ECLI:NL:RBNHO:2015:7046
Rechtbank Noord-Holland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Vervangende toestemming voor verhuizing met minderjarige naar Zweden verleend
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 19 augustus 2015 een beschikking gegeven in een familiekwestie tussen een vrouw en een man, die in het verleden met elkaar gehuwd zijn geweest. De vrouw verzocht om vervangende toestemming om met hun minderjarige dochter naar Zweden te verhuizen. De man, die de zorg voor de kinderen ook deelt, verzet zich tegen deze verhuizing en vraagt de rechtbank om de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij hem vast te stellen. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig afgewogen, waaronder de wensen van de kinderen, de noodzaak van de verhuizing en de belangen van beide ouders. De vrouw heeft aangegeven dat zij naar Zweden wil verhuizen omdat zij daar een baan en een woning heeft gevonden en dat zij de taal goed spreekt. De man heeft zijn bezwaren geuit over de regio waar de vrouw zich wil vestigen en de impact van de verhuizing op de kinderen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dochter, [kind 1], de wens heeft om met haar moeder mee te verhuizen en dat dit in haar belang is. De rechtbank heeft uiteindelijk besloten om de vrouw vervangende toestemming te verlenen om met [kind 1] naar Zweden te verhuizen en heeft de hoofdverblijfplaats van de andere dochter, [kind 2], bij de man vastgesteld. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.