In deze zaak verzoekt een TBS-patiënt inzage in een intern SIRE-rapport dat is opgesteld naar aanleiding van een ernstig incident tijdens zijn onbegeleid verlof. De patiënt, die eerder is veroordeeld voor verkrachting en bedreiging, heeft het verzoek ingediend op basis van artikel 15 van de AVG, dat hem het recht op inzage in zijn persoonsgegevens toekent. De TBS-kliniek weigert inzage en beroept zich op uitzonderingsgronden uit de UAVG, namelijk de bescherming van de openbare veiligheid en de rechten van anderen. De rechtbank oordeelt dat de weigering gerechtvaardigd is, omdat het rapport niet alleen persoonsgegevens van de patiënt bevat, maar ook informatie die de interne processen van de kliniek betreft. Het belang van de kliniek bij het beschermen van haar interne procedures en de privacy van het slachtoffer weegt zwaarder dan het inzagerecht van de patiënt. De rechtbank wijst het verzoek van de patiënt af en veroordeelt hem in de proceskosten.