ECLI:NL:RBMNE:2025:5158
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Oplegging van een rijvaardigheidsonderzoek aan eiseres in plaats van een Educatieve Maatregel Gedrag en verkeer
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland op 3 oktober 2025, onder zaaknummer 24/7184, wordt de oplegging van een rijvaardigheidsonderzoek aan eiseres besproken. Eiseres was het niet eens met de beslissing van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) om haar een rijvaardigheidsonderzoek op te leggen in plaats van een Educatieve Maatregel Gedrag en verkeer (EMG). De rechtbank oordeelt dat het CBR wel degelijk bevoegd was om een rijvaardigheidsonderzoek op te leggen, maar dat de wijze waarop dit is gebeurd niet correct was. De rechtbank stelt vast dat het CBR in strijd heeft gehandeld met artikel 7:11, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) door de EMG te herroepen zonder tegelijkertijd het rijvaardigheidsonderzoek op te leggen. Dit gebrek wordt echter gepasseerd op grond van artikel 6:22 van de Awb, omdat de rechtbank van oordeel is dat eiseres hierdoor niet in haar belangen is geschaad. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, maar oordeelt wel dat het CBR het griffierecht en de proceskosten aan eiseres moet vergoeden. De proceskostenvergoeding bedraagt € 1.814,-.