Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
dusde wettelijke plicht is geschonden (vergelijk: Hoge Raad 4 juni 1957, VR 1957/64). Daarbij speelt een rol dat een bestuurder wel bedacht moet zijn op bijvoorbeeld filevorming (waarbij de vóór de bestuurder rijdende voertuigen ook in voorwaartse beweging zijn) maar niet op een onverwacht obstakel op de weg. Een over de snelweg voortrijdende automobilist hoeft zijn snelheid niet in te stellen op eventueel op de snelweg geparkeerd staande motoren of auto’s. Een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht is al met al niet komen vast te staan.