ECLI:NL:RBMNE:2025:565

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
29 januari 2025
Publicatiedatum
19 februari 2025
Zaaknummer
585579 / KG ZA 24-624
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over wijziging slagboomsysteem op recreatiepark met automatische kentekenherkenning

In deze zaak, die zich afspeelt op een recreatiepark in Breskens, hebben eisers, allen van Duitse afkomst en eigenaar van vakantiehuizen, een kort geding aangespannen tegen de parkbeheerder, [gedaagde sub 4]. De eisers vorderen dat het nieuwe slagboomsysteem, dat werkt met automatische kentekenherkenning, niet ingevoerd mag worden, tenzij zij zelf de mogelijkheid hebben om kentekens aan te passen. De voorzieningenrechter heeft op 29 januari 2025 uitspraak gedaan. De eisers stellen dat het nieuwe systeem hen bezwaarlijker maakt dan het oude systeem met pasjes, omdat zij nu afhankelijk zijn van de parkbeheerder voor toegang met hun voertuigen. De voorzieningenrechter oordeelt dat de belangen van de parkbeheerder zwaarder wegen dan die van de eisers. De vorderingen van de eisers worden afgewezen, omdat de voorzieningenrechter van mening is dat de belangen van de parkbeheerder bij het reguleren van de toegang tot het park gerechtvaardigd zijn. In reconventie vordert [gedaagde sub 4] dat eisers verplicht worden om gegevens te verstrekken over verhuur aan derden. Dit wordt toegewezen, omdat eisers contractueel verplicht zijn om deze informatie te verstrekken. De proceskosten worden toegewezen aan [gedaagde sub 4].

Uitspraak

RECHTBANK Midden-Nederland

Civiel recht
Zittingsplaats Utrecht
Zaaknummer: C/16/585579 / KG ZA 24-624
Vonnis in kort geding van 29 januari 2025
in de zaak van
1.
[eiseres sub 1],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
2.
[eiseres sub 2],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
3.
[eiser sub 1],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
4.
[eiser sub 2],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
5.
[eiseres sub 3],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
6.
[eiseres sub 4],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
7.
[eiser sub 3],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
8.
[eiseres sub 5],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
9.
[eiser sub 4],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
10.
[eiseres sub 6],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
11.
[eiser sub 5],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
12.
[eiseres sub 7],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
13.
[eiseres sub 8],
te [woonplaats] (Verenigde Arabische Emiraten),
14.
[eiser sub 6],
wonende te [woonplaats] (Verenigde Arabische Emiraten),
15.
[eiseres sub 9],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),

16 [eiser sub 7] ,

wonende te [woonplaats] (Duitsland),
17.
[eiser sub 8],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
18.
[eiseres sub 10],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
19.
[eiser sub 9],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
20.
[eiseres sub 11],
wonende te [woonplaats] (Nederland),
21.
[eiser sub 10],
wonende te [woonplaats] (Nederland),
22.
[eiseres sub 12],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
23.
[eiser sub 11],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
24.
[eiseres sub 13],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
25.
[eiser sub 12],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
26.
[eiseres sub 14],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
27.
[eiser sub 13],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
28.
[eiseres sub 15],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
29.
[eiser sub 14],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
30.
[eiseres sub 16],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
31.
[eiser sub 15],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
32.
[eiseres sub 17],
wonende te [woonplaats] (China),

33 [eiser sub 16] ,

wonende te [woonplaats] (China),
34.
[eiseres sub 18],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
35.
[eiser sub 17],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
36.
[eiseres sub 19],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
37.
[eiser sub 18],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
38.
[eiser sub 19],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
39.
[eiseres sub 20],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
40.
[eiser sub 20],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
41.
[eiseres sub 21],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
42.
[eiser sub 21],
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
eisende partijen in conventie, gedaagde partijen in reconventie,
hierna samen te noemen: [eisers] of eisers,
advocaat: mr. L.M. Bischof te Beek,
tegen

1.LEISURE INVESTMENTS B.V.,

gevestigd te Amersfoort,
gedaagde in conventie,
2.
SOMNIUM RECREATIE B.V.,
gevestigd te Amersfoort,
gedaagde in conventie,
3.
EUROPARCS B.V.,
gevestigd te Amersfoort,
gedaagde in conventie,
4.
[gedaagde sub 4] B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
gedaagde in conventie, eisende partij in reconventie,
hierna samen te noemen: [gedaagden] en afzonderlijk Leisure, Somnium, Europarcs, en [gedaagde sub 4] ,
advocaat: mr. P.J.A. Plattel te Arnhem.

