Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de meervoudige kamer van 6 juni 2014 in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wabo. Verweerder heeft niet onderkend dat de aanvraag om omgevingsvergunning ten onrechte niet voorzag in het verkrijgen van deze toestemming en heeft de aanvrager derhalve ten onrechte niet in de gelegenheid gesteld de aanvraag aan te vullen.
€ 112,48 (bestaande uit een bedrag van € 16,40 aan reiskosten en een bedrag van € 86,08 aan verletkosten).
Beslissing
mr. D.M. de Feijter, leden, in aanwezigheid van mr. P.C. van der Vlugt, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 6 juni 2014.