ECLI:NL:RBNHO:2015:9920

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
12 november 2015
Publicatiedatum
12 november 2015
Zaaknummer
C/15/232696 / KG ZA 15-759
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aanbestedingsprocedure en beoordeling van inschrijvingen in kort geding

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 12 november 2015 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de besloten vennootschap Mobility Managers B.V. en de Stichting IJmond Bereikbaar. Mobility Managers vorderde een verbod op de gunningsbeslissing van de Stichting en eiste dat de aanbestedingsprocedure werd gestaakt en opnieuw werd aanbesteed. De Stichting had op 21 juli 2015 een EU openbare aanbesteding aangekondigd voor mobiliteitsmanagement in verband met de afsluiting van de Velsertunnel. Mobility Managers had ingeschreven, maar de Stichting besloot om vijf in plaats van drie inschrijvers uit te nodigen voor de presentaties, wat volgens Mobility Managers in strijd was met de aanbestedingsdocumenten en de beginselen van transparantie en objectiviteit. De voorzieningenrechter oordeelde dat de Stichting voldoende aannemelijk had gemaakt dat voorafgaand aan de presentaties een volledige beoordeling van de inschrijvingen op kwaliteit en prijs had plaatsgevonden. De voorzieningenrechter wees de vorderingen van Mobility Managers af, oordelend dat de handelwijze van de Stichting niet in strijd was met het aanbestedingsrecht en dat er geen reden was voor heraanbesteding. Mobility Managers werd veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling privaatrecht
Sectie Handel & Insolventie
zaaknummer / rolnummer: C/15/232696 / KG ZA 15-759
Vonnis in kort geding van 12 november 2015
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MOBILITY MANAGERS B.V.,
gevestigd te Houten,
eiseres,
advocaat mr. R.A. Wuijster te Ulenstraten,
tegen
de stichting
STICHTING IJMOND BEREIKBAAR,
gevestigd te Beverwijk,
gedaagde,
advocaten mr. M. van Rijn en mr. Wolters Rückert te Den Haag.
Partijen zullen hierna Mobility Managers en de Stichting genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding met producties 1 tot en met 4
  • de faxbrief d.d. 28 oktober 2015 van de zijde van de Stichting, houdende productie 1
  • de faxbrief d.d. 28 oktober 2015 van de zijde van Mobility Managers, houdende productie 5 tot en met 7
  • de mondelinge behandeling van 29 oktober 2015
  • de pleitnota van Mobility Managers
  • de pleitnota van de Stichting.
1.2.
Na uitroeping van de zaak verschijnen:
-namens Mobility Managers, [A.] (directeur) en [B.] (projectleider), bijgestaan door mr. Wuijster voornoemd;
-namens de Stichting, [C.] (bestuurder), [D.] (senior projectleider), dhr. [E.] (Akroconsult), [F.] (programmamanager), bijgestaan door mr. Wolters Rückert voornoemd.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
De Stichting heeft op 21 juli 2015 een EU openbare aanbesteding (hierna: de aanbesteding) aangekondigd, genaamd “inhuur adviseurs voor de uitvoering van mobiliteitsmanagement voor het programma IJmond Bereikbaar”. Dit in verband met de afsluiting van de Velsertunnel voor een periode van 9 maanden vanaf april 2016.
2.2.
De “Uitnodiging tot inschrijving” met betrekking tot de aanbesteding d.d. 21 juli 2015 luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
“(…)
2.4 Planning
Voor het aanbestedingstraject wordt onderstaande planning aangehouden. De termijnen voor het indienen van vragen en voor het indienen van de Inschrijvingen zijn fatale termijnen. De overige genoemde termijnen zijn indicatief, er kunnen geen rechten aan worden ontleend.
In de onderstaande tabel is de indicatieve planning weergegeven.
De Aanbestedende dienst behoudt zich het recht voor om de planning aan te passen.
