ECLI:NL:RBNHO:2014:2392
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Intrekking bijstandsuitkering wegens hennepplantage
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 13 februari 2014 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening van verzoekster, die haar bijstandsuitkering had zien intrekken door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Purmerend. De intrekking was gebaseerd op de ontdekking van een hennepplantage in de woning van verzoekster. Verweerder had de opbrengst van de hennepplantage geschat, omdat verzoekster deze niet had opgegeven. De voorzieningenrechter oordeelde dat het aan verzoekster was om aannemelijk te maken dat zij geen inkomsten had uit de hennepkwekerij, wat zij niet had gedaan. Het verzoek om voorlopige voorziening werd afgewezen, omdat het bezwaar van verzoekster tegen de intrekking van de uitkering geen redelijke kans van slagen had. De voorzieningenrechter stelde vast dat verzoekster de inlichtingenplicht had geschonden en dat er voldoende grond was voor de intrekking van de uitkering met terugwerkende kracht. De uitspraak benadrukte dat verzoekster geen verifieerbare gegevens had verstrekt over haar inkomsten en dat er geen aanleiding was om de uitkering te hervatten. Tegen deze uitspraak stond geen rechtsmiddel open.