Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- het verzoekschrift
- het verweerschrift
- de brief van 13 juni 2016 met een aanvullende productie van de zijde van [verzoeker]
- de mondelinge behandeling waarbij aanwezig waren: [verzoeker] , bijgestaan door mr. Spronck en [verweerder] , vergezeld door zijn vader en bijgestaan door mr. Van den Dungen voornoemd.
2.De feiten
reed over de Zijlweg te Haarlem, komende uit de richting van de Zijlsingel. Op de kruising met de Julianaweg week hij naar rechts uit om een voertuig rechts in te halen. Hierdoor kwam hij terecht op het fietspad. Op dit moment was betrokkene 2( [verweerder] )
, die uit de tegenovergestelde richting op het fietspad fietste, reeds zo dicht genaderd dat tussen beiden een aanrijding ontstond met vermelde schade. Betrokkene 2 reed op het moment van de aanrijding aan de linkerzijde van de weg. Betrokkene 2 heeft zich zodanig gedragen dat hierdoor gevaar op de weg werd veroorzaakt.”
3.Het geschil
€ 6.825,-, te vermeerderen met kantoorkosten van 6% en het door [verzoeker] betaalde griffierecht.