9.De beslissing
- heropent en schorst het onderzoek ter terechtzitting;
- beveelt dat het onderzoek ter terechtzitting zal worden hervat op de terechtzitting van
16 januari 2026 om 15.00 uur, wegens de klemmende reden dat genoemd nader onderzoek niet binnen één maand zal zijn voltooid;
- beveelt de oproeping van de verdachte tegen voornoemd tijdstip;
- beveelt de kennisgeving van de dag en het tijdstip van de hierboven genoemde terechtzitting aan de raadsvrouw van de verdachte;
- beveelt de kennisgeving van de dag en het tijdstip van de hierboven genoemde terechtzitting aan de benadeelde partij [slachtoffer] en zijn advocaat mr. E.J.M.J. Damen;
- beveelt de oproeping als deskundige tegen de dag en het tijdstip van de hierboven genoemde terechtzitting van:
- mevrouw L. de Lange, reclasseringswerker van Verslavingsreclassering GGZ Tactus;
- mevrouw [klinisch psycholoog] , klinisch psycholoog.
opdracht opmaken maatregelenrapportage
- beveelt de officier van justitie dat over verdachte een nader advies wordt uitgebracht door Reclassering Nederland over de haalbaarheid van een maatregel van terbeschikkingstelling met voorwaarden en daartoe een maatregelenrapport op te stellen, welk advies
uiterlijk op 2 januari 2026aan de rechtbank dient te worden toegezonden;
- stelt de stukken in handen van de officier van justitie om te bevorderen dat dit zo spoedig mogelijk wordt gedaan;
reserveren beschikbare tijd
- bepaalt dat voor de behandeling van de zaak op de volgende zitting 90 minuten dienen te worden uitgetrokken.
Dit vonnis is gewezen door mr. L.R.H. Koekoek, voorzitter, mr. O. Böhmer en mr. S.D. Groen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.C. van Grinsven, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 31 oktober 2025.
Bijlage I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is na wijziging van de tenlastelegging op de zitting van 17 oktober 2025 ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 13 januari 2025 te Amersfoort ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer] opzettelijk van het leven te beroven, deze [slachtoffer] (met kracht) heeft geslagen met een metalen (steiger)pijp/buis althans een hard voorwerp, op/tegen het gezicht/hoofd van deze [slachtoffer] , terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 13 januari 2025 te Amersfoort aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten letsel in het aangezicht, heeft toegebracht door (met kracht) te slaan met een metalen (steiger)pijp/buis althans een hard voorwerp, op/tegen het gezicht/hoofd van deze [slachtoffer] ;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 13 januari 2025 te Amersfoort ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, deze [slachtoffer] (met kracht) heeft geslagen met een metalen (steiger)pijp/buis althans een hard voorwerp, op/tegen het gezicht/hoofd van deze [slachtoffer] , terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Bijlage II: Bewijsmiddelen
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Midden-Nederland, district Oost-Utrecht, Amersfoort, met proces-verbaalnummer PL0900-2025012827, te weten:
- het proces-verbaal van voorgeleiding, doorgenummerd pagina 1 tot en met 76 (hierna: PV VGL) en
- het proces-verbaal ten behoeve van de raadkamer II, doorgenummerd pagina 1 tot en met 7 (hierna: PV RDK II).
Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, opgemaakt proces-verbaal.
De rechtbank gebruikt de volgende bewijsmiddelen:
1.
Een proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , van 14 januari 2025, voor zover inhoudende (p. 6 PV VGL):
Op 13 januari 2025 omstreeks 13:00 uur zag ik [verdachte] met een steigerpijp in zijn hand uit de portiek van [A] flat aan de [straat] in Amersfoort kwam lopen. Ik liep vervolgens de portiek binnen. Ik liep naar de trap en zag daar [getuige 1] staan. Ik hoorde dat [verdachte] achter mij aan liep naar de trap. Ik wilde de trap op lopen en vervolgens voelde ik dat ik van achteren werd geraakt met een ijzeren voorwerp. Ik heb nu heel veel pijn, mijn hoofd zit onder het bloed, ik heb hechtingen in mijn voorhoofd.
2.