1.De procedure

1.1.
De voorzieningenrechter beschikt over de volgende stukken:
- de dagvaarding van 7 januari 2025 met producties 1 tot en met 10
- de door [gedaagden] op 14 januari 2025 ingediende producties 1 tot en
met 11
- de door [eisers] op 14 januari 2025 ingediende producties 11 tot en met 14
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie.
1.2.
Bij de mondelinge behandeling van 15 januari 2024 zijn enerzijds verschenen:
- de heer [gemachtigde] (echtgenoot van eiseres onder 1, met procesvolmacht)
- mevrouw [eiseres sub 2] (eiseres onder 2)
- mevrouw [eiser sub 8] (eiseres onder 17)
- de heer [eiser sub 5] (eiser onder 11)
- de heer [eiser sub 12] (eiser onder 25)
- mevrouw [eiseres sub 10] (eiseres onder 18)
- de heer R.B. Schmitt, de door [eisers] ingeschakelde tolk Duits met tolknr 916
- mr. Bischof
en anderzijds:
- mevrouw [A] , bij Somnium werkzaam als bedrijfsjurist, tevens Leisure, Europarcs en [gedaagde sub 4] vertegenwoordigend
- mr. Plattel.
De griffier heeft aantekeningen gemaakt. Spreekaantekeningen zijn niet overgelegd. Aan het einde van de zitting heeft de voorzieningenrechter bepaald dat uiterlijk 29 januari 2025 vonnis wordt gewezen.

2.Kern van de zaak en het oordeel van de voorzieningenrechter

2.1.
Eisers, die allen van Duitse afkomst zijn, hebben één of meerdere vakantiehuizen in eigendom op het vakantiepark [gedaagden] te Breskens (Zeeland), dat wordt geëxploiteerd door [gedaagden] (hierna: het park). Het bedieningssysteem voor de slagboom hij de ingang van het park (hierna: het slagboomsysteem) werkte tot voor kort met pasjes. Parkbeheerder [gedaagde sub 4] heeft dat systeem in december 2024 vervangen door een systeem dat automatisch kentekens herkent en alleen voor geregistreerde kentekens de slagboom opent.
2.2.
In dit kort geding vordert [eisers] in conventie – samengevat – dat de voorzieningenrechter:
I) [gedaagden] (alsnog) verbiedt om het slagboomsysteem met de pasjes te vervangen door het systeem met kentekenregistratie, behalve als [eisers] in het nieuwe systeem zelfstandig, zonder tussenkomst van [gedaagden] , kan aanpassen voor welke kentekens de slagbomen open gaan;
II) [gedaagden] gebiedt om binnen drie maanden een slagboomsysteem als omschreven onder I) te implementeren en beveelt dat in de tussentijd de vrije toegang voor de door [eisers] te bepalen voertuigen blijft bestaan,
met dwangsommen, rente, kosten en uitvoerbaar bij voorraadverklaring van de veroordelingen.
2.3.
In reconventie vordert (alleen) [gedaagde sub 4] veroordeling van [eisers] om:
1) over heel 2024 voor al het gebruik door derden op te geven: de naam en woonplaats van alle hoofdgebruikers, aankomst- en vertrekdag en het aantal personen;
2) als zij in de toekomst hun vakantiehuis aan derden verhuren, telkens binnen 7 dagen na het sluiten van de huurovereenkomst opgave te doen van: de naam en woonplaats van de hoofdboeker of hoofdverblijver, aankomst- en vertrekdag en het aantal personen alsmede – indien een auto tot het park toegang moet krijgen – het kenteken van die auto;
met dwangsommen, kosten en uitvoerbaar bij voorraadverklaring.
2.4.
De vorderingen in conventie worden afgewezen, omdat de voorzieningenrechter van oordeel is dat het belang van [eisers] bij een door haar zelf te bedienen systeem niet opweegt tegen de belangen van [gedaagden] bij het invoeren van het slagboomsysteem met kentekenherkenning. De reconventionele vordering om het gebruik over 2024 op te geven wordt afgewezen na belangenafweging. De andere reconventionele vordering, om op straffe van een dwangsom bij toekomstige huurovereenkomsten met derden gegevens op te geven, wordt wel toegewezen. Het is voldoende aannemelijk dat [eisers] contractueel verplicht is om dat te doen. [eisers] moet zowel in conventie als in reconventie een proceskostenveroordeling betalen aan [gedaagden] . Dit oordeel wordt hierna verder toegelicht.

