ECLI:NL:RBMNE:2025:5609
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Omgevingsvergunning voor het plaatsen van een omheining nabij een grote boom en de beoordeling van procesbelang
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 7 oktober 2025 uitspraak gedaan over de omgevingsvergunning voor het plaatsen van een omheining nabij een grote boom, aangevraagd door de Utrechtse Bomenstichting (UBS). De rechtbank oordeelt dat, hoewel de omheining al is geplaatst, UBS nog procesbelang heeft, omdat de blijvende aanwezigheid van de palen in de grond gevolgen kan hebben voor de boom. De rechtbank stelt vast dat de omgevingsvergunning in redelijkheid is verleend door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, ondanks dat het belang van de boom niet expliciet in de afweging is meegenomen. De rechtbank oordeelt dat het college de omgevingsvergunning kon verlenen, omdat de omheining ten dienste staat van het afschermen van een containeropslagplaats, wat in strijd is met het bestemmingsplan. De rechtbank concludeert dat het college de belangen goed heeft afgewogen en dat het beroep van UBS ongegrond is. De rechtbank veroordeelt het college tot vergoeding van de proceskosten aan UBS en het terugbetalen van het griffierecht. De uitspraak benadrukt de noodzaak om bij het verlenen van omgevingsvergunningen ook de belangen van natuur en milieu in overweging te nemen, zelfs als deze niet expliciet zijn genoemd in de besluitvorming.