(…)
3.5
Omschrijving van de Opdracht
Het onderwerp van de aanbesteding bestaat uit:
het aangaan van een overeenkomst met een partij of combinatie van partijen die het mobiliteitsmanagement (inclusief projectondersteuning) kan verzorgen voor de uitvoering van onderdelen van het Bereikbaarheidsplan IJmond, te weten het bereiken van een spitsreductie van 1000 voertuigen met een bestemming van of naar de IJmond. Er is voor gekozen om het mobiliteitsmanagement binnen de regio IJmond vorm te geven via een zogenaamde werkgeversaanpak. Middels het inzetten van mobiliteitsmanagement wordt uitvoering gegeven aan deze werkgeversbenadering in de regio IJmond. Hiermee wordt het bedrijfsleven gestimuleerd om meer gebruik te maken van oplossingen die het rijden met de auto in de spits doen verminderen (of zoals Rijkswaterstaat zegt: de oplossingen van slim werken, slim reizen).
(…)
3.6
Opdracht
Voor deze inzet is een maximaal budget beschikbaar van € 260.000,-,
(…)
3.7
Gunningscriterium
De inschrijvingen worden beoordeeld op basis van EMVI-criteria: kwaliteit en prijs. Verder maakt een presentatie van de mobiliteitsmanager(s) deel uit van de procedure.
(…)
6. Beoordelingsproces
De beoordeling en de gunning vindt plaats volgens onderstaande stappen:
Stap 1. Opening van de Inschrijvingen
(…)
Stap 2. Controle van Inschrijvingen op vormvereisten en volledigheid
(…)
Stap 3. Beoordeling van Uitsluitingsgronden, Geschiktheidseisen en Referentieprojecten
(…)
Stap 4. Beoordelen Inschrijvingen
Vervolgens worden de Inschrijvingen die zich conformeren aan de gestelde eisen verder beoordeeld aan de hand van de invulling van de Gunningscriteria:
Kwaliteit: wordt beoordeeld aan de hand van een plan van aanpak,
Prijs: wordt beoordeeld aan de hand van een totaalbieding ten opzicht van de laagste bieding,
Presentatie: tot slot vindt een beoordeling plaats voor het houden van een presentatie.
(…)
7. Gunningscriteria en beoordelingsmodel
7.1
Algemeen
Van de inschrijvers die de toets aan de inschrijving- en procedurevoorschriften met goed gevolg hebben doorstaan, worden de inschrijvingen beoordeeld aan de hand van de Gunningscriteria.
(…)
7.4
Beoordeling gunningscriterium presentatie
Onderdeel van de beoordeling is een presentatie aan de leden van de beoordelingscommissie.
De presentatie staat open voor Inschrijvers die op basis van het maximaal te behalen punten voor de presentatie in nog aanmerking kunnen komen voor gunning, met een maximum van de beste drie partijen. Het is niet toegestaan om tijdens de presentatie nieuwe elementen te presenteren die geen onderdeel uitmaken van de reeds ingediende inschrijving.
(…)
7.4
Eindscore
De score op de aspecten kwaliteit, prijs en presentatie worden bij elkaar opgeteld. Bij gelijk eindigende score geeft gunningscriterium presentatie de doorslag. Deze eindscore bepaalt de rangorde van Inschrijvers.
(…)
2.3.
Bijlage 5 bij de “Uitnodiging tot inschrijving” bevat de “Gunningscriteria” en luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
Gunningscriterium kwaliteit
Als kwalitatief criterium (waarop punten kunnen worden verdiend) wordt gevraagd te leveren:

eenaanpakvoorstel
In dit Plan van Aanpak geeft de Inschrijver aan:
1. Motivatie van de inschrijver en in te zetten projectteam/sleutelpersonen:
(…)
2. Beschrijving van de kansen en bedreigingen:
(…)
3. Welke aanpak staat u voor ogen:
(…)
Beoordeling
Bij de beoordeling van dit Gunningscritetium inzake het Plan van Aanpak wordt gekeken naar:
- voldoende concreetheid;
- voldoende betrouwbaarheid;
- en gekeken wordt in hoeverre de geboden garanties bijdragen aan de goede uitvoering van de opdracht.
Inschrijver die een Plan van Aanpak kan overhandigen en kan aantonen dat de kwaliteit van de dienstverlening voor het mobiliteitsmanagement naar tevredenheid van de Aanbestedende dienst zo goed mogelijk wordt gewaarborgd, ontvangt de hoogste score.
