[gedaagden/eisers] vorderen dat de voorzieningenrechter bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
I. [eiser/verweerder], al dan niet in zijn hoedanigheid van mentor van [B.], en zijn
volledige gezin, verbiedt om op enigerlei wijze, schriftelijk dan wel mondeling, via welk medium of persoon dan ook, contact op te nemen met alle voormalige, huidige en toekomstige werkgevers van [gedaagden/eisers];
II. [eiser/verweerder], al dan niet in zijn hoedanigheid van mentor van [B.], en zijn volledige gezin, verbiedt om op enigerlei wijze via welk medium of welke persoon dan ook contact op te nemen en uitlatingen in de meeste ruime zin te doen over [gedaagden/eisers] aan enig openbaar medium, daaronder in ieder geval begrepen kranten, tijdschriften, boeken en het internet;
III. [eiser/verweerder], al dan niet in zijn hoedanigheid als mentor van [B.], en zijn
volledige gezin, verbiedt jegens derden, familieleden inbegrepen, direct dan wel door tussenkomst van derden via woord, beeld of geschrift beschuldigingen te uiten en/of verhalen te verspreiden over [gedaagden/eisers], bevattende dat [gedaagden/eisers] op enigerlei wijze geld van [B.] hebben afgenomen;
IV. bepaalt dat bij overtreding van één van de geboden onder A, B of C [eiser/verweerder] een dwangsom per overtreding per dag verbeurt ad € 50.000,- met een maximum van € 1.000.000;
V. [eiser/verweerder] in de proceskosten van [gedaagden/eisers] veroordeelt, waaronder begrepen de kosten van gemachtigde; een en ander te voldoen binnen veertien dagen na dagtekening van het vonnis, en – voor het geval voldoening van de kosten niet binnen de gestelde termijn plaatsvindt – te vermeerderen met wettelijke rente over de kosten te rekenen vanaf bedoelde termijn voor voldoening.