ECLI:NL:RBNHO:2013:BZ6724
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.J.P. Veenhof
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van bewindvoerder voor kosten van herbegraven na niet-conforme uitvaart
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 13 maart 2013 uitspraak gedaan over de aansprakelijkheid van de bewindvoerder, CAV, voor de kosten van herbegraven van de overledene, [XXX]. De eiser, handelend als executeur testamentair, stelde dat de overledene niet conform zijn testamentair geuite wens was begraven. Het testament, opgesteld op 31 oktober 1984, bevatte specifieke wensen van de overledene met betrekking tot zijn uitvaart en begrafenis. De overledene was op 8 september 2008 overleden en was op 12 september 2008 op een andere locatie begraven dan gewenst.
De eiser vorderde dat de kantonrechter zou verklaren dat CAV tekort was geschoten in haar verplichtingen als bewindvoerder en dat zij aansprakelijk was voor de kosten van herbegraven, die tussen de €3.000,00 en €3.500,00 zouden liggen. CAV betwistte de vordering en stelde dat haar taken als bewindvoerder eindigden bij het overlijden van de rechthebbende. De kantonrechter oordeelde echter dat CAV, ondanks het overlijden van de overledene, nog steeds verantwoordelijk was voor het zorgdragen voor de uitvaart conform de wensen van de overledene. De kantonrechter concludeerde dat CAV tekort was geschoten in haar zorgplicht door de wens van de overledene niet te communiceren aan de Hartekamp Groep, die de uitvaart had geregeld.
De kantonrechter verklaarde voor recht dat CAV tekort was geschoten in haar verplichtingen en dat de kosten van herbegraven het gevolg waren van deze tekortkoming. De zaak werd aangehouden voor verdere behandeling van de kosten, waarbij de eiser in de gelegenheid werd gesteld om de schade te concretiseren. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van bewindvoerders, zelfs na het overlijden van de rechthebbende, en de noodzaak om de wensen van de overledene te respecteren.