Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
“Deze overeenkomst kan (tussentijds) door opdrachtgever of opdrachtnemer opgezegd worden met inachtneming van een opzegtermijn van 4 weken.”
“Met enige verbazing heb ik de overeenkomst van opdracht gelezen (hetgeen mij door Jose afgelopen woensdag 05 april 2017 ‘ter ondertekening’ is overhandigd). (…).Gezien de inhoud van deze overeenkomst van opdracht kan ik mij hier niet in vinden in de zin van een toekomstige samenwerking als opdrachtnemer; derhalve betekent dit dat ik per heden onze opdrachtovereenkomst d.d. 09 april 2015 per heden beëindig.(…)”
“(…)Als werkgever/opdrachtgever met jou als ZZP’er/opdrachtnemer wordt door de fiscus verwacht dat we werken aan een acceptabele overeenkomst van opdracht, dat wil zeggen een voor de fiscus acceptabele overeenkomst. Volgend jaar moet een en ander zijn beslag krijgen.(…)Intussen heb ik geprobeerd telefonisch contact met je te hebben. Begreep van Melissa dat je je vandaag hebt ziekgemeld, nadat er voor jou op deze maandag een aantal afspraken waren gemaakt.Van een professional mag ik verwachten dat de lopende werkzaamheden op een nette manier worden afgebouwd, waarbij wij dan voor de nieuw aangemelde cliënten een nieuwe start kunnen maken.(…)”
“Ondanks alle onrust, spanningen en onhelderheid voerde ik zoals gebruikelijk mijn dienstverlening/behandelingen uit vanuit een deskundige betrokkenheid naar de patiënten en organisatie toe. Vragen en onduidelijkheid van mijn kant omtrent deze gehele gespannen situatie vloeiden voort uit een gemis van open communicatie alsook waarneming van geselecteerde informering van enkele teamleden; het gevolg is dat ik meer en meer op mijn tenen ging lopen hetgeen ten koste gaat van mijn gezondheid.”
“Juist de omstandigheden bij Orthovisio, veroorzaakt door de huidige bestuurlijke aanpak alsook de belemmerende sfeer die daar nu in die omgeving heerst, hebben dit noodzakelijke besluit vanuit zelfbehoud bewerkstelligd, en maken dat ik in die setting niet langer kan functioneren zoals ik mezelf beroepsmatig ken. Dit voelt voor mij zeker zwaar echter niet als een ‘in de steek laten’, eerder als een zorgvuldige overweging.(…)”
3.De vordering
€ 29,03.