3.De beoordeling

in conventie
Het gaat om een spoedeisende zaak
3.1.
Het gaat hier om een in kort geding gevorderde voorlopige voorziening, zodat de rechter eerst moet beoordelen of [eisers] ten tijde van dit vonnis bij die voorziening een spoedeisend belang heeft bij haar vorderingen in conventie. Dat is het geval. [eisers] heeft op dit punt aangevoerd dat [gedaagden] moet zorgen dat [eisers] de vakantiehuizen waarvan zij eigenaar is kan bereiken met het voertuig naar keuze. Zij stelt dat het nieuwe systeem – dat reeds is ingevoerd – op dit punt veel bezwarender is dan het oude systeem met de pasjes en dat het handhaven van dat nieuwe systeem daarom in strijd is met de contractuele verplichtingen van [gedaagden] , onrechtmatig is jegens [eisers] en in strijd is met de AVG [1] . Als dat inderdaad het geval is, kan niet van [eisers] worden verwacht dat zij de uitkomst van een bodemprocedure afwacht.
De kans op toewijzing door de bodemrechter
3.2.
Daarnaast geldt dat de rechter in dit kort geding moet beoordelen of de vorderingen in de bodemprocedure een zodanige kans van slagen hebben, dat vooruitlopend daarop toewijzing van de voorlopige voorziening gerechtvaardigd is. Als uitgangspunt geldt daarbij dat in deze procedure geen plaats is voor bewijslevering.
De standpunten
3.3.
De bezwaren van [eisers] tegen het nieuwe systeem zoals [gedaagden] dat heeft ingevoerd, zien in de eerste plaats op de voorwaarden die [gedaagden] heeft gesteld aan het invoeren en wijzigen van kentekens. Het systeem werkt volgens [gedaagden] als volgt:
  • eigenaren zelfkunnen per vakantiehuis maximaal drie kentekens doorgeven die permanent toegang tot het park hebben. Voor de registratie en wijziging van de kentekens die permanente toegang hebben, moeten zij zich identificeren en het duurt maximaal 24 uur voordat het kenteken is verwerkt;
  • huurderskunnen alleen tijdelijk één kenteken laten registreren, voor de duur van de huurperiode;
voor 33 van de 42 eisers geldt dat verhuur van het vakantiehuis aan derden alleen is toegestaan als de huurovereenkomst via [gedaagden] (of een door haar aangewezen partij) tot stand is gekomen. In die gevallen moet de huurder al bij het aangaan van de huurovereenkomst het kenteken opgeven van de auto waarmee ze het park op willen kunnen. De overige negen eisers hebben bij de aankoop van hun vakantiehuis bedongen dat zij wel buiten [gedaagden] om mogen verhuren. Voor hen geldt dan, dat zij een eventuele aanvullend kenteken minimaal 24-uur van tevoren moeten aanmelden bij de receptie;
-
bedrijvendie door eigenaren worden ingehuurd, bijvoorbeeld voor werkzaamheden aan de vakantiewoningen, kunnen tijdelijke toegang krijgen bij de receptie.
3.4.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft [eisers] desgevraagd de volgende bezwaren geuit. [gedaagden] verwerkt kentekenwijzigingen niet binnen 24 uur. Zij weigert kentekens op te nemen die niet op naam staan van de eigenaren/huurders, maar van een lease-bedrijf of andere derde. [eisers] voorziet praktische bezwaren als zij buiten openingstijden van de receptie aankomen. De receptie sluit vrijdagavond om 18:00 uur en het zal vaak voorkomen dat eisers, die doorgaans per auto uit Duitsland komen, of huurders pas na dat tijdstip bij het park aankomen. Als zij dan met een andere auto komen, moeten zij minder dan 24 uur van tevoren het kenteken daarvan doorgeven, terwijl zij dat kenteken dan wellicht nog niet weten. De eisers die in [woonplaats] en [woonplaats] wonen, vliegen doorgaans op een vliegveld in België en huren daar een auto. Zij weten het