Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie met producties 1 tot en met 6,
- de brief waarin is meegedeeld dat een mondelinge behandeling is bepaald,
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak, behandeld door de Kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland, gaat het om een huurgeschil tussen [eiser] en [gedaagde] over de afrekening van service- en verwarmingskosten voor een huurperiode van 1 april 2023 tot 1 februari 2025. [gedaagde] heeft bezwaar gemaakt tegen de afrekening en de huurcommissie heeft op 6 februari 2025 uitspraak gedaan. [eiser] is het niet eens met deze uitspraak en heeft de kantonrechter verzocht om een beslissing. In het tussenvonnis oordeelt de kantonrechter dat de verdeelsleutel voor de variabele kosten 1/11e is en voor de vaste kosten 1/13e. Tevens wordt vastgesteld dat 50% van de minimale Tegemoetkoming Blokaansluiting 2023 (TTB) in mindering moet worden gebracht op de kosten voor warmte en energie. De kantonrechter geeft een tussenbeslissing omdat [eiser] de bedragen in zijn dagvaarding onvoldoende heeft onderbouwd.
De procedure is gestart met een dagvaarding en heeft geleid tot een mondelinge behandeling op 26 augustus 2025. De kantonrechter heeft de zaak aangehouden voor verdere onderbouwing van de servicekosten door [eiser]. De beslissing in conventie en reconventie is aangehouden, en de zaak is verwezen naar de rolzitting van 15 oktober 2025 voor verdere behandeling. De uitspraak is gedaan op 17 september 2025.