dat het vaker is gebeurd. Het is gebeurd als ik alleen met hem thuis was. Ik weet dat het in mijn bed, mijn moeders bed en in mijn broertjes bed is gebeurd.
V: Wanneer is de laatste keer geweest dat het seksueel misbruik plaatsvond?
A: Ook bij oma. Dat was ook de laatste keer.
V: Hoe lang geleden was dit?
A: Twee jaar geleden ongeveer. Toen ik dertien of veertien was.
Een proces-verbaal van verhoor van de verdachte [verdachte] , opgemaakt op 18 december 2024, voor zover inhoudende:
V: Vertel maar wat wil je zeggen?
A: Ik wil toch vertellen wat er bij mijn moeder is gebeurd, wat er thuis is gebeurd en op de camping.
A: Het laatste was bij mijn moeder.
V: Wat is er dan gebeurd?
A: dat ik haar toen wel gevingerd heb.
V: Weet je wanneer dit is geweest?
A: Ik weet het niet zeker, ik geloof begin 2023.
V: Wat is er gebeurd toen?
A: Mijn moeder lag in het ziekenhuis en was gevallen. Wij, [slachtoffer] en ik, gingen haar kat verzorgen. Vervolgens is dat gebeurd.
V: Je vertelde dat het op meerdere plekken gebeurd is wat kun je daar over vertellen?
A: Thuis is het ook gebeurd. Dit was op de [straat] . Ik heb haar toen ook gevingerd.
V: Je zegt dat het ook gebeurd is bij de [plaats] . Wat kan je daar over verklaren.
A: Toen heb ik haar ook gevingerd.
V: Wanneer is de eerste keer geweest en hoe oud was [slachtoffer] toen?
A: 13 à 14 jaar oud.
V: En de laatste keer?
A: Dat was bij mijn moeder.
Een geschrift, te weten het gespreksverslag van de Raad voor de Kinderbescherming, voor zover inhoudende:
Bron: persoonlijk gesprek [slachtoffer] , gesproken op 28 juni 2024 in de rechtbank in
Lelystad.
[slachtoffer] vertelt dat zij nare ervaringen heeft meegemaakt op het gebied van seksualiteit.