kenteken dus pas enkele uren voor aankomst. Als zij pas na sluitingstijd van de receptie aankomen, moeten zij op een parkeerplaats verderop staan waar beperkt plaats is en waarvandaan zij nog een eind naar het huisje moeten lopen met hun bagage. Bovendien wil [eisers] de vrijheid behouden om pas op het laatste moment te beslissen met welke auto ze komen en de mogelijkheid hebben om familieleden en vrienden vrijelijk de toegang te verschaffen. Volgens haar zijn de wettelijke verplichtingen om te registreren wie er op het park overnachten en hun gegevens in een nachtregister te registreren [2] , niet de werkelijke reden dat [gedaagden] dit nieuwe systeem wil, maar is het haar vooral te doen om beter te kunnen controleren of die eigenaren die alleen via [gedaagden] (of een door haar aangewezen partij) mogen verhuren, zich aan die afspraak houden. De wettelijke verplichtingen zijn niet zozeer verplichtingen van [gedaagde sub 4] maar van [eisers] Dit alles brengt volgens [eisers] mee dat het nieuwe systeem bezwarender voor haar is dan het oude systeem met de pasjes, waarbij zij niet afhankelijk was van [gedaagden] Het nieuwe systeem is volgens [eisers] zo bezwarend dat [gedaagden] het alleen zou mogen invoeren als het zo wordt ingeregeld dat [eisers] net als voorheen een auto van haar keuze toegang tot het park kan geven zonder tussenkomst van [gedaagden]
3.5.
[gedaagden] heeft aangevoerd dat uit de documentatie bij de verkoop en levering van de vakantiehuizen aan [eisers] duidelijk blijkt dat het niet gaat om losstaande woningen, maar vakantiehuizen die deel uitmaken van een autoluw vakantiepark. [gedaagde sub 4] wil de toegang van auto’s tot het park reguleren, onder meer om ongewenst en crimineel gedrag tegen zoals inbraak en vandalisme, wat bij vakantiehuizen vaker voorkomt omdat er vaak niemand aanwezig is. Zij is ook verplicht om die toegang te reguleren, zowel jegens [eisers] als tegen de andere eigenaren. Daarnaast wijst zij op haar wettelijke verplichting om te registreren wie er op haar park overnachten en hun gegevens in een nachtregister te registreren en om toeristenbelasting te innen en af te dragen. Zij wijst erop dat als brandweer en politie bij eventuele calamiteiten willen weten wie op het park aanwezig zijn, zij in de eerste plaats bij [gedaagden] aan zullen kloppen. Daarnaast stelt zij een gerechtvaardigde belang te hebben om te controleren of de eigenaren die alleen via [gedaagden] aan derden mogen verhuren zich ook aan die afspraak houden.
3.6.
[gedaagden] heeft aangevoerd er in december 2024 weliswaar aanloopproblemen waren, maar dat het nieuwe systeem inmiddels naar behoren werkt. Zo was aanvankelijk doorgegeven dat voor registratie van kentekens ook een kentekenbewijs getoond moest worden en heeft zij enkele keren geweigerd om kentekens te registreren als de auto niet op naam van de eigenaar of hoofdhuurder stond, wat bijvoorbeeld bij leaseauto’s een probleem was. Inmiddels hoeft een kentekenbewijs niet meer te worden getoond en hoeven auto’s ook niet meer op naam van de hoofdhuurder of eigenaar te staan, aldus nog steeds [gedaagden] . Zij heeft ook verklaard dat er bij de receptie een parkeerplaats is, die kan worden bereikt zonder een slagboom te passeren en dat er geen beperkingen zijn om de vakantiehuizen vanaf die parkeerplaats te voet te bereiken. In het allerergste geval, als gebruikers voor een dichte slagboom komen te staan omdat het niet is gelukt om tijdig het kenteken te registeren, kan de auto nog altijd bij de receptie worden geparkeerd en dan moeten de gebruikers voor één keer de afstand naar het vakantiehuis, hooguit enkele honderden meters, te voet afleggen. Zij kunnen dan de volgende ochtend vanaf 9:00 uur bij de receptie zorgen dat de auto toegang tot het park krijgt. Dat is wellicht niet ideaal, maar van een inbreuk op het eigendomsrecht van [eisers] is geen sprake aldus nog steeds [gedaagden]
