Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
2.Voorvragen
3.InleidingOp 28 maart 2013 heeft er een woningoverval op[adres 1] te Heerhugowaard plaatsgevonden. De bewoners, een echtpaar en hun twee jonge kinderen van 8 en 12 jaar oud, zijn door drie daders bedreigd met onder meer een vuurwapen. Zij zijn door de daders vastgebonden met tie-wraps. Er zijn diverse goederen gestolen, waaronder sieraden en een portemonnee. De daders zijn er vandoor gegaan in de Audi A6 van de slachtoffers, met behulp van de uit de woning weggenomen sleutels.
5.Bewijs
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 6 februari 2014 afgelegd;
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte door[slachtoffer 1] d.d. 31 mei 2013 (dossierpagina’s C1 68-72);
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 2] d.d. 31 mei 2013 (dossierpagina’s C2 411-414) en
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor van [medeverdachte 3] d.d. 11 juni 2013 (dossierpagina’s A 178-181 en 184-189).
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 6 februari 2014 afgelegd;
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aanhouding door het AOT d.d. 31 mei 2013 (dossierpagina A 218);
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen d.d. 1 juli 2013 (dossierpagina C2 491);
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van hulsvergelijkend onderzoek d.d. 14 augustus 2013 (dossierpagina C2 497) en
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van ontladen vuurwapen d.d. 4 december 2013 (dossierpagina C4 559).
6.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
7.Strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de sanctie
9.Overige beslissing omtrent in beslag genomen en niet teruggegeven voorwerpen
10.Vorderingen benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
kosten vervangend personeel(€ 2.160,-, exclusief btw) zijn voldoende onderbouwd en toewijsbaar.
eigen risico inventarisverzekering(€ 227,-) dat de inboedelverzekeraar van het slachtoffer op de uitkering in mindering heeft gebracht is onderbouwd en toewijsbaar.
eigen risicovan de ziektekostenverzekering van € 310,- werd op de vergoedingen in mindering gebracht en is als schade toewijsbaar. Bovendien heeft het slachtoffer kosten gemaakt, die bestaan uit niet vergoede
eigen bijdragenvoor de behandelingen door de psycholoog. Deze kosten bedragen € 20,- per behandelcontact en het slachtoffer had 12 behandelcontacten. Het totaalbedrag van € 240,- is daarom eveneens toewijsbaar.
immateriële schadehoudt de rechtbank rekening met de volgende factoren:
- de overval vond midden in de nacht plaats, waarbij het slachtoffer en zijn vrouw in hun slaapkamer met een mes en een pistool bedreigd werden;
- het feit heeft op het slachtoffer grote emotionele indruk gemaakt en maakt dat nog steeds, getuige zijn schriftelijke slachtofferverklaring;
- het slachtoffer heeft zich ter behandeling van zijn psychisch letsel onder behandeling van een psycholoog moeten stellen en heeft een EMDR-therapie gevolgd.
eigen risicovan de ziektekostenverzekering van € 310,- werd op de vergoedingen in mindering gebracht en is als schade toewijsbaar. Bovendien heeft het slachtoffer kosten gemaakt, die bestaan uit niet vergoede
eigen bijdragenvoor de behandelingen door de psycholoog. Deze kosten bedragen € 20,- per behandelcontact en het slachtoffer had 7 behandelcontacten. Het totaalbedrag van € 140,- is daarom eveneens toewijsbaar.
immateriële schadehoudt de rechtbank rekening met de volgende factoren:
- de overval vond midden in de nacht plaats, waarbij het slachtoffer en zijn vrouw in hun slaapkamer met een mes en een pistool bedreigd werden;
- het feit heeft op het slachtoffer grote emotionele indruk gemaakt en maakt dat nog steeds, getuige haar schriftelijke slachtofferverklaring;
- het slachtoffer heeft zich ter behandeling van haar psychisch letsel onder behandeling van een psycholoog moeten stellen en heeft een EMDR-therapie gevolgd.
11.Toepasselijke wettelijke voorschriften
12.Beslissing
VIER (4) JAREN EN ZES (6) MAANDEN;
[slachtoffer 3]niet-ontvankelijk in de vordering;
[slachtoffer 4]niet-ontvankelijk in de vordering;
[slachtoffer 5] (wettelijke vertegenwoordiger [slachtoffer 4])niet-ontvankelijk in de vordering;
[slachtoffer 6] (wettelijke vertegenwoordiger[slachtoffer 3])niet-ontvankelijk in de vordering;
[slachtoffer 1]geleden schade tot een bedrag van
€ 5.337,- (vijfduizend driehonderdzevenendertig euro), bestaande uit € 2.937,- materiële en € 2.400,- immateriële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 31 mei 2013 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 1], voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;
[slachtoffer 1]de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van
€ 5.337,-, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 31 mei 2013 tot aan de dag der algehele voldoening, bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
eenenzestig (61) dagenhechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;
[slachtoffer 2]geleden schade tot een bedrag van
€ 2.850,- (tweeduizend achthonderdvijftig euro), bestaande uit € 450,- materiële en € 2.400,- immateriële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 31 mei 2013 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 2], voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;
€ 2.850,-, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 31 mei 2013 tot aan de dag der algehele voldoening, bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
achtendertig (38) dagenhechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;