Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
mettoestemming van de bank had verhuurd. [y] heeft daarentegen verklaard dat hij met de bank heeft gebeld en dat die hem heeft verteld dat er sprake was van een hypotheekachterstand en van een mogelijke gedwongen verkoop. [x] heeft deze stellingen van [y] niet gemotiveerd weersproken, terwijl de lezing van [y] strookt met het gegeven dat de bank is overgegaan tot inroepen van het huurbeding en veilen van de woning. [x] had geen toestemming van de bank de woning te verhuren. Doordat [x] tegen [y] heeft verklaard dat zij wel toestemming had, heeft zij onvoldoende openheid van zaken gegeven, en daarmee de onzekerheid van [y] over het al dan voortbestaan van de huurovereenkomst niet weggegenomen. Het heeft er voorts alle schijn van dat [x] in weerwil van de feitelijke situatie, [y] heeft willen laten geloven dat hij niet te vrezen had voor een huisuitzetting. De buitengerechtelijke incassokosten zullen worden afgewezen omdat toewijzing daarvan onder deze omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.