De belangenafweging valt uit in het voordeel van [gedaagden]
3.7.
De voorzieningenrechter dient de belangen van [eisers] en die van [gedaagden] tegen elkaar af te wegen. Voldoende aannemelijk is dat [gedaagden] er belang bij heeft om te reguleren welke auto’s toegang tot het park krijgen en om bij te houden wie er op het park aanwezig. Dat is een gerechtvaardigd belang, ook als vast zou staan dat de onder 3.4 en 3.5 genoemde wettelijke verplichtingen op de individuele eigenaren rusten en niet op [gedaagden] Daar tegenover staan de door [eisers] aangevoerde bezwaren, waarvan een deel is ondervangen door de toezegging [gedaagden] om snel te reageren en door de verplichting om een kentekenbewijs te tonen en de beperkingen voor leaseauto’s te laten vervallen. Wat overblijft is dat [eisers] eerder zal moeten nadenken met welke auto zij of haar huurders komen, of in een enkel geval de eerste nacht op een iets verder gelegen terrein zal moeten parkeren. Dat geringe bezwaar weegt niet op tegen de belangen van [gedaagden] Bij dit oordeel weegt mee dat het [eisers] bij de aankoop duidelijk moet zijn geweest dat de vakantiehuizen op een autoluw vakantiepark liggen, dat [gedaagde sub 4] als parkbeheerder de toegang van auto’s tot het park mag beperken, en dat ook altijd heeft gedaan. De voorzieningenrechter gaat niet mee in het betoog van [eisers] dat [gedaagden] het systeem niet zou mogen gebruiken om toe te zien op naleving van de contractuele huurbeperkingen. Ook dat is een rechtens te respecteren belang van [gedaagden]
3.8.
[eisers] heeft haar betoog dat [gedaagden] persoonsgegevens verwerkt in strijd met de AVG onvoldoende handen en voeten gegeven. Zij heeft alleen de in artikel 5 AVG genoemde beginselen voor verwerking van persoonsgegevens overgenomen en daar zonder verdere onderbouwing aan toegevoegd dat het nieuwe systeem zoals [gedaagden] dat heeft ingevoerd op geen van die punten voldoet. Die onderbouwing is onvoldoende voor het in conventie gevorderde verbod om het nieuwe systeem in te voeren. Daaraan doet niet af dat [gedaagden] daar alleen tegenin heeft gebracht dat de gegevensverwerking noodzakelijk is om te voldoen aan haar wettelijke verplichting om te weten wie er op haar park overnachten en hun gegevens in een nachtregister te registreren, dat de geregistreerde gegevens steeds na één maand worden gewist en dat kentekens geen persoonsgegevens zijn in de zin van de AVG. Voor het eveneens in conventie gevorderde gebod om in te regelen dat [eisers] zonder tussenkomst van [gedaagden] kentekens kan registreren, geldt overigens ook dat [eisers] zich dan zelf aan de AVG zullen moeten houden.
3.9.
Gelet op het oordeel dat de belangenafweging in het nadeel van [eisers] uitvalt, worden de vorderingen in conventie afgewezen. De vraag of alle vier de gedaagde partijen in conventie terecht door [eisers] zijn gedagvaard kan daarmee in het midden blijven. De proceskosten worden hierna onder 3.19 en 3.20 behandeld, tegelijk met de proceskosten in reconventie.
in reconventie
3.10.
[gedaagde sub 4] heeft aangevoerd dat [eisers] op grond van het derde lid van artikel 2 van het parkreglement verplicht zijn om opgave te doen van verhuur aan en gebruik door derden. Die bepaling luidt als volgt:

