Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[eiser2],
1.De procedure
- een schriftelijk verweerschrift van Promptus c.s.
- de mondelinge behandeling op 22 februari 2016
- de pleitnota van LEAD c.s.
- de pleitnota (getiteld “verweerschrift”) van de zijde van Promptus c.s.
2.De feiten
- A)
- B)
- C)
- D)
- E)
- F)
3.Het geschil
geen inbreukmaakt op onze software. Het staat u derhalve vrij om te kiezen voor de software van Carta Online. Wij betreuren het u met onjuiste informatie te hebben lastig gevallen en bieden u en Carta Online daarvoor excuses aan.
4.De beoordeling
Bevel tot nakoming artikel 11 vaststellingsovereenkomst
Partijen zullen zich ten opzichte van elkaar (blijven) gedragen zoals het in het maatschappelijk verkeer betamelijk is en zich dienovereenkomstig over elkaar uitlaten.
Carta Online is nota bene een kopie van Promptus dat hij bij zijn vertrek heeft meegenomen!!’.Hiermee wordt gesuggereerd dat [eiser2] de kopie heeft meegenomen zonder dat hij daartoe gerechtigd was, terwijl dit gewoon onderdeel van de afspraken in de vaststellingsovereenkomst was. Verder wordt met de zin
‘de naam Carta Online is een nep-Promptus’gesuggereerd dat [eiser2] met Carta Online inbreuk maakt op de IE-rechten van Promptus, hetgeen evenmin het geval is. Partijen zijn immers overeengekomen dat zij beiden de beschikking zouden krijgen over (een kopie van) de Promptus software voorzover die tot het moment van uiteengaan was ontwikkeld en dat zij ook beiden de IE-rechten voor dat deel van de software zouden behouden. Verder wordt met de tekst
‘van een rancuneuze ex ontwikkelaar’de negatieve sfeer versterkt. Dit is schadelijk voor [eiser2] omdat hij bij de (voormalige) klanten van Promptus bekend was als (een van) de ontwikkelaar(s) van Promptus, zodat het voor klanten duidelijk zal zijn dat op [eiser2] wordt gedoeld. Promptus was (in ieder geval via LSD) bekend met de inhoud van de vaststellingsovereenkomst. Zij heeft derhalve tegen beter weten in de gewraakte uitlatingen gedaan en heeft daarmee onrechtmatig gehandeld jegens LEAD en jegens [eiser2].
Dus opleiders let op”blijkt dat [A.] zich ervan bewust was dat dit bericht ook gelezen kon worden door klanten van Promptus. De voorzieningenrechter is van oordeel dat dit Facebook-bericht van dezelfde strekking is en derhalve in beginsel op één lijn gezet kan worden met de verzonden e-mailberichten. Echter, het Facebook-bericht is door [A.] op persoonlijke titel geplaatst, niet in zijn hoedanigheid van directeur van Promptus. Voor zover de vorderingen van LEAD c.s. zijn gebaseerd op dit Facebook-bericht worden zij derhalve afgewezen.
Wij betreuren het u met onjuiste informatie te hebben lastig gevallen” in de gevorderde rectificatie, te wijzigen in de meer neutrale zinsnede “
Wij betreuren het u onjuiste informatie te hebben verstrekt”. De gevorderde rectificatie zal aldus worden toegewezen.