Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
VONNIS VAN DE KANTONRECHTER
De procedure
De feiten
“De arbeidsovereenkomst wordt aangegaan:- voor onbepaalde tijd zonder proeftijd of- voor bepaalde tijd voor de duur van drie jaar en drie maanden.”
“Mr. [eiseres] is momenteel nog arbeidsongeschikt. Morgen zal de Arbodienst hierover verdere uitspraken doen. Zolang zij echter arbeidsongeschikt is, kan zij haar werkzaamheden niet hervatten. Dit is eerst aan de orde indien zij arbeidsgeschikt zal worden verklaard en kan wellicht ook een onderwerp zijn voor mediation, het lijkt mij namelijk niet wenselijk dat mr. [eiseres] zonder dat er nog nader tussen partijen gesproken is, met onmiddellijke ingang (los van haar ziekte) de werkzaamheden zal hervatten. Eerst zal er toch nader gepraat moeten worden.”
“Voorts heb jij op 06/02/’12 gemeld de werkzaamheden niet te hervatten. Ik heb de Arboarts vervolgens om advies gevraagd. Hij heeft mij op 07/02/’12 medegedeeld dat er geen reden is om het advies van 23/01/’12 te wijzigen. Dat betekent dat jij m.i.v. 06/02/’12 je werk dient te hervatten. Ik heb je dat gemeld op 07/02/ 12, maar jij hebt gemeld dat niet te doen. In mijn visie is er geen goede reden om het werk niet te hervatten vanaf 06/02/’12.(…) Ik ga ervan uit dat jij niet verhinderd bent om ten gevolge van ziekte de arbeid te verrichten.
“Derhalve kan van uw werkgever niet meer gevergd worden de arbeidsovereenkomst te continueren, omdat u langdurig en stelselmatig weigert u werkzaamheden te verrichten, waarvan na 06/03/’12 is gebleken dat daar geen goede medische reden voor was. Het drie keer weigeren deel te nemen aan een mediationgesprek, te houden op 10/2 resp. 24/2 resp.09/03/’12, waarna de mediator de werkzaamheden heeft beëindigd, is tevens reden om de arbeidsovereenkomst op te zeggen.”
De vordering
Haar loon had moeten worden berekend en betaald op basis van het tarief voor een 3e jaars stagiaire. Ook komt haar nog pensioenpremie toe; zij heeft immers niet minder recht daarop dan de andere stagiaires bij [XXX en YYY].
De beoordeling
“…(omdat) u langdurig en stelselmatig weigert u werkzaamheden te verrichten, waarvan na 06/03/’12 is gebleken dat daar geen goede medische reden voor was. Het drie keer weigeren deel te nemen aan een mediationgesprek, te houden op 10/2 resp. 24/2 resp.09/03/’12, waarna de mediator de werkzaamheden heeft beëindigd, is tevens reden om de arbeidsovereenkomst op te zeggen.”
“er geen overeenstemming te bereiken is over de samenstelling van de deelnemers aan het gezamenlijk gesprek”wordt door de mediator niet gerelateerd aan de opstelling van [eiseres]. Nog afgezien van het feit dat [eiseres] niet zonder meer de mediation heeft afgezegd, maar pas nadat door haar advocaat een inhoudelijke discussie was opgestart over de deelnemers aan de mediation én de concept-mediation overeenkomst aanvankelijk [ZZZ] vermeldde als participant, en pas daarna[AAA], heeft [eiseres] alleen de laatste mediationafspraak afgezegd; eerder is slechts sprake geweest van verzetten.
Ook deze reden kan derhalve noch afzonderlijk, noch samen met de andere reden, het ontslag op staande voet dragen.
Partijen hebben een arbeidsovereenkomst gesloten voor bepaalde tijd, voor de duur van de stage. In de overeenkomst is geen mogelijkheid opgenomen om tussentijds op te zeggen. Wel is opgenomen dat beide partijen zich verbinden om zich ten opzichte van elkaar te houden aan de bepalingen van de Advocatenwet en alle op grond van die wet vastgestelde verordeningen. Ook is in de overeenkomst opgenomen dat beide partijen bekend zijn en akkoord gaan met de landelijke Richtlijn arbeidsvoorwaarden stagiaire.
De kantonrechter gaat er daarom van uit dat overeenkomstig art. 8 van die Richtlijn de stage 39 maanden duurt. Voor een andere uitleg zoals door [XXX] &[AAA] bepleit, namelijk dat sprake zou zijn van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd omdat het einde van de bepaalde tijd niet objectief bepaalbaar zou zijn, biedt noch de tekst van de overeenkomst, noch een uitleg overeenkomstig het Haviltex arrest aanknopingspunten. Nu de overeenkomst door [XXX en YYY] ruim voor de afloop van die periode is opgezegd, komt [eiseres] een gefixeerde schadevergoeding wegens onregelmatig ontslag toe, vermeerderd met de wettelijke rente daarover.
[eiseres] heeft in haar vordering onder 4 achterstallig loon gevorderd en daarbij als uitgangspunt genomen dat haar een loon toekwam op basis van het geldende tarief voor 3e jaars stagiaires. [XXX en YYY] heeft deze vordering gemotiveerd betwist.
In de arbeidsovereenkomst staat als bruto maandsalaris vermeld € 2.345,00 op basis van 40 uur per week. Dat kwam overeen met het toen geldende tarief voor 2e jaars stagiairs. [eiseres] heeft haar stelling dat haar in het 2e jaar van haar dienstverband het loon naar het taief voor een 3e jaars stagiair toekwam, tegenover de betwisting door [XXX en YYY] onvoldoende onderbouwd, zodat uit moet worden gegaan van het 2e jaars-tarief, ook voor de berekening van de schadevergoeding.
Aangezien [XXX en YYY] heeft gesteld dat het loon tot en met 9 maart 2012 aan [eiseres] is betaald en [eiseres] dat niet gemotiveerd heeft betwist, zal van de juistheid van die stelling wordt uitgegaan. [eiseres] komt dus 18 x het laatstverdiende loon ad € 2.383,00 = € 42.894,00 toe. Voor het overige wordt die vordering afgewezen.