(…)
Gunningscriterium prijs
(…)
De aanbestedende dienst hanteert een prijsplafond van € 260.000,- voor een inzet van 2,5 FTE gedurende een periode van 8 maanden (effectief 20 werkdagen per maand). Verlenging van de opdracht voor eenzelfde periode en onder dezelfde voorwaarden is afhankelijk van het behalen van de doelstelling, met name het verkrijgen van voldoende afspraken over OV-
gebruik te hebben vastgelegd in de eerste termijn van 8 maanden.
(…)
Beoordeling
Inschrijver die de laagste netto prijs aanbiedt, ontvangt de hoogste score.(…)
Gunningscriterium presentatie
Onderdeel van de beoordeling is een presentatie aan de leden van het beoordelingsteam.
De presentatie staat open voor Inschrijvers die op basis van het maximaal te behalen punten voor de presentatie nog in aanmerking kunnen komen voor gunning, met een maximum van de beste drie partijen. Het is niet toegestaan om tijdens de presentatie nieuwe elementen te presenteren die geen onderdeel uitmaken van de reeds ingediende inschrijving.
(…)
Beoordeling
De presentatie dient verzorgd te worden door de voor de betreffende functie in te zetten kandidaten. Bij de beoordeling van de presentatie wordt gekeken naar de volgende aspecten:
- Is de opbouw van de presentatie logisch, duidelijk en ‘to the point’,
- In de omschrijving van de werkzaamheden genoemde competenties en vaardigheden.
- De wijze waarop de voorgestane aanpak op hoofdlijnen gepresenteerd wordt;
- Is de beantwoording van de vragen bevredigend en ‘to the point’?
De maximale score voor het gunningscriterium “presentatie” bedraagt 30 punten.
(…)”
2.4.
Mobility Managers heeft op 31 augustus 2015 op de opdracht ingeschreven. In totaal hebben vijf ondernemingen ingeschreven.
2.5.
Op 2 september 2015 hebben de vijf inschrijvers, na daartoe door de Stichting te zijn uitgenodigd, een presentatie gegeven.
2.6.
Bij brief van 7 september 2015 heeft de Stichting aan Mobility Managers, voor zover hier van belang, het volgende meegedeeld:
“(…) Vijf partijen hebben een geldige inschrijving gedaan:
• Mobility Managers BV
• P2/Advier
• &Morgen BV
• DDK BV
• Mobiliteitsfabriek BV
De uitvraag heeft voor het merendeel hoogwaardige inschrijvingen opgeleverd. Op meerdere punten, zoals de aanpak, de samenstelling van teams en de capaciteitsinzet, zijn grote verschillen geconstateerd.
Voorstel voornemen tot gunning
De beoordeling heeft plaatsgevonden door een beoordelingscommissie die daarvoor de volgende stappen heeft doorlopen:
1. Controle van de inschrijvingen op vormvereisten en volledigheid
Alle vijfde inschrijvingen voldoen aan de vormvereisten en zijn volledig.
2. Vaststellen van de geschiktheid van de inschrijvers:
Alle vijfde inschrijvers hebben middels het indienen van de Eigen Verklaring en een overzicht van referentieprojecten aangetoond dat ze voldoen aan de geschiktheidseisen, de uitsluitingsgronden en de referentieprojecten.
3. Beoordeling van de inschrijvingen op basis van de gunningcriteria: Kwaliteit, prijs en presentatie.
De beoordeling van de inschrijvingen op basis van de gunningcriteria zoals geformuleerd in de uitnodiging tot inschrijving met kenmerk 73155 heeft voor u ten opzichte van de winnaar de volgende score opgeleverd:
Op grond van deze beoordeling is P2/Advier de economisch meest voordelige inschrijver en is besloten het voornemen tot gunning aan P2/Advier te doen.
De beoordelingscommissie heeft de inschrijving van P2/Advier als volgt beoordeeld:
- P2/Advier biedt een aanpak die enerzijds voortborduurt op de bestaande werkwijze, maar anderzijds een aanvulling pleegt door te zorgen voor:
o meer verantwoordelijkheid voor de werkgevers met als gevolg een groter commitment,
o het betrekken van nieuwe investeerders door het creëren van een derdenbelang in de hele OV-keten, en
o door de inzet van enkele nieuwe maatregelen.
- P2/Advier biedt de meeste creativiteit in haar aanpak van de gewenste gedragsverandering en overtuigt in het inzicht in de houding van en samenhang tussen betrokken partijen.