Een proces-verbaal van verhoor van de getuige [getuige 1] van 14 januari 2025, voor zover inhoudende (p. 20 en 21 PV VGL):
Op 13 januari 2025 zag ik dat [verdachte] een ijzeren pijp vast had en dat hij naar beneden liep, naar de portiekdeur. Ik zag dat [verdachte] met beide handen de pijp naar achteren bracht en dat hij uithaalde en dat hij [slachtoffer] met de pijp op zijn achterhoofd raakte. Ik zag dat [slachtoffer] zich omdraaide. Ik zag dat [verdachte] opnieuw uithaalde en dat hij [slachtoffer] nog een keer raakte op zijn rechtervoorhoofd. Ik zag dat [slachtoffer] op de grond viel en hoorde dat hij ontzettend hard begon te huilen. Ik zag dat het bloed uit zijn hoofd kwam.
3.
Een proces-verbaal van bevindingen ( van 14 januari 2025, voor zover inhoudende (p. 32 PV VGL):
Ik hoorde [A] zeggen dat hij zijn beveiligingsbeelden aan ons wilde geven. Hij stuurde mij twee filmpjes. In het eerste filmpje komt een man op een fatbike aanfietsen. Volgens [A] is dit [slachtoffer] . In het tweede filmpje zijn drie personen te zien. Een vrouw met rood haar, een man met een petje en een grijskleurige buis en een man die een cilindervormig voorwerp uit een geparkeerde BMW haalt. Volgens [A] is de vrouw [getuige 1] , zijn vriendin. De man met de grijskleurige buis betreft [verdachte] en de derde man betreft [A] .
4.
Een proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden) van 15 januari 2025, voor zover inhoudende (p. 35 tot en met 44 PV VGL):
Op maandag 13 januari 2025 omstreeks 13.00 uur vond een zware mishandeling plaats op de [straat] te Amersfoort. Op de [adres] was ten tijde van de zware mishandeling een beveiligingscamera aanwezig. Ook waren de beelden voorzien van audio.
In totaal zijn op de beelden vier verschillende personen te zien:
Persoon 1 (rood omcirkeld), hierna te noemen: Slachtoffer [slachtoffer] .
Persoon 2 (blauw omcirkeld), hierna te noemen: verdachte [verdachte] .
Persoon 3 (groen omcirkeld), Hierna te noemen: getuige [A] .
Persoon 4 (geel omcirkeld), hierna te noemen: getuige [getuige 1] .
Op de beelden was een datum en tijdstip te zien. Alle genoemde tijdstippen vonden plaats op 13 januari 2025.
Still 1: 12.51.17 uur.
Ik zag dat slachtoffer [slachtoffer] aan kwam fietsen.
Still 2: 12.51.49 uur
Ik zag dat:
- verdachte [verdachte] (blauw) uit de portiek naar buiten liep;
- verdachte [verdachte] een metalen buis/pijp in zijn rechterhand vasthield;
- verdachte [verdachte] en slachtoffer [slachtoffer] (rood) met elkaar praatten.
Still 3: 12.52.42 uur
Ik zag dat verdachte [verdachte] de metalen pijp/buis horizontaal in de lucht hield/bracht.
Still 4: 12.52.43 uur
Ik zag dat verdachte [verdachte] de metalen pijp/buis met zijn rechterhand omhooghield.
Still 5: 12.52.45 uur
Ik zag dat:
- verdachte [verdachte] (blauw) de metalen pijp/buis in zijn rechterhand vasthield;
- getuige [A] in de richting van verdachte [verdachte] liep.
Ik hoorde op de achtergrond dat een vrouwenstem hard schreeuwde: “Hee, Hee”.
Still 7: 12.52.56 uur
Ik zag dat:
- verdachte [verdachte] in zijn rechterhand de metalen buis/pijp vasthield.
Ik hoorde dat er een man heel hard schreeuwde. Ik hoorde dat het geen woorden waren wat de man schreeuwde, maar dat het letterlijk een soort onverstaanbare schreeuw/kreet was.
5.
De eigen waarneming van de rechtbank, gedaan op de zitting van 17 oktober 2025, te weten:
Als bijlage 3 bij de vordering van de benadeelde partij van 11 juli 2025 zijn een aantal foto’s gevoegd van het huidige letsel en litteken van [slachtoffer] . Daarop is te zien dat het slachtoffer boven zijn rechterwenkbrauw een witgekleurd litteken heeft, van ongeveer vijf centimeter lang, dat ligt verzonken in de huid.