Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Vonnis in de zaak van:
Gemeente Hoorn, gevestigd en kantoorhoudende te Hoorn
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Gemeente Hoorn een vordering ingesteld tegen [gedaagde] voor betaling van energiekosten, die volgens de Gemeente Hoorn onterecht niet zijn voldaan. De vordering betreft een bedrag van € 1.674,31, inclusief rente en proceskosten. De Gemeente stelt dat [gedaagde] een factuur van € 1.391,36 voor stookkosten van januari tot medio april 2012 niet heeft betaald. De kantonrechter heeft de feiten vastgesteld, waarbij [gedaagde] een lokaal huurde van de Gemeente Hoorn voor opslag van piano's en vleugels van medio april 2011 tot medio april 2012. De huurovereenkomst bevatte een bedrag voor centrale verwarmingskosten, en [gedaagde] heeft voorschotten betaald.
De kantonrechter oordeelt dat de Gemeente Hoorn de grondslag van haar vordering niet heeft bewezen. De meterstanden die door de Gemeente zijn gepresenteerd, zijn niet voldoende onderbouwd, en er zijn geen meterstanden opgenomen na afloop van de huurovereenkomst. De kantonrechter wijst erop dat de Gemeente Hoorn niet heeft aangetoond dat [gedaagde] het lokaal als woonruimte heeft gebruikt, en dat de stelling dat [gedaagde] veel gas heeft verbruikt niet is onderbouwd. De kantonrechter concludeert dat de vordering van de Gemeente Hoorn niet kan worden toegewezen, en wijst de vordering af. De proceskosten worden voor rekening van de Gemeente Hoorn gesteld, die op nihil worden begroot aan de zijde van [gedaagde].