ECLI:NL:RBNHO:2014:2034
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- L.J. Saarloos
- M.M.C. Rooijakkers
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van rechter in civiele procedure
Op 18 februari 2014 heeft verzoekster tijdens een zitting de wraking van de rechter, mr. T.M. van Wassenaer, verzocht in een aanhangige civiele zaak bij de Rechtbank Noord-Holland. Verzoekster stelde dat de rechter geen autoriteit over haar had, omdat deze weigerde de eed te tonen die zou bewijzen dat zij een vertegenwoordiger uit het publieke domein was. De wrakingskamer heeft het verzoek tot wraking beoordeeld en vastgesteld dat een verzoek tot wraking gemotiveerd moet zijn. Dit houdt in dat de verzoekende partij feiten en omstandigheden moet aanvoeren die het vermoeden rechtvaardigen dat de rechter niet onpartijdig of onafhankelijk is. De enkele stelling van verzoekster voldeed niet aan deze eis.
De wrakingskamer heeft op basis van artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering geoordeeld dat de vrees voor partijdigheid objectief gerechtvaardigd moet zijn. De wrakingskamer heeft geconcludeerd dat het verzoek tot wraking niet voldoende gemotiveerd was en daarom kennelijk niet-ontvankelijk is. De wrakingskamer heeft besloten om het verzoek tot wraking buiten behandeling te stellen, in overeenstemming met het wrakingsprotocol van de rechtbank.
De beslissing is genomen door mr. L.J. Saarloos, plaatsvervangend voorzitter van de wrakingskamer, in aanwezigheid van mr. M.M.C. Rooijakkers, griffier, tijdens de openbare zitting op 19 februari 2014. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.