De Eigenaar dient, voorafgaande aan het in gebruik geven van zijn recreatie-eenheid aan derden, aan de Beheerder opgave te doen van naam en adres van de Gebruiker, alsmede van de periode waarin dit gebruik plaatsvindt.
3.11.
In deze procedure heeft [eisers] niet, en zeker niet gemotiveerd, betwist dat zij aan die bepaling gebonden is. Het parkregelement staat in de Algemene Bepalingen Beachparc Schoneveld, vastgelegd in een notariële akte van 16 oktober 2006 (hierna: de Algemene Bepalingen). [eisers] heeft niet in deze procedure maar in een briefwisseling in de context van de verhuurbeperkingen aangevoerd dat de Algemene Bepalingen niet tijdig ter hand zijn gesteld, en dat zij met succes een beroep op vernietigbaarheid van de Algemene Bepalingen heeft gedaan. Het is echter naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet aannemelijk dat dat beroep slaagt, nu beide partijen notariële leveringsaktes in het geding hebben gebracht waarin de erfdienstbaarheden en kwalitatieve verplichtingen in de Algemene Bepalingen worden vermeld bij de bestaande lasten en beperkingen en waarin het parkreglement ook nog eens volledig is overgenomen. Elf eisers hebben (middels een addendum) bedongen dat zij niet gebonden zijn aan de verhuurbeperkingen in artikel 8 Algemene Bepalingen, maar ook zij zijn gebonden aan artikel 2 lid 3 van het parkreglement.
3.12.
[eisers] heeft geen andere inhoudelijke argumenten aangevoerd waarom de verplichting in artikel 2 lid 3 van het parkreglement voor [eisers] niet zouden gelden. Zij heeft wel aangevoerd dat ze niet voldoende tijd voor een inhoudelijke reactie omdat [gedaagde sub 4] artikel 2 lid 3 van het parkreglement pas tijdens de mondelinge behandeling voor het eerst heeft genoemd. Dit betoog wordt verworpen. Niet alleen omdat [gedaagde sub 4] het artikel ook in de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie al met zoveel woorden heeft genoemd, maar ook omdat [eisers] ook vóór die conclusie al beschikte over de tekst van die bepaling. In notariële leveringsaktes die [eisers] zelf in het geding heeft gebracht is het parkreglement immers integraal overgenomen. Ook is de zitting bij aanvang nog geschorst om mr. Bischofs in staat te stellen met zijn cliënten te overleggen. [eisers] heeft dan ook voldoende gelegenheid heeft gehad om dit punt te reageren.
3.13.
Gelet op het voorgaande is voldoende aannemelijk dat [eisers] de verplichting op zich heeft genomen om bij verhuur aan derden opgave te doen van de naam en de woonplaats van de hoofdgebruiker en van de periode waarin de verhuur plaatsvindt.
3.14.
[gedaagde sub 4] heeft [eisers] op 18 december 2024 gesommeerd om te voldoen aan haar verplichting om opgave te doen. [eisers] heeft dat niet gedaan. Zij heeft dan ook in beginsel belang bij veroordeling van [eisers] om opgave te doen van de genoemde gegevens.
3.15.
[gedaagde sub 4] stelt dat haar belang bij de eerste reconventionele vordering, tot het doen van opgave over heel 2024 en de reeds verstreken periode van 2025, erin is gelegen dat zij vermoedt dat de verhuurbeperkingen vaak zijn overtreden en dat zij zo snel mogelijk met de betreffende eisers over 2024 wil afrekenen en haar vorderingen op hen voor dat jaar wil formuleren. [eisers] heeft daar tegenover gesteld dat [gedaagde sub 4] in het verleden nooit om die gegevens heeft gevraagd en dat zij nu niet ineens kan eisen om het gebruik over het hele voorgaande jaar te reconstrueren, waarbij bij iedere onjuistheid dwangsommen worden verbeurd. De voorzieningenrechter is van oordeel dat [gedaagde sub 4] het vermoeden dat de verhuurbeperkingen vaak worden overtreden onvoldoende heeft onderbouwd en dat gelet op de belangen van partijen over en weer [gedaagde sub 4] onvoldoende (spoedeisend) belang heeft bij dit onderdeel van de vordering. Daarom zal dit onderdeel worden afgewezen.
3.16.
[gedaagde sub 4] heeft wel een spoedeisend bij een veroordeling van [eisers] om in de toekomst opgave te doen van de in de tweede reconventionele vordering genoemde gegevens. Dat belang weegt ook zwaarder dan de belangen van [eisers] Voldoende aannemelijk is dat [eisers] zich contractueel heeft verplicht om die gegevens op te geven en dat [gedaagde sub 4] er belang bij heeft dat [eisers] dat ook doet, onder meer om de op haar als beheerder rustende verplichtingen (onder andere met betrekking tot de veiligheid) te kunnen naleven.
3.17.
De slotsom is dat de voorzieningenrechter [eisers] in reconventie zal veroordelen om in de toekomst naam en woonplaats hoofgebruiker, aankomst- en vertrekdatum en aantal personen op te geven.
3.18.
Ook de dwangsom wordt toegewezen. De veroordeling om die dwangsom te betalen geldt alleen voor de eigenaar van het vakantiehuis waarvoor niet aan de verplichting wordt voldaan. Een aantal eisers zijn echtparen die samen een of meer vakantiehuis hebben, in welk geval de veroordeling om (per overtreding en per vakantiehuis dat het betreft éénmaal) de dwangsom te betalen geldt voor de twee eigenaren gezamenlijk. De voorzieningenrechter zal ook een maximum aan te verbeuren dwangsommen per vakantiehuis opnemen.
zowel in conventie als in reconventie
[eisers] moet een proceskostenveroordeling aan [gedaagde sub 4] betalen
3.19.
[eisers] is zowel in conventie als in reconventie grotendeels in het ongelijk gesteld en moet daarom aan [gedaagde sub 4] een proceskostenvergoeding betalen (inclusief een vergoeding voor de nakosten). Het bedrag van die vergoeding wordt – zoals gebruikelijk – vastgesteld volgens het zogenoemde liquidatietarief en wordt aldus (exclusief nakosten) voor de procedure in conventie bepaald op:
- griffierecht
331,00
- salaris advocaat
1.107,00
Totaal
1.438,00
en voor de procedure in reconventie op € 553,50 aan salaris advocaat.
3.20.
Als vergoeding voor de nakosten in conventie en in reconventie gezamenlijk wordt (eenmaal) € 278,00 toegewezen, plus de verhoging als vermeld in de beslissing. De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten (inclusief de nakosten) wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

