Uitspraak
De rechtbank is van oordeel dat niet wettig en overtuigend is bewezen hetgeen verdachte onder primair na het tweede gedachtestreepje is ten laste is gelegd en dat zij daarvan moet worden vrijgesproken.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 7 april 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een moeder die haar éénjarige zoontje opzettelijk zwaar lichamelijk letsel heeft toegebracht door hem in te heet badwater te plaatsen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder, ondanks de pijnsignalen van het kind, hem in het hete water heeft gehouden, wat resulteerde in tweede- en derdegraads brandwonden en andere ernstige verwondingen. Het slachtoffer heeft langdurige medische behandelingen ondergaan, waaronder huidtransplantaties en een gedwongen besnijdenis. De rechtbank heeft de tenlastelegging van zware mishandeling bewezen verklaard en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 93 dagen, waarvan 90 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de psychische toestand van de verdachte, die lijdt aan een borderline persoonlijkheidsstoornis en zwakbegaafdheid, en heeft besloten dat een voorwaardelijke straf passend is, gezien de omstandigheden waaronder het feit is gepleegd en de persoon van de verdachte. De rechtbank heeft ook de noodzaak van reclasseringstoezicht en begeleiding benadrukt, om herhaling van dergelijk gedrag te voorkomen.