- Deze aanpak vergroot de haalbaarheid van de doelstelling, zowel op de korte termijn als voor de bestendiging op lange termijn.
- Er is sprake van een ervaren team dat:
o flexibel omgaat met de inzet (voorbereidingen plegen op eigen risico, piekopvang en eventuele doorloop zijn gratis),
o een hoge productieve inzet kent
o een ruime zekerheid biedt voor vervanging;
o en aantoont het werkveld en de benodigde activiteiten te overzien en aan te kunnen, bijvoorbeeld hoe kan worden omgegaan met lokale mogelijkheden voor landelijke en internationale concerns.
- De aanpak kenmerkt zich door ‘verbindend en vraag-gestuurd onderhandelen’, het zoeken naar wederkerigheid.
Voor de beoordelingscommissie waren de volgende punten uit uw inschrijving ten opzichte van de winnende inschrijving doorslaggevend:
- Mobility Management zet haar gedegen en bewezen aanpak voort en verwacht de doelstelling op basis van extrapolatie te kunnen halen.
- Aangeboden wordt een zwaar team met ervaring in de regio en haar cultuur, maar met naar verhouding veel indirecte uren.
- MM biedt geen alternatieve aanpak voor bedrijven die afhaken (geen belangstelling meer of belemmeringen vanwege nationaal/internationaal bedrijfspolicy’s).
- MM is zowel effectief op directieniveau als op de werkvloer.
- MM biedt weinig uitzicht op gedagsverandering, anders dan via beloning. Daardoor is de bestendiging na beëindiging van het programma onzeker.(…)”
2.7.
Bij e-mail van 16 september 2015 heeft Mobility Managers aan de Stichting vragen gesteld over een aantal passages uit voormelde brief van 7 september 2015. Bij e-mail van 18 september 2015 heeft Mobility Managers nog een aantal aanvullende vragen aan de Stichting gesteld, waaronder:
“(...)2. De presentaties zouden worden beperkt tot de drie beste inschrijvers. Tijdens onze presentatie bleek dat 5 inschrijvers is gevraagd te presenteren. Waarom is afgeweken van art. 7.4 van de Gunningscriteria en het beoordelingsmodel?
(…)
4. In de brief van de heer Van der Scheer ontbreekt enige motivering of onderbouwing van de beoordeling van onze en de winnende presentatie. Wat is hiervan de reden? Deze zou ik graag alsnog ontvangen.(…)”
2.8.
Bij e-mail van 21 september 2015 heeft de Stichting onder meer als volgt geantwoord:
“(…)Het was voor ons onmogelijk om een grondige selectie van drie uit vijf partijen uit te voeren gezien het korte tijdsbestek. In verband met de beginselen van gelijkheid, proportionaliteit en een zorgvuldige beoordeling hebben we er voor gekozen om alle vijf inschrijvers de gelegenheid te geven om zich te presenteren. Deze wijziging is geen wezenlijke wijziging van de aard en omvang van de opdracht/uitvraag, omdat dit besluit de kring van inschrijvers niet vergroot. Het doorvoeren van deze verandering is daardoor toegestaan conform de algemene beginselen van het aanbestedingsrecht. Overigens is ook dit een puur theoretisch discussiepunt, omdat een beoordeling achteraf leert dat de twee extra inschrijvers die een presentatie hebben mogen geven uiteindelijk respectievelijk vierde en vijfde zijn geworden in de aanbesteding. Ook hier heeft ons besluit dus onmogelijk invloed gehad op de einduitslag.
(…)
De reden waarom enige motivering of onderbouwing ontbrak, was omdat de presentatie die Mobility Managers heeft gekregen een even goede beoordeling kreeg als die van P2/Advier. Om die reden was dit geen onderscheidend punt en is deze niet verder toegelicht. De presentaties van Mobility Managers en P2/Advier waren met andere woorden van vergelijkbare kwaliteit, zodat het motiveren van het onderscheid tussen beide presentaties niet mogelijk noch nodig is.
