In deze zaak verzoekt Action Service & Distributie B.V. de ontbinding van de arbeidsovereenkomst met [verweerder], die sinds 15 september 2009 als magazijnmedewerker in dienst is. Action stelt dat [verweerder] verwijtbaar heeft gehandeld door herhaaldelijk te laat te komen, op bezoekersplaatsen te parkeren en ondermaats te presteren, ondanks meerdere officiële waarschuwingen. De kantonrechter heeft op 15 februari 2017 een tussenbeschikking gewezen en de zaak verder behandeld. De feiten tonen aan dat [verweerder] meerdere keren te laat op zijn werk verscheen en niet voldeed aan de gedragsnormen van Action. Action heeft geprobeerd om [verweerder] te corrigeren door middel van waarschuwingen, maar zonder resultaat. De kantonrechter oordeelt dat er voldoende grond is voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst op basis van artikel 7:669 lid 3, onderdeel e BW, omdat [verweerder] verwijtbaar heeft gehandeld. De arbeidsovereenkomst wordt ontbonden met ingang van 1 april 2017, en [verweerder] heeft recht op een transitievergoeding van € 4.774,- bruto. De kantonrechter wijst het verzoek van [verweerder] om een billijke vergoeding af, omdat er geen sprake is van ernstig verwijtbaar handelen van de werkgever. De proceskosten worden door beide partijen gedragen.