Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
7 maart 2015 producties in het geding gebracht.
2.De feiten
oud-medewerker bij Spaarnelanden ( [oud-medewerker] ), werd gebruikt op 30 oktober 2015 om
16.05 uur een whats-appbericht gestuurd met de volgende inhoud:
“Het gaat dus wel over 1 directeur en de 2e zit ziek thuis…. Voorts loopt er nog een onderzoek in de boeken wegens vermeende malversaties in het verleden begaan door managers van Spaarnelanden. In de krant worden dus 2 zaken door elkaar gehaald, maarja het is ook moeilijk te begrijpen, Ik stuur je het vervolg via dit nummer en niet via mijn Spl telefoon, je weet maar nooit (…)”.
”
“ja niet te geloven, veel sterkte daar, nu gaat alles en iedereen over Spaarnelanden en jullie vallen.”
3.3. Het verzoek
[werknemer] heeft zich voorts agressief gedragen tegenover de koerier van Spaarnelanden die de brief met de bevestiging van zijn schorsing wilde bezorgen.
4.Het verweer
Allereerst is sprake van een opzegverbod. Om deze reden alleen al dient het verzoek te worden afgewezen.
5.De beoordeling
Stcrt.2015/12685) zijn daarvoor nadere regels gesteld (Ontslagregeling).
1 juni 2016. Dat is de datum waarop de arbeidsovereenkomst bij regelmatige opzegging zou zijn geëindigd, verminderd met de duur van deze procedure.
24 maanden heeft geduurd en de arbeidsovereenkomst op verzoek van de werkgever is ontbonden. Aan deze beide voorwaarden is voldaan en gelet op artikel 7:673 lid 2 BW heeft [werknemer] dan ook aanspraak op een transitievergoeding. Spaarnelanden heeft ter zitting verklaard dat als de arbeidsovereenkomst op grond van de verstoorde arbeidsrelatie wordt ontbonden, zij deze vergoeding zal betalen. Gelet hierop en op het feit dat partijen de transitievergoeding niet hebben berekend, zal de kantonrechter de transitievergoeding niet berekenen of toekennen.
Kamerstukken II, 2013-2014, 33 818, nr. 3, pag. 34). Een dergelijke situatie doet zich hier, zoals Spaarnelanden ook op de zitting heeft betoogd, niet voor. Daarvoor is het volgende van belang.