Concluderend
Wij zijn van mening dat alle besluiten die in het kader van de onderhavige aanbesteding zijn genomen op objectieve en transparante gronden berusten en bovenal volledig in lijn zijn met de vigerende wet- en regelgeving. Het gelijke speelveld voor alle inschrijvers is door ons te allen tijde gerespecteerd. Voor zover men al van mening zou kunnen verschillen over bepaalde beslissingen, zijn die nimmer van invloed geweest op de uiteindelijke uitslag.”

3.Het geschil

3.1.
Mobility Managers vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad om de Stichting:
  • te verbieden gevolg te geven aan de gunningsbeslissing en te gebieden de aanbestedingsprocedure te staken en voor zover gedaagde de overheidsopdracht nog wil gunnen over te gaan tot heraanbesteding van de overheidsopdracht, op rechtmatige wijze en voor zover van toepassing conform nadere instructie en aanwijzing in het vonnis betreffende een nieuwe beoordelingscommissie;
  • te veroordelen in de kosten van dit geding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na het uitspreken van dit vonnis en in de nakosten voor nasalaris advocaat, te vermeerderen met nasalaris advocaat alsmede met de deurwaarderskosten gemaakt voor de betekening van dit vonnis indien tot betekening wordt overgegaan alsmede met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na het uitspreken van het vonnis.
3.2.
De Stichting voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Mobility Managers legt aan haar vordering ten grondslag dat de Stichting, door vijf inschrijvers de gelegenheid te geven zich te presenteren in plaats van drie, het in de aanbestedingsdocumenten gepubliceerde beoordelingskader achteraf en na inschrijving heeft verlaten, hetgeen strijdig is met aanbestedingsrechtelijke beginselen van transparantie, objectiviteit en een “level playing field”.
Afwijking van het beoordelingskader is ontoelaatbaar omdat hierdoor de objectiviteit van de beoordeling van de inschrijvingen in twijfel kan worden getrokken. De Stichting heeft onvoldoende gemotiveerd waarom de afwijking als gevolg van bijzondere omstandigheden of een redelijke belangenafweging gerechtvaardigd kon worden, en waarom de afwijking geen invloed op de beoordeling, de ranking en de uiteindelijke gunningsbeslissing kon hebben.
Er heeft geen transparante beoordeling plaatsgevonden, waardoor het risico van favoritisme en willekeur in het leven is geroepen. Hierdoor zijn de belangen van Mobility Managers geschaad. De Stichting kan niet nagaan in hoeverre de inschrijvingen en presentaties beantwoorden aan de gunningscriteria “kwaliteit” en “presentatie” en Mobility Managers achteraf al helemaal niet.
De Stichting heeft het risico van favoritisme en willekeur zelf in het leven geroepen. Zij heeft zich het recht voorbehouden om de planning naar eigen inzicht te wijzigen. Door de planning niet aan te passen heeft zij de regels en beginselen van het aanbestedingsrecht geschonden, omdat:
-het beoordelingskader achteraf op onrechtmatige wijze en zonder rechtvaardigheidsgrond na inschrijving moest worden gewijzigd;
- eerst de presentatie heeft plaatsgevonden en is beoordeeld; het zonder grondige kennis van een inschrijving beoordelen van een presentatie,
- en vervolgens pas een beoordeling van de inschrijvingen heeft plaatsgevonden die noodzakelijkerwijs moet zijn beïnvloed door de reeds beoordeelde presentaties terwijl die niets aan de inschrijvingen mochten toevoegen of wijzigen. Het beoordelen van inschrijvingen
nakennisneming van een presentatie is niet slechts een afwijking van het beoordelingskader maar is ook onzorgvuldig en niet-transparant, zelfs al zou dit in eerste instantie het gepubliceerde beoordelingskader zijn geweest.
Ten slotte heeft de Stichting artikel 2.130 AW 2012 geschonden en onrechtmatig gehandeld door de beoordeling van de presentaties van Mobility Managers en de winnaar P2/Advier in haar brief van 7 september 2015 niet te motiveren, aldus Mobility Managers.
4.2.
De Stichting voert als verweer aan dat het beoordelingskader na inschrijving niet inhoudelijk is gewijzigd, zodat geen sprake is van strijd met de aanbestedingsrechtelijke beginselen van transparantie, objectiviteit en een “level playing field”. De beoordelingscommissie van de Stichting heeft voorafgaand aan de presentaties alle inschrijvingen op kwaliteit en prijs beoordeeld, zodat zij tot een voldragen beoordeling en ranking heeft kunnen komen voordat alle inschrijvers hun presentatie hebben gegeven. De omstandigheid dat vijf inschrijvers voor de presentaties zijn uitgenodigd in plaats van drie vindt volgens de Stichting zijn verklaring in het volgende.