4.De beslissing

De voorzieningenrechter
in conventie
4.1.
wijst het gevorderde af,
4.2.
veroordeelt [eisers] in de proceskosten van € 1.438,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe,
in reconventie
4.3.
veroordeelt [eisers] om zolang zij eigenaar zijn van een vakantiehuis op het recreatiepark Schoneveld, schriftelijk binnen 7 dagen nadat in de toekomst met betrekking tot hun vakantiehuis een huurovereenkomst wordt gesloten volledig en naar waarheid aan [gedaagde sub 4] opgave te doen van: de naam en woonplaats van de hoofdboeker of hoofdverblijver, de aankomst- en vertrekdag, het aantal personen en eventueel het kenteken van de auto die aanvullende toegang tot het park moet krijgen,
4.4.
veroordeelt de eigenaar van de vakantiewoning waarvoor niet aan de hoofdveroordeling onder 4.3 wordt voldaan (en als er twee eisers gezamenlijk eigenaar zijn: deze eisers gezamenlijk), om aan [gedaagde sub 4] een dwangsom te betalen van € 5.000,00 per overtreding, tot een maximum van € 50.000,00 per vakantiehuis is bereikt,
4.5.
veroordeelt [eisers] in de proceskosten van € 553,50,
zowel in conventie als in reconventie
4.6.
veroordeelt [eisers] tot betaling van € 278,00 aan nakosten, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als [eisers] niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
4.7.
veroordeelt [eisers] tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten (waaronder de nakosten) als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
4.8.
verklaart dit vonnis wat betreft de onder 4.2 tot en met 4.7 genoemde veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad,
4.9.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. K.G.F. van der Kraats en in het openbaar uitgesproken op 29 januari 2025 door mr. J.R. Hurenkamp.
JO/4972

Voetnoten

1.Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens.
2.Volgens [gedaagden] is zij daartoe verplicht op grond van artikel 438 Wetboek van Strafrecht en 2:37 Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Sluis.