Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.[gedaagde sub 1] B.V.,
2.
[gedaagde sub 2] B.V.,
1.De procedure
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 11,
- de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 3.
2.Waar gaat de zaak over?
3.De beoordeling
Besef jij wel dat er mensen voor minder vermoord worden?”. Dit WhatsApp-bericht kan mogelijk als bedreigend worden opgevat. Maar het antwoord op de vraag of sprake is van een bedreiging (omdat nadeel in het vooruitzicht wordt gesteld) kan in het midden blijven. Dit bericht is namelijk gestuurd op 15 september 2024 en dus nadat [A] namens [gedaagde sub 1] c.s. de overeenkomst van borgtocht had ondertekend op 13 september 2024. Dat WhatsApp-bericht kan dus niet hebben geleid tot ondertekening van de overeenkomst van borgtocht. Er is dus geen sprake van een causaal verband tussen de mogelijke bedreiging en het aangaan van de overeenkomst van borgtocht. Zo’n causaal verband is wel vereist voor het slagen van dit verweer. Verder hebben [gedaagde sub 1] c.s. geen andere WhatsApp-berichten of stukken in de procedure gebracht waaruit – al dan niet in onderling verband – een bedreiging door [eiser] aan het adres van [A] kan worden opgemaakt.