Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Vonnis in de zaak van:
ZUYDERBORGH VASTGOED B.V.,gevestigd althans kantoorhoudende te Horn (gemeente Leudal),
Rechtbank Noord-Holland
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, is de vraag aan de orde of de gedaagde aansprakelijk is voor de schade aan een glazen deur van een winkelpand. De eisende partij, Zuyderborgh Vastgoed B.V., heeft een vordering ingesteld tegen de gedaagde, die in persoon procedeerde. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 4 juli 2012, toen de gedaagde, terwijl hij de weg vroeg, tegen een gesloten glazen deur aanliep, wat resulteerde in zowel lichamelijk letsel als schade aan de deur.
Zuyderborgh Vastgoed vorderde een schadevergoeding van € 2.153,90, vermeerderd met rente en kosten, en stelde dat de gedaagde aansprakelijk was voor de schade omdat hij tegen de deur was aangelopen. De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat de esthetische uitstraling van de entree van het winkelpand, die bijdraagt aan het risico op ongelukken, niet automatisch leidt tot aansprakelijkheid van de gedaagde. De rechter concludeerde dat er onvoldoende bijzondere omstandigheden waren die de aansprakelijkheid van de gedaagde konden rechtvaardigen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de entree van het winkelpand een glazen pui met twee openslaande deuren omvatte, waarvan er op het moment van het ongeval één open en één gesloten was. De rechter oordeelde dat, hoewel de gedaagde mogelijk gehaast was, dit op zichzelf niet voldoende was om hem aansprakelijk te stellen voor de schade aan de deur. De vordering van Zuyderborgh Vastgoed werd dan ook afgewezen, en de eisende partij werd veroordeeld in de proceskosten.
Dit vonnis, uitgesproken op 13 november 2013, benadrukt de noodzaak van bijzondere omstandigheden voor het vaststellen van aansprakelijkheid in gevallen van ongevallen die voortvloeien uit de inrichting van een winkelpand.