ECLI:NL:RBMNE:2025:5272

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
10 september 2025
Publicatiedatum
9 oktober 2025
Zaaknummer
C/16/599254 / FV RK 25-2221
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging zorgmachtiging en vormen van verplichte zorg in het kader van elektronisch toezicht

Op 10 september 2025 heeft de Rechtbank Midden-Nederland een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1965. De rechtbank heeft de verzoeken van de officier van justitie om wijziging van de zorgmachtiging, die eerder op 20 augustus 2025 was verleend, beoordeeld. De betrokkene verblijft in een instelling en heeft zorg nodig in de vorm van elektronisch toezicht, omdat hij vaak gaat dwalen wanneer hij de instelling verlaat. De rechtbank heeft vastgesteld dat het volgen van de betrokkene met een tag valt onder de verplichte zorg van 'uitoefenen van toezicht op betrokkene'. De rechtbank heeft de wijziging van de zorgmachtiging toegewezen, waarbij de betrokkene onder andere de volgende vormen van verplichte zorg zal ontvangen: het toedienen van vocht en voeding, medicatie, medische controles, en het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten. De machtiging is geldig tot en met 20 augustus 2027. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door rechter D. Wachter, met griffier T.R. Budding – Gerritsen aanwezig.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Utrecht
Zaaknummer: C/16/599254 / FV RK 25-2221
Datum uitspraak: 10 september 2025
Beschikking zorgmachtiging
op het verzoek van de officier van justitie voor
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] 1965 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen betrokkene,
wonende in [woonplaats] ,
verblijvende bij [instelling] , locatie [locatie] in [verblijfplaats] ,
advocaat mr. J.C. Herweijer.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De rechtbank neemt de volgende stukken mee in de beoordeling:
- het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank op 5 september 2025.
1.2.
De zitting heeft plaatsgevonden op 10 september 2025. Daarbij zijn gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
- [A] , verpleegkundig specialist.

2.Wat vaststaat

2.1.
De rechtbank heeft een machtiging verleend tot en met 20 augustus 2027. Betrokkene verblijft met deze machtiging bij [instelling] , locatie [locatie] in [verblijfplaats] .

3.Het verzoek

3.1.
De officier van justitie verzoekt de rechtbank om wijziging van de zorgmachtiging, zoals die op 20 augustus 2025 voor betrokkene is afgegeven.

4.De beoordeling

4.1.
De rechtbank verleent de gevraagde wijziging van de zorgmachtiging. Zij legt hierna uit waarom zij deze beslissing neemt.
4.2.
Uit de stukken en de zitting blijkt dat betrokkene vaak gaat dwalen als hij de instelling verlaat. Om te voorkomen dat betrokkene niet meer terug kan komen bij de instelling, heeft betrokkene zorg nodig in de vorm van elektronisch toezicht. Betrokkene krijgt daarom een tag mee als hij naar buiten gaat, zodat de instelling kan zien waar betrokkene zich bevindt als hij verdwaald is of niet terug komt naar de instelling.
4.3.
De verpleegkundig specialist vertelt ter zitting dat betrokkene al jaren een tag mee krijgt als hij naar buiten gaat. Zij hebben dit jarenlang gedaan onder de vorm van verplichte zorg ‘het beperken van de bewegingsvrijheid’ (onder b.). De geneesheer-directeur heeft de instelling er echter op gewezen dat het kunnen volgen van betrokkene met een tag volgens hem valt onder de vorm ‘uitoefenen van toezicht op betrokkene’ (onder d.). Om die reden heeft de instelling verzocht de zorgmachtiging te wijzigen, omdat deze vorm van verplichte zorg in de zorgmachtiging van 20 augustus 2025 ontbreekt. Volgens de advocaat valt het onder begeleiding naar buiten gaan onder ‘het beperken van de bewegingsvrijheid’ en vervangt de tag in dit geval een begeleider. De advocaat stelt daarom dat het volgen van betrokkene met een tag valt onder een combinatie van de vormen van verplichte zorg ‘het beperken van de bewegingsvrijheid’ en ‘aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen’ (onder h.) en pleit dan ook voor afwijzing van het verzoek.
4.4.
De rechtbank oordeelt dat het kunnen volgen van betrokkene een vorm is van elektronisch toezicht houden op de verblijfplaats van betrokkene. Dit sluit ook aan bij de in de bijlage bij artikel 7 van de Regeling verplichte geestelijke gezondheidszorg genoemde vormen van verplichte zorg. Onder ‘uitoefenen van toezicht op betrokkene’ valt ‘cameramonitoring’ en toezicht met ‘andere elektronische middelen’. In dit geval wordt er toezicht gehouden op de locatie van betrokkene door middel van een ander elektronisch middel, namelijk een tag. Onder het beperken van de bewegingsvrijheid valt volgens dezelfde bijlage ‘fixatie’, ‘het beperken van de bewegingsvrijheid, door plaatsing op een gesloten afdeling’ of een ‘overige beperking van de bewegingsvrijheid’. Van een overige beperking van de bewegingsvrijheid is bijvoorbeeld sprake wanneer betrokkene de afdeling wel kan verlaten, maar waarbij hij in het kader van de behandeling niet in bepaalde ruimtes of op bepaalde plekken kan komen binnen de setting waarin hij zorg ontvangt. Onder het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten valt volgens de bijlage ‘communicatie middelen’ en ‘overige beperking eigen leven in te richten’. In dit geval gaat het om de momenten dat betrokkene de instelling verlaat en gevolgd wordt met een tag. Als betrokkene de instelling verlaat is hij vrij om te gaan waar hij heen wil en wordt hij ook niet beperkt zijn leven buiten de instelling in te richten door iets te doen of na te laten. Er wordt enkel toezicht op de locatie van betrokkene gehouden, zodat kan worden ingegrepen wanneer betrokkene niet (op tijd) terug komt bij de instelling. Dat betrokkene het niet bezwaarlijk vindt om de tag te dragen doet niet af aan het vanuit de instelling verplicht stellen van dat dragen. Om er voor te zorgen dat de instelling de locatie van betrokkene kan blijven volgen met een tag, is dus de volgende vorm van verplichte zorg aanvullend nodig:
- uitoefenen van toezicht op betrokkene.
4.5.
Gelet op het voorgaande is met de voorgestelde wijziging voldaan aan de criteria voor - en doelen van - verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. Het verzoek zal dan ook worden toegewezen, aldus dat de hierna genoemde vormen van verplichte zorg gelden:
- het toedienen van vocht en voeding;
- het toedienen van medicatie;
- het verrichten van medische controles;
- het verrichten van andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- het beperken van de bewegingsvrijheid;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
Deze vormen van verplichte zorg gelden voor de resterende duur van de zorgmachtiging.

5.De beslissing

De rechtbank:
5.1.
wijzigt de zorgmachtiging die op 20 augustus 2025 is verleend voor
[betrokkene], geboren op [geboortedatum] 1965 in [geboorteplaats] , wat inhoudt dat de maatregelen die in 4.7. staan kunnen worden toegepast;
5.2.
bepaalt dat de machtiging geldt tot en met 20 augustus 2027.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 10 september 2025 door mr. D. Wachter, rechter, in aanwezigheid van T.R. Budding – Gerritsen, griffier en op schrift gesteld op 19 september 2025.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.