Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
VONNIS VAN DE KANTONRECHTER
[de passagier]
de buitenlandse vennootschap Public Limited Company (Verenigd Koninkrijk)
Het verloop van de procedure
De feiten
De vordering
- € 600,--, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 april 2012;
- € 181,50 aan buitengerechtelijke incassokosten vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
25 april 2012 en de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 14 dagen na datum vonnis.
artikel 7 van de Verordening tot een bedrag van € 600,--. Omdat British Airways geen compensatie heeft betaald, is zij ook de wettelijke rente daarover en de door de passagier gemaakte buitengerechtelijke kosten met rente verschuldigd.
Het verweer
25 april 2012. Uit deze documenten blijkt volgens haar dat de onderhavige vlucht niet volgens het oorspronkelijk vluchtplan kon worden uitgevoerd en dat de vertraging van deze vlucht is veroorzaakt door zware wind (windschering) en zware regenbuien, waardoor de luchtverkeersleiding uit veiligheidsoverwegingen op die dag restricties voor inkomend en uitgaand verkeer heeft opgelegd. Een van de twee landingsbanen op de luchthaven Heathrow is zelfs enige tijd dicht geweest. Het gevolg hiervan was ook dat congestie heeft plaatsgevonden waardoor de ’groundhandling’ werd bemoeilijkt en ook andere vluchten vertraging hebben opgelopen. Slechte weersomstandigheden en beslissingen van de luchtverkeersleiding zijn op grond van overweging 14 respectievelijk 15 van de Verordening, het voorstel van de Commissie tot aanpassing van de Verordening en de
De beoordeling
25 april 2012 niet door een buitengewone omstandigheid in de zin van de Verordening langdurig is vertraagd.
artikel 6:119 Burgerlijk Wetboek (BW) over de gevorderde forfaitaire schadevergoeding is toewijsbaar vanaf de datum van de vlucht. Een abstracte berekening van de schadevergoeding leidt immers tot opeisbaarheid op het ogenblik waarop het schadetoebrengende feit zich heeft voorgedaan (MvA II, Parl. Gesch. 6,
British Airways heeft deze vordering (gemotiveerd) betwist. Gebleken is dat de door
(de gemachtigde van) de passagier verrichte werkzaamheden meer hebben omvat dan de verzending van een (eventueel herhaalde) aanmaning, het doen van een schikkings-voorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier. Daaraan doet niet af dat de gemachtigde gebruik maakt van gestandaardiseerde of geautomatiseerde brieven. De vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten zal daarom worden toegewezen tot € 178,50 overeenkomstig de staffel in het rapport Voorwerk II. De gevorderde rente over de buitengerechtelijke kosten is eveneens toewijsbaar, met dien verstande dat de wettelijke rente wordt toegewezen vanaf de dag van de dagvaarding, omdat niet is gesteld wanneer het verzuim van British Airways is ingetreden.
De gevorderde rente over de proceskosten zal evenwel worden toegewezen met ingang van de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis.
De beslissing
vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis;