Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
hierna: [verdachte] .
1.Zitting
- [verdachte] ;
- de officier van justitie: mr. L.A. Lepoutre;
- de advocaat van [verdachte] : mr. F. Tosun;
- de moeder van [verdachte] : mw. A.N.I. Mahbob;
- de advocaat van de benadeelde partijen: mr. J. Faber;
- de deskundige van de Raad voor de Kinderbescherming: mw. [A] ;
- de deskundige van De Jeugd- & Gezinsbeschermers: mw. [B] .
2.Tenlastelegging
feit 2[slachtoffer 3] heeft bedreigd met de dood of zware mishandeling door een vuurwapen op hem te richten;
feit 3een vuurwapen (een omgebouwd pistool) voorhanden had.
3.Bewijs
- die [slachtoffer 1] tegen het hoofd te slaan,
- die [slachtoffer 1] de woorden toe te voegen "kankerhorloge, kankerhorloge", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,
- die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] een vuurwapen te tonen,
- een vuurwapen op die [slachtoffer 1] te richten,
- die [slachtoffer 1] meerdere malen met zijn, verdachtes, hand en met een vuurwapen tegen het hoofd en het lichaam te slaan,
- met zijn arm de nek/keel van die [slachtoffer 2] vast te houden en hierbij een vuurwapen op het hoofd van die [slachtoffer 2] te richten, en
- die [slachtoffer 1] de woorden toe te voegen "geef mij het horloge, geef mij het horloge" en “geef mij dat kankerhorloge of ik doe je vrouw wat aan", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
4.Kwalificatie en strafbaarheid
5.Straf
6.Vordering benadeelde partijen
7.Toegepaste wetsartikelen
8. De beslissing
jeugddetentie van 180 dagen;
een gedeelte van 132 dagen, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzijde rechter later anders gelast op grond van het feit dat [verdachte] de hierna te melden algemene en bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
een proeftijd van twee (2) jarenvast;
dadelijk uitvoerbaarzijn;
taakstrafin de vorm van een werkstraf van
60 uur;
- wijst de vordering van [slachtoffer 1] toetot een bedrag van in totaal
€ 2.537,54, bestaande uit € 37,54 aan materiële schade en € 2.500,00 aan immateriële schade; - veroordeelt [verdachte] tot betaling aan [slachtoffer 1] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 december 2024 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart [slachtoffer 1] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering;
- veroordeelt [verdachte] ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt [verdachte] de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 1] aan de Staat € 2.537,54 te betalen, bestaande uit € 37,54 aan materiële schade en € 2.500,00 aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 december 2024 tot de dag van volledige betaling. De rechtbank bepaalt dat bij niet betalen géén gijzeling kan worden toegepast;
- bepaalt dat [verdachte] van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- wijst de vordering van [slachtoffer 2] toetot een bedrag van
€ 2.500,00aan immateriële schade; - veroordeelt [verdachte] tot betaling aan [slachtoffer 2] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 december 2024 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart [slachtoffer 2] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering;
- veroordeelt [verdachte] ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt [verdachte] de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 2] aan de Staat € 2.500,00 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 december 2024 tot de dag van volledige betaling. De rechtbank bepaalt dat bij niet betalen géén gijzeling kan worden toegepast;
- bepaalt dat [verdachte] van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- verklaart [C] en [slachtoffer 3] niet-ontvankelijkin hun vordering;
- veroordeelt de benadeelde partijen in de kosten door [verdachte] gemaakt ten behoeve van het verweer tegen hun vordering, tot op heden begroot op nihil;
hij op of omstreeks 10 december 2024 te Montfoort, althans in Nederland, op de openbare weg, op de [locatie] , met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van een horloge, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan die [slachtoffer 1] en/of een derde toebehoorde(n), door
- die [slachtoffer 1] tegen het hoofd te slaan,
- die [slachtoffer 1] de woorden toe te voegen "kankerhorloge, kankerhorloge", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,
- die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, te tonen,
- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, op die [slachtoffer 1] te richten,
- die [slachtoffer 1] meerdere malen met zijn, verdachtes, hand en/of met een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, tegen het hoofd en/of het lichaam, te slaan,
- met zijn arm de nek/keel van die [slachtoffer 2] vast te houden en/of (hierbij) een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, op het hoofd van die [slachtoffer 2] te richten/duwen, en/of
- die [slachtoffer 1] de woorden toe te voegen "geef mij het horloge, geef mij het horloge" en/of “geef mij dat kankerhorloge of ik doe je vrouw wat aan", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op of omstreeks 10 december 2024 te Montfoort, althans in Nederland, [slachtoffer 3] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door
- die [slachtoffer 3] een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, te tonen, en/of
- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, op die [slachtoffer 3] te richten;
hij op of omstreeks 10 december 2024 te Montfoort, althans in Nederland, een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een omgebouwd pistool van het merk Blow, model TR92K, kaliber 9mm P.A.K., zijnde een vuurwapen in de vorm van een geweer, revolver en/of pistool voorhanden heeft gehad.