In deze zaak, die zich afspeelt in het kader van een kort geding, heeft de voorzieningenrechter zich gebogen over de vraag hoe het belang van eisers bij de spoedige nakoming van een mogelijk rechtsgeldige koopovereenkomst met betrekking tot een woning kan worden gediend, zonder dat het belang van gedaagde bij effectieve rechtsbescherming in het gedrang komt. Gedaagde was niet in staat om ter zitting te verschijnen, aangezien hij sinds 26 maart 2015 verblijft op de gesloten afdeling van de GGZ-instelling Dijk en Duin. De voorzieningenrechter heeft telefonisch contact gehad met zowel gedaagde als zijn behandelend psychiater om de situatie te bespreken.
Eisers hebben gedaagde in gebreke gesteld omdat hij geen toegang verleende tot de woning voor taxatie, wat noodzakelijk was voor de financiering van de koop. Gedaagde heeft de koopovereenkomst opgezegd en beweerde dat eisers in gebreke waren door geen waarborgsom te storten. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er geen aanwijzingen zijn dat gedaagde op korte termijn in staat zal zijn om zijn belangen adequaat te behartigen. Daarom heeft de voorzieningenrechter besloten om een provisioneel bewindvoerder te benoemen, die ook als dwangvertegenwoordiger zal optreden voor gedaagde.
De bewindvoerder krijgt de opdracht om te onderzoeken of er pleitbare gronden zijn voor gedaagde om zich tegen de levering van de woning te verzetten. Indien er geen gronden zijn, moet de bewindvoerder medewerking verlenen aan de leveringshandelingen. De kosten van de bewindvoerder komen voor rekening van gedaagde. De voorzieningenrechter heeft verder iedere verdere beslissing aangehouden, wat betekent dat de zaak nog niet definitief is afgerond en er mogelijk vervolgprocedures zullen plaatsvinden.