De vijf inschrijvingen zijn in de loop van maandagmiddag 31 augustus 2015 en dinsdag 1 september 2015 beoordeeld door de beoordelingscommissie van de Stichting overeenkomstig stap 1 tot en met (deels) stap 4, zoals omschreven in hoofdstuk 6 van de “Uitnodiging tot inschrijving”. Hierbij hebben de beoordelaars de vijf plannen van aanpak eerst individueel beoordeeld. Beoogd was om vervolgens collectief tot een unanieme waardering en punten toekenning te komen. Aangezien het de beoordelingscommissie in de loop van dinsdag 1 september 2015 duidelijk werd dat zij de collectieve beoordeling van de plannen van aanpak op die dag niet meer kon afronden en dus nog geen selectie van de drie beste inschrijvers kon maken, heeft zij er voor gekozen om alle vijf inschrijvers uit te nodigen voor de presentaties, zodat hierdoor kon worden voorkomen dat de inschrijvers voorbereidingstijd voor de presentaties werd ontnomen. De presentaties stonden gepland op woensdagochtend 2 september 2015. Het verschuiven van deze datum was gelet op de planning niet mogelijk. Vervolgens is de beoordelingscommissie op genoemde woensdagochtend om 9.30 uur, voorafgaand aan de presentaties, tot een voldragen beoordeling gekomen waarbij alle plannen van aanpak zijn gewaardeerd en met behulp van scores een ranking is opgesteld. Die ranking - dus op basis van kwaliteit en prijs – was als volgt:
1. P2 Proces- Projectmanagers
2. Mobiliteitsfabriek BV
3. Mobility Managers BV
4. & Morgen BV
5. DDK
Dat de inschrijvers &Morgen BV en DDK ook een presentatie hebben gegeven heeft geen enkele invloed op de uitslag gehad. Mobility Managers is dan ook niet in haar belangen geschaad, haar bezwaar is puur formalistisch, hetgeen een heraanbesteding niet kan rechtvaardigen. Dat geldt te meer nu de Stichting een groot belang heeft bij het spoedig laten uitvoeren van de opdracht.
4.3.
Ter zake van het bezwaar van Mobility Managers dat in de brief van 7 september 2015 de motivering voor de aan Mobility Managers en P2/Advier toegekende maximale score voor het onderdeel presentatie ontbreekt betoogt de Stichting dat zij niet is gehouden om een maximale score te motiveren. Ook is zij niet gehouden om de motivering voor de maximale score van de winnaar aan Mobility Managers te verstrekken. Mobility Managers is met de bekendmaking van de totaal- en detailscores voldoende geïnformeerd om te kunnen beoordelen of het aanhangig maken van een juridische procedure zinnig is.
Verder betoogt de Stichting dat ook in het geval het bezwaar van Mobility Managers tegen de motivering zal slagen, haar vordering tot heraanbesteding niet toegewezen kan worden, omdat bij een onvoldoende motivering slechts de Alcateltermijn verlengd wordt en de voorgenomen gunningsbeslissing niet ongeldig wordt, laat staan dat daarmee de aanbesteding onrechtmatig zou zijn.
Ten slotte zou een gebod tot het inzetten van een (Europese) aanbesteding leiden tot het intrekken van de opdracht, hetgeen gelet op de door de Stichting met Rijkswaterstaat voor deze opdracht gesloten overeenkomst echter niet mogelijk is, hetgeen zou betekenen dat de Stichting genoodzaakt is om via een zogenaamde IIB procedure aan te besteden, of om de opdracht in te besteden, aldus de Stichting.
De voorzieningenrechter oordeelt als volgt.
4.4.
Aan Mobility Managers kan worden toegegeven dat de Stichting, door vijf inschrijvers de gelegenheid te geven zich te presenteren in plaats van drie, de procedure zoals beschreven in de aanbestedingsdocumenten niet in alle opzichten strikt heeft gevolgd. De Stichting trekt hieruit de conclusie dat voorafgaand aan de presentaties geen (grondige) beoordeling van de inschrijvingen op (met name) het gunningscriterium kwaliteit heeft plaatsgevonden. De voorzieningenrechter deelt deze conclusie niet. Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling heeft de Stichting de feitelijke gang van zaken geschetst vanaf het moment dat de inschrijvingen bij de Stichting zijn ingediend tot het tijdstip van de presentaties (dit betoog is hiervoor onder r.o 4.2 weergegeven). De Stichting heeft hierbij aangegeven dat haar beoordelingscommissie, voorafgaand aan de presentaties, tot een voldragen beoordeling van de vijf inschrijvingen overeenkomstig stap 1 tot en met (deels) stap 4, zoals omschreven in de aanbestedingsdocumenten, is gekomen. De enkele reden dat er vijf in plaats van drie partijen zijn uitgenodigd was gelegen in het feit dat de collectieve beoordeling op dinsdagmiddag 1 september 2015 nog niet rond was en men de inschrijvers voorbereidingstijd voor de presentaties niet wilde ontnemen. Op het moment waarop de Stichting met de presentaties is begonnen, woensdagmorgen 2 september 2015 om 9.30 uur, waren de inschrijvingen individueel en collectief beoordeeld en was de ranking bij de Stichting bekend, alsook het feit dat de nummers 4 en 5, &Morgen BV en DDK, weliswaar gelegenheid werd gegeven tot presenteren, maar op grond van de ranking hoe dan ook niet meer voor gunning in aanmerking zouden komen.
De voorzieningenrechter ziet geen aanleiding om deze door de Stichting geschetste feitelijke gang van zaken in twijfel te trekken. De voorzieningenrechter acht derhalve voorshands voldoende aannemelijk dat voorafgaand aan de presentaties een volledige beoordeling van de inschrijvingen op het gebied van kwaliteit en prijs heeft plaatsgevonden, hetgeen meebrengt dat de Stichting niet is afgeweken van het in de aanbestedingsdocumenten opgenomen beoordelingskader, waarvan de beoordelingsvolgorde een wezenlijk onderdeel vormt.
4.5.
Ook de stelling van Mobility Managers dat de Stichting de beoordeling van de presentaties van Mobility Managers en P2/Advier in haar brief van 7 september 2015 had moeten motiveren kan, in het licht van voorgaande overwegingen en de gemotiveerde betwisting door de Stichting, niet slagen. De Stichting heeft in genoemde brief gemotiveerd waarom Mobility Managers op het subgunningscriterium kwaliteit niet de maximale score heeft behaald en waarom P2/Advier wel. Niet valt in te zien waarom de Stichting de beoordeling van de presentaties van Mobility Managers en P2/Advier, die beiden de maximale score van 30 punten hebben gekregen, nog had moeten motiveren. Een zo vérgaande motiveringsplicht vloeit blijkens de toelichting op art. 2.130 AW 2012 uit die bepaling niet voort. Dat zou anders kunnen zijn indien omtrent de maximale score voor P2/Advies concrete vragen waren gesteld, of om enigerlei reden twijfel zou bestaan aan de regelmatigheid van die score, maar daarvan is hier geen sprake.
4.6.
Het voorgaande brengt mee dat de handelwijze van de Stichting niet in strijd is met regels van het aanbestedingsrecht, zij dus niet tot heraanbesteding hoeft over te gaan en de vordering van Mobility Managers zal worden afgewezen. De overige weren van de Stichting behoeven geen bespreking meer.
4.7.
Mobility Managers zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van de Stichting worden begroot op:
- griffierecht € 613,00
- salaris advocaat
816,00
Totaal € 1.429,00

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt Mobility Managers in de proceskosten, aan de zijde van de Stichting tot op heden begroot op € 1.429,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de vijftiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.3.
veroordeelt Mobility Managers in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 131,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Mobility Managers niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak,
5.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H. Schotman en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier op 12 november 2015. [1]
Tegen dit vonnis kan hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam binnen vier weken na de dag van de uitspraak. Het beroep moet worden ingesteld door tussenkomst van een advocaat.
Als het vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, heeft het vonnis al wel geldende werking zolang op het (eventuele) beroep niet is beslist.

Voetnoten

1.type: 299