ECLI:NL:RBNHO:2013:CA1030
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - meervoudig
- C.M. Cichowski-van der Kleijn
- M.J. Kronenberg
- J.A.M. Jansen
- Rechtspraak.nl
Opzettelijke invoer van cocaïne te Schiphol met gevangenisstraf als gevolg
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 8 januari 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan de opzettelijke invoer van 613,1 gram cocaïne. De verdachte heeft deze hoeveelheid op 30 oktober 2012 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, binnen het grondgebied van Nederland gebracht. De rechtbank heeft vastgesteld dat cocaïne een schadelijke stof is en dat de ingevoerde hoeveelheid bestemd moet zijn geweest voor verdere verspreiding en handel. De rechtbank heeft de ernst van het feit en de maatschappelijke gevolgen van de handel in cocaïne in overweging genomen.
De officier van justitie had een gevangenisstraf van zes maanden geëist, en de rechtbank heeft deze eis gevolgd. De rechtbank oordeelde dat er geen redenen waren om af te wijken van de eis van de officier van justitie, noch in de omstandigheden van de zaak, noch in de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De rechtbank heeft het verzoek van de raadsman om een deels voorwaardelijke straf op te leggen afgewezen. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes maanden, met aftrek van de tijd die hij in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie en de verklaringen van de verdachte en zijn raadsman in overweging genomen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De rechtbank heeft de bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit op basis van de bekennende verklaring van de verdachte en andere bewijsmiddelen, zoals proces-verbaal van aanhouding en deskundigenrapporten, vastgesteld. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het bewezenverklaarde feit strafbaar is en dat de verdachte strafbaar is.