ECLI:NL:RBNHO:2016:916
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- J.I. de Vreese-Rood
- C.E. van Oosten-van Smaalen
- H.M. van Dam
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van de kantonrechter na einduitspraak
Op 7 januari 2016 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een wrakingsverzoek van een verzoeker tegen kantonrechter mr. T.S. Pieters. Het verzoek tot wraking was ingediend op 18 november 2015, maar de rechtbank oordeelde dat het verzoek niet-ontvankelijk was omdat het was ingediend na de einduitspraak in de beroepszaak. De zitting in de beroepszaak vond plaats op 18 november 2015, waarbij de verzoeker niet aanwezig was. De kantonrechter had direct na de zitting uitspraak gedaan en het beroep ongegrond verklaard. De rechtbank stelde vast dat het wrakingsverzoek niet tijdig was ingediend, aangezien de behandeling van de zaak al was geëindigd. Bovendien werd opgemerkt dat, zelfs als het verzoek tijdig was ingediend, er geen feiten of omstandigheden waren aangevoerd die de onpartijdigheid van de rechter in twijfel zouden trekken. De rechtbank verklaarde verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek en beval de griffier om een gewaarmerkt afschrift van de beslissing toe te zenden aan verzoeker en de kantonrechter. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.