Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
mr. J.J. Veldheer, advocaat te Amsterdam.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 21 juni 2017 een verzoek tot wraking afgewezen dat was ingediend door de verzoeker, vertegenwoordigd door zijn raadsman mr. J.J. Veldheer. Het wrakingsverzoek was gericht tegen mr. M. Woerdman, de rechter-commissaris die betrokken was bij het verhoor van de verzoeker in een strafzaak. De verzoeker stelde dat de wijze waarop de beslissing van de rechter-commissaris tot stand was gekomen, de schijn van partijdigheid wekte. De verzoeker had eerder verzocht om niet door de Koninklijke Marechaussee (KMAR) te worden gehoord, maar door de rechter-commissaris zelf. De rechter-commissaris had echter besloten het verhoor te delegeren aan de KMAR, wat leidde tot het wrakingsverzoek. De rechtbank overwoog dat de rechter-commissaris de bevoegdheid had om het verhoor te delegeren en dat er geen objectieve gerechtvaardigde schijn van partijdigheid was. De rechtbank concludeerde dat de feiten en omstandigheden die door de verzoeker waren aangevoerd, geen grond vormden voor het oordeel dat de rechterlijke onpartijdigheid in het geding was. Het verzoek tot wraking werd dan ook afgewezen.