In deze zaak vorderde de stichting Ymere, een woningcorporatie, de ontruiming van een huurwoning van een man met psychische en persoonlijkheidsproblematiek, die ook diabetes heeft. De huurder, die onder curatele staat, heeft een complexe achtergrond met een geschiedenis van huurachterstanden en problemen met de gemeente en zorginstanties. Ymere had eerder een gebruiksovereenkomst met de huurder, maar deze was opgezegd. De voorzieningenrechter moest beoordelen of de ontruiming gerechtvaardigd was, gezien de kwetsbare situatie van de huurder en het feit dat er geen alternatieve huisvesting beschikbaar was die voldeed aan zijn zorgbehoeften. De rechter oordeelde dat de ontruiming een vergaande maatregel is die diep ingrijpt in het woonrecht van de huurder. De voorzieningenrechter wees de vordering van Ymere toe, maar onder de voorwaarde dat de huurder begeleid zou worden naar alternatieve huisvesting die aansluit bij zijn behoeften, zoals voldoende toezicht, eigen leefruimte en de mogelijkheid om zijn hond te houden. De rechter benadrukte dat de verantwoordelijkheid voor de huisvesting van de huurder niet primair bij Ymere ligt, maar dat er wel een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van de betrokken instanties om tot een oplossing te komen. De uitspraak benadrukt de noodzaak van zorgvuldigheid bij ontruimingen van kwetsbare huurders.