Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Vonnis in de zaak van:
de stichting Woningstichting Van Alckmaer voor Wonen te Alkmaar
[naam], te [woonplaats]
Het procesverloop
De vaststaande feiten
Het geschil
De beoordeling
Daarna zijn door de deurwaarder ook aanzienlijke kosten gemaakt in het kader van de executie van het verstekvonnis, terwijl [huurder] tegelijkertijd betalingen aan de deurwaarder deed, bijvoorbeeld van € 2.000, - op 21 maart 2013. Deze had de deurwaarder, om onnodige kosten te voorkomen, ook kunnen afboeken op het dossier met betrekking tot het verstekvonnis.
Daarnaast heeft [huurder] aangevoerd dat hij als zelfstandig ondernemer slechte financiële tijden achter de rug heeft, doch op dit moment voldoende opdrachten in de portefeuille heeft om de lopende huurtermijnen tijdig te betalen en de huidige achterstand op korte termijn in te lopen.
De deurwaarder heeft aangegeven dat de betalingen zijn afgeboekt op het onderhavige dossier, omdat het betreffende nummer bij de betaling was vermeld.
De kantonrechter overweegt dat deze wijze van afboeken door de deurwaarder in overeenstemming is met artikel 43 van boek 6 BW. Daarnaast geldt dat een schuldeiser in beginsel voor elke opeisbare vordering incassohandelingen mag verrichten en voor de kosten die hij daarbij maakt een vergoeding aan de schuldenaar kan vragen. De schuldeiser is daarbij wel verplicht de schade die hij lijdt overeenkomstig art. 6:101 BW zoveel mogelijk te beperken. Het kan dus voorkomen dat het niet redelijk is dat hij met betrekking tot elke aparte opeisbare vordering incassokosten in rekening brengt maar dat hij de incassohandelingen voor de verschillende vorderingen moet combineren als deze alle tegelijkertijd opeisbaar zijn, waardoor ook niet voor elke (deel)vordering apart incassokosten in rekening kunnen worden gebracht (Kamerstukken Eerste Kamer 2011-2012, 32 418, nr. E, par. 4). In de onderhavige zaak heeft de deurwaarder een tweede dossier geopend dat in de tijd direct volgt op het dossier dat liep tot 3 oktober 2012. Naar het oordeel van de kantonrechter kan een en ander geen invloed hebben op de vordering tot ontbinding, zoals [huurder] aanvoert, doch leidt het verweer van [huurder] tegen deze achtergrond er wel toe dat de kantonrechter in de onderhavige zaak de vordering met betrekking tot de buitengerechtelijke incassokosten zal afwijzen. De gevorderde rente is wel toewijsbaar, nu daartegen geen verweer is gevoerd.
De beslissing
in dat gevalom het perceel [adres] te ontruimen, te verlaten met alle zich daarin en/of daarop bevindende personen en/of zaken -voor zover deze laatste niet het eigendom van Van Alckmaer zijn- en onder overgave der sleutels ter vrije beschikking van Van Alckmaer te stellen.