Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 25 juli 2025 in de zaak tussen
[eiser] , uit [plaats] , eiser
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
Samenvatting
Voorgeschiedenis en besluitvorming
Beoordeling door de rechtbankBeoordelingskader
- zijn op een zorgvuldige manier tot stand zijn gekomen;
- bevatten geen tegenstrijdigheden;
- zijn voldoende begrijpelijk.
4.1 Het Uwv voert aan dat eiser zijn standpunt niet onderbouwt.
4.2 De rechtbank stelt vast dat de primaire verzekeringsarts in het rapport van 31 mei 2024 motiveert dat er beperkingen aangenomen moeten worden ten aanzien van het persoonlijk en sociaal functioneren van eiser. Ook gelden er beperkingen ten aanzien van het verrichten van fysiek zware werkzaamheden en wordt een urenbeperking op preventieve gronden aangenomen van maximaal 30 uur werken per week, waarbij eiser ook beperkt is voor het draaien van nachtdiensten. De beperkingen zijn gesteld op basis ervaren belemmeringen, die een rechtstreeks gevolg zijn van ziekte. De verzekeringsarts bezwaar en beroep motiveert in het rapport van 12 december 2024 waarom hij in enkele rubrieken extra beperkingen aanneemt vanwege de fysieke klachten op basis van ACNES. De beperkingen vanwege de fysieke klachten op basis van ACNES zijn hierdoor gelijk aan de beperkingen die zijn aangenomen tijdens de Eerstejaars Ziektewet beoordeling. De verzekeringsarts bezwaar en beroep motiveert dat geen beperkingen worden aangenomen op cognitief gebied, omdat bij nader onderzoek wel is gebleken van concentratieklachten, maar niet van te objectiveren cognitieve tekorten. Bovendien passen dergelijke beperkingen (op aspecten zoals geheugenfuncties, richten en vasthouden van de aandacht, de concentratie) niet bij de afgenomen psychische klachten en niet bij het ACNES syndroom. Ook gebruikt eiser geen medicatie die de afname van cognitieve functies zou kunnen verklaren. De rechtbank kan